Rechtbank Utrecht
Vraag en antwoord in zaak Laura
1. Wat heeft de rechter beslist?
Laura wordt tot 1 juli 2010 onder toezicht gesteld, waarbij het om een
bijzonder type toezicht gaat, namelijk om te bewaken en te beoordelen
of de reis voldoende wordt voorbereid en ervoor te zorgen dat Laura
niet vertrekt wanneer dat niet verantwoord is.
2. Wat is daarvoor de reden?
Uit alle informatie waar de rechtbank over beschikt, blijkt dat
Laura's veiligheid tijdens de reis (nog) niet voldoende is
gegarandeerd. Ook is niet duidelijk of Laura gedurende de reis
onderwijs zal kunnen volgen.
3. Er zou toch een boot meevaren?
Dit plan is heel kort geleden geopperd, maar nog niet verder
uitgewerkt. Op dit moment is het nog te onzeker of daarmee de
veiligheid voldoende kan worden gewaarborgd.
4. Vindt de rechtbank dat Laura de reis geestelijk wel aan kan?
De rechtbank is er nog niet van overtuigd dat Laura, in het licht van
de zorgen om de veiligheid, voldoende `copingsvaardigheden' heeft om
de reis in haar eentje zonder gevaar voor haarzelf te volbrengen.
Copingsvaardigheden zijn vaardigheden om op een verstandige manier met
problemen om te gaan.
5. Kan Laura later wel op reis?
Eerst moet de reis grondig worden voorbereid. Wanneer er geen twijfel
meer over is dat Laura tijdens de reis onderwijs kan gaan volgen en
dat haar veiligheid is gegarandeerd, bijvoorbeeld doordat zij door een
ander schip wordt begeleid, zou zij alsnog op reis kunnen gaan.
6. Wie bepaalt dat?
Het is aan Bureau Jeugdzorg, dat belast is met de
ondertoezichtstelling, om te bepalen of aan deze voorwaarden is
voldaan. Indien hierover verschil van mening is tussen Bureau
Jeugdzorg en de ouders, kunnen de ouders dit voorleggen aan de
rechter.
7. Moet Laura niet gewoon naar school?
Laura valt onder de leerplichtwet, nu zij in het gba staat
ingeschreven. Laura wil onderwijs gaan volgen via de Wereldschool,
maar de rechtbank heeft geconstateerd dat dat nu nog niet duidelijk
geregeld is. De leerplichtambtenaar heeft op dit moment geen
toestemming gegeven voor het volgen van onderwijs via de Wereldschool.
8. Kan de moeder de reis tegenhouden?
Tijdens de zitting heeft de moeder duidelijk gemaakt dat zij wel met
de voorgenomen reis instemt, wanneer het duidelijk is dat Laura
begeleid zal worden. Het is nu aan Bureau Jeugdzorg om ervoor te
zorgen dat Laura niet vertrekt wanneer dat niet verantwoord is. Bureau
Jeugdzorg zal daarbij ook beoordelen of er voldoende begeleiding is.
Als de ouders, die samen het gezag hebben over Laura, het niet eens
worden over de reis, kunnen zij aan de rechtbank vragen een beslissing
te nemen.
9. Wat gebeurt er als Laura toch vertrekt?
Het is dan aan Bureau Jeugdzorg om in te grijpen. Zo nodig kan Bureau
Jeugdzorg de politie inschakelen.
10. Moeten andere kinderen die gevaarlijke sporten beoefenen ook
onder toezicht worden gesteld?
In iedere zaak zal een eigen afweging gemaakt moeten worden, op grond
van de omstandigheden die dan in die zaak aan de orde zijn. In de zaak
van Laura gaat het om de vraag of de voorgenomen zeilreis een
bedreiging is voor Laura's ontwikkeling. Omdat het onzeker is of Laura
onderwijs kan volgen tijdens deze reis en omdat de veiligheid van
Laura tijdens de reis (nog) niet voldoende gegarandeerd is, oordeelt
de rechtbank dat Laura's geestelijke belangen en haar gezondheid
worden bedreigd. Daarom is nu een ondertoezichtstelling uitgesproken.
11. Waar maakt de Raad voor de Kinderbescherming zich zorgen over?
De Raad voor de Kinderbescherming is van mening dat de ontwikkeling
van Laura wordt bedreigd omdat er zorgen zijn over de volgende punten:
1. de sociale en emotionele ontwikkeling, omdat zij lange perioden
geen of slechts oppervlakkig sociaal contact zal hebben tijdens
haar reis;
2. de identiteitsontwikkeling omdat zij gedurende een lange periode
weinig omgang met leeftijdsgenoten zal hebben;
3. de cognitieve ontwikkeling omdat het de vraag is of zij in
praktische zin onderwijs kan volgen tijdens haar reis;
4. de veiligheid op reis, waaronder de copingsvaardigheden. Met
copingsvaardigheden wordt bedoeld het omgaan met problemen.
12. Wat vind de rechtbank van deze zorgen?
Ten aanzien van de sociale, emotionele en de identiteitsontwikkeling
begrijpt de rechtbank de zorgen van de Raad voor de Kinderbescherming
maar vindt zij dit geen reden voor een ondertoezichtstelling. Dat de
meeste kinderen in deze leeftijdsfase op een andere manier opgroeien
en zich ontwikkelen, betekent nog niet dat Laura in dit opzicht in
haar ontwikkeling wordt bedreigd.
Wel neemt de rechtbank de zorgen van de Raad voor de Kinderbescherming
over als het gaat om de veiligheid op reis en de vraag of Laura wel
onderwijs zal volgen tijdens haar reis.
13. Wat heeft de zeildeskundige gezegd?
Dat Laura goed kan zeilen staat niet ter discussie, maar het is de
vraag of haar huidige zeilervaring voldoende is om veilig zo'n grote
solo-zeiltocht te maken. Daarnaast heeft hij vraagtekens gezet ten
aanzien van een aantal veiligheidsaspecten.
14. Wat gaat er nu gebeuren?
Laura kan nu niet aan haar reis beginnen zonder toestemming van Bureau
Jeugdzorg. Ze kan haar reis verder voorbereiden in overleg met Bureau
Jeugdzorg. De ondertoezichtstelling is uitgesproken voor de duur tot 1
juli 2010. Als Bureau Jeugdzorg dat nodig vindt, kan daarna een
verlenging van deze duur aan de rechtbank worden gevraagd. Het is ook
mogelijk dat de rechtbank, op verzoek van de ouders, de
ondertoezichtstelling eerder opheft.
Bron: Rechtbank Utrecht
Datum actualiteit: 30 oktober 2009