Verzoeken opschorten besluiten MZI's
Datum 2 december 2009
Geachte Voorzitter,
In vervolg op uw brief van 25 november 2009 (kenmerk 29675-86/2009D59220)
verzoekt u mij bij brief van 27 november 2009 (kenmerk 2009Z22904/
2009D60128) geen onomkeerbare stappen te zetten ten aanzien van de toedeling
van locaties voor MZI's, alvorens ik uw Kamer heb geïnformeerd over de
beleidsconclusies ten aanzien van het overleg met de groep pioniers die al voor
2004 bedrijfsmatig met MZI's bezig waren, en over de uitkomst daarvan met uw
Kamer overleg heeft plaatsgevonden.
Met betrekking tot uw verzoek wil ik het volgende opmerken.
Toezegging Wetgevingsoverleg 16 november
In het wetgevingsoverleg d.d. 16 november heb ik uw Kamer toegezegd met het
bestuur van de PO Mosselcultuur en de beperkte groep pioniers die al vóór 2004
bedrijfsmatig met MZI's bezig waren, in gesprek te treden om te bezien of er een
oplossing gevonden kan worden voor deze laatste groep. Daarbij heb ik expliciet
aangetekend dat een oplossing gevonden moet worden binnen de bestaande
ruimte en binnen de bestaande kaders.
Bestaande ruimte en kaders
De bestaande ruimte en kaders heb ik u geschetst in mijn brief van 31 augustus
2009 (Tweede Kamer 2008-2009, 29675, nr. 82 inzake verdeling MZI-locaties),
8 oktober 2009 (Tweede Kamer 2009-2010, 29675, nr. 84 voortgangsrapportage
convenant transitie mosselsector en natuurherstel Waddenzee) en mijn brief van
12 november jl. (Kamer 2009-2010, 29675, nr. 86 inzake MZI-beleid).
De kaders die hier van belang zijn, zijn de volgende:
- In de eerste tranche van de opschaling (2010-2011) is 325 hectare beschik-
baar voor de plaatsing van mosselzaadinvanginstallaties, dus zowel voor de
transitie van de mosselsector als de vierjarige tegemoetkoming aan de
experimenteerders samen.
Pagina 1 van 3
- Alleen voor deze 325 hectare is een passende beoordeling opgesteld als Agroketens en Visserij
Kust- en Binnenvisserij
bedoeld in artikel 19j van de Natuurbeschermingswet 1998. De omvang van
het totaal aantal uit te geven hectares voor de eerste tranche ligt daarmee
vast. Datum
2 december 2009
- Van deze 325 hectare is 120 hectare (37%) beschikbaar voor de experimen-
Onze referentie
teerders en 205 hectare (63%) voor de eerste tranche van de transitie van de AKVV/209/4670
mosselsector, welke conform de afspraken uit het convenant "transitie
mosselsector en natuurherstel Waddenzee" de afbouw van de bodemvisserij in
stappen inhoudt.
- In de Uitvoeringsregeling visserij is de verdeling van de beschikbare gebieden
over enerzijds de mosselsector en anderzijds de experimenteerders vastge-
legd.
- De benodigde 120 hectare voor de experimenteerders is tot stand gekomen
op basis van een generieke berekeningsmethodiek. Aan de hand van dezelfde
berekeningmethodiek heb ik bepaald hoeveel hectare elke individuele
experimenteerder krijgt van de beschikbare 120 hectare.
- Zoals ik u aangaf in mijn brief van 12 november 2009 (Kamer 2009-2010,
29675, nr. 86) houdt deze berekeningsystematiek in dat elke experimen-
teerder een zodanige ruimte vergund krijgt als hij nodig heeft om de MZI-
installatie(s) die hij in 2008 en 2009 in gebruik had, te plaatsen. Ik heb deze
generieke berekeningsmethodiek toegepast omdat een aantal experimenteer-
ders tijdens de experimenteerperiode veel meer hectares vergund heeft
verkregen dan voor de exploitatie van hun MZI-installatie(s) nodig was. Bij
een situatie van schaarste aan ruimte is het ongewenst dat er vanaf 2010
meer hectares aan de experimenteerders worden uitgegeven dan nodig is
voor de exploitatie van hun huidige MZI-installatie(s).
- Deze berekeningsystematiek geldt voor alle experimenteerders (dus zowel
voor de "pioniers" die vóór 2004 al een MZI-installatie exploiteerden als de
experimenteerders van na die periode) en is op een zorgvuldige wijze tot
stand gekomen.
Tijdspad
Ik heb u in mijn eerdere brieven gewezen op het feit dat het tijdspad naar de
daadwerkelijke tewaterlating van MZI's in het voorjaar 2010 krap is. Dat heeft te
maken met de benodigde vergunningverleningstrajecten die voor die tijd rond
moeten zijn. Het betreft hier de vergunningen op grond van de Natuurbescher-
mingswet 1998 (Nbwet), de Visserijwet 1963 en de Wet beheer Rijkswaterstaats-
werken (Wbr).
Om de definitieve aanvragen voor de Nbwetvergunning en de Wbr-vergunning op
tijd in te kunnen dienen, moeten de aanvragers (zowel de experimenteerders als
de ondernemers uit de mosselsector) voor eind december helderheid hebben over
de hen toegewezen locaties, aangezien in de aanvragen de locatie moet worden
aangegeven. Hiervoor is vereist dat de locaties nog volgende week worden
verloot.
Vervolgproces
De gesprekken met het bestuur van de PO Mosselcultuur en de betrokken
"pioniers" vinden conform mijn toezegging momenteel plaats.
Pagina 2 van 3
Indien de voorbereidende stappen voor de uitgifte van MZI-locaties voor 2010 Agroketens en Visserij
Kust- en Binnenvisserij
zouden worden stilgezet, kan de invang van mosselzaad met MZI's niet starten en
zal het transitieproces van de mosselsector een jaar vertraging oplopen.
Datum
2 december 2009
Ik heb besloten de loting over een week doorgang te laten vinden. Daarmee loopt
Onze referentie
het proces van de opschaling van MZI's geen vertraging op. Parallel daaraan zet ik AKVV/209/4670
de gesprekken voort, waarbij een oplossing gevonden moet worden met de
partijen binnen de bestaande ruimte en kaders. Ik zal daar van mijn kant waar
mogelijk een constructieve bijdrage aan leveren opdat we samen werken aan een
oplossing voor alle partijen.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
---- --