Ministerie van Buitenlandse Zaken

beantwoording vragen van het lid Verdonk over de Palestijnse staat

Kamerbrief inzake beantwoording vragen van het lid Verdonk over de Palestijnse staat

Kamerbrief | 3 december 2009

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Verdonk over de Palestijnse staat. Deze vragen werden ingezonden op 19 november 2009 met kenmerk 2009Z22064.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen

Vragen van het lid Verdonk (Verdonk) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de Palestijnse staat. (Ingezonden 19 november 2009)

Vraag 1

Bent u bekend met de berichtgeving over een Palestijnse staat op de site van De Telegraaf 1 ?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat het volstrekt onwenselijk zou zijn wanneer de Palestijnse Autoriteit de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties zou benaderen met het verzoek om erkenning van onafhankelijkheid van de Palestijnse staat? Zo nee, waarom niet?

Vraag 3

Deelt u de mening dat het volstrekt onwenselijk zou zijn wanneer de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties genoemd verzoek zou honoreren? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Deelt u de mening dat het volstrekt onwenselijk zou zijn wanneer de Europese Unie, maar ook de afzonderlijke Europese permanente leden van de Veiligheidsraad (Verenigd Koninkrijk en Frankrijk) genoemd verzoek zou steunen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2, 3 en 4

Een verzoek aan de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties om erkenning van de onafhankelijkheid van de Palestijnse staat zal niet bijdragen aan de totstandkoming van een duurzame vredesregeling tussen Israël en de Palestijnen. Zoals ook gesteld tijdens de behandeling van de begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken voor 2010 is de regering geen voorstander van een dergelijke stap. Zoals onder meer is vastgelegd in de Routekaart voor de Vrede, zal de uitroeping van een Palestijnse staat de slotsom moeten zijn van onderhandelingen tussen Israël en de Palestijnen. De regering acht het vooruitlopen door partijen zelf, door VN-organen en/of door VN-lidstaten op de uitkomsten van deze onderhandelingen dan ook ongewenst.

Vraag 5

Kunt u aangeven wat u gaat doen om te voorkomen dat de VN-Veiligheidsraad of de Europese Unie over zou gaan tot erkenning van een mogelijk uit te roepen onafhankelijke Palestijnse staat?

Vraag 6

Deelt u de mening dat er slechts een Palestijnse staat tot stand kan komen door onderhandelingen met Israël? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5 en 6

Vooropgesteld zij dat de erkenning van staten een soevereine bevoegdheid is van staten. Zonder vredesakkoord is er geen veilig Israël en geen levensvatbare Palestijnse staat. De regering zal in EU- en VN-verband en in rechtstreekse contacten met de partijen zelf erop blijven aandringen dat zij de rechtstreekse onderhandelingen hervatten over de totstandkoming van een finalestatusregeling die leidt tot de tweestatenoplossing op basis van de Routekaart, het Annapolisproces, het Arabisch Vredesinitiatief en de kwartetvoorwaarden.


1 De Telegraaf, 15 november 2009

www.telegraaf.nl/buitenland/5330698/__Palestijnen_naar_VN_om_erkenning __.html