Ministerraad
Rechtstreekse uitbetaling vergoeding politieke ambtsdragers
Persbericht | 30-10-2009
De vergoeding van leden van de Eerste en Tweede Kamer, ministers en
staatssecretarissen, leden van het Europees Parlement, Commissarissen
van de Koningin, leden van Provinciale en Gedeputeerde Staten,
gemeenteraadsleden en wethouders, en leden van besturen van
waterschappen moet rechtstreeks aan deze politieke ambtsdragers zelf
worden uitbetaald. Daarmee vindt betaling van vergoedingen aan
politieke partijen niet langer plaats. De ministerraad heeft op
voorstel van minister Ter Horst van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties ingestemd met toezending aan de Tweede Kamer van
twee wetsvoorstellen waarin deze wijze van betaling wordt geregeld.
Naar aanleiding van het advies van de Raad van State is in de
wetsvoorstellen nader uiteengezet dat het doel van de nieuwe regeling
is de onafhankelijkheid van politieke ambtsdragers te waarborgen. Het
Nederlandse kiesstelsel is gebaseerd op een personenstelsel. Indien
een kandidaat bij de verkiezingen een zetel krijgt toegewezen,
beschikt hij over een eigen mandaat en een eigen verantwoordelijkheid.
Die onafhankelijkheid moet ook tot uitdrukking komen in de
betalingswijze. Wanneer betaling door de overheid plaatsvindt aan een
politieke partij en niet aan de ambtsdrager zelf, wordt de ambtsdrager
financieel afhankelijk van zijn politieke partij. Het vrije mandaat
komt hiermee in het geding.
De nieuwe regeling heeft niet tot doel afdrachten aan een politieke
partij als zodanig tegen te gaan. Een bijdrage van een politieke
ambtsdrager aan de partij is een aangelegenheid tussen de partij en de
individuele ambtsdrager.