Navigatiesystemen kunnen slimmer, vormgeving moet beter
Datum: 20 oktober 2009
Bij het ontwerp van navigatiesystemen moet meer rekening worden
gehouden met de manier waarop automobilisten informatie verwerken.
Door te kiezen voor duidelijker kleuren en symbolen worden de systemen
overzichtelijker. Met name oudere automobilisten houden dan meer tijd
over om op de weg te letten, waardoor de veiligheid vergroot. Dat
blijkt uit onderzoek van psycholoog Ellen Wilschut. Zij promoveert op
29 oktober aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Steeds meer automobilisten maken gebruik van navigatiesystemen: de
prijzen van de systemen dalen en ook worden steeds meer telefoons met
navigatie¬programma's uitgerust. Maar de roep om regulering wordt
luider, nu blijkt dat gebruik van navigatiesystemen tot onveilige
verkeerssituaties kan leiden. Niet ten onrechte, zo laat het onderzoek
van Ellen Wilschut zien. Een slecht ontworpen navigatiesysteem kan de
reactietijd op informatie uit het display met wel een seconde
verslechteren.
Hoofd- en bijzaken onderscheiden
In haar onderzoek richtte Wilschut zich onder meer op de complexiteit
van displays van navigatiesystemen. Informatie die essentieel is voor
het autorijden, moet op grond van eenvoudige visuele kenmerken te
onderscheiden zijn van irrelevante elementen, zo blijkt. Bij voorkeur
wijkt het essentiële element op slechts één kenmerk af, bijvoorbeeld
kleur of vorm. Hierdoor kost het de bestuurder relatief weinig tijd om
op het display te kijken en de informatie te verwerken, en verbetert
het rijgedrag.
Ouderen zijn langzamer
Met name ouderen blijken moeite te hebben hoofd- en bijzaken te
onderscheiden op de display van een navigatiesysteem. EEG-onderzoek
liet zien dat proefpersonen tussen 50 en 70 jaar irrelevante
informatie slechter kunnen onderdrukken dan proefpersonen tussen 20 en
25 jaar. Dit heeft onder meer gevolgen voor de reactietijd bij het
autorijden, zoals blijkt uit een experiment in een rijsimulator.
Wanneer proefpersonen kort na elkaar op een gecompliceerd
navigatiesysteem moeten kijken en reageren op de remlichten van hun
voorligger, treedt interferentie op: de hersenen kunnen alle
informatie niet goed genoeg verwerken en de juiste reactie (remmen)
laat langer op zich wachten. Bij oudere proefpersonen was dit effect
aanzienlijk sterker dan bij jongere proefpersonen.
Vormgeving moet beter
Producenten kunnen bijdragen aan de verkeersveiligheid door bij het
ontwerp van navigatiesystemen meer aandacht te besteden aan de manier
waarop automobilisten informatie verwerken. Wilschut: "Bij de
vormgeving van systemen wordt vooral aandacht besteed aan de visuele
aantrekkelijkheid, zo lijkt het. Maar aantrekkelijke display met veel
details en kleuren zijn niet per se beter."
Technische vernieuwing
Ook moeten navigatiesystemen meer rekening houden met de kans dat de
weggebruiker moet reageren op onvoorspelbare verkeerssituaties.
Wilschut: "In de stad is de kans dat je snel moet inspelen op gedrag
van andere weggebruikers veel groter dan op de snelweg. Met dergelijke
omstandigheden zouden navigatiesystemen rekening moeten houden."
Bovendien kan winst geboekt worden door navigatie-informatie niet op
een apart scherm in het dashboard te presenteren, maar op de autoruit,
zo blijkt uit het onderzoek. De automobilist hoeft dan zijn ogen niet
af te wenden, maar kan afwisselend óp de ruit en dóór de ruit kijken.
Hierdoor kunnen de prestaties van oudere én jongere automobilisten
verbeteren. Op dit terrein moet echter nog nader onderzoek worden
verricht.
Richtlijnen van overheden
Overheden moeten producenten dwingen hun onderzoeksgegevens openbaar
te maken, aldus Wilschut. "De automobielindustrie zal vast en zeker
onderzoek doen naar de navigatiesystemen, maar producenten beschermen
hun resultaten uit concurrentieoverwegingen. Daardoor is er maar heel
weinig informatie beschikbaar." Ook moeten overheden duidelijker eisen
stellen aan navigatiesystemen, vindt de onderzoeker. Wilschut: "Van de
gordels tot de remmen, de EU heeft voor alle auto-onderdelen
nauwkeurig meetbare eisen. Voor navigatiesystemen zijn die er nog
nauwelijks. En dat terwijl het gebruik ervan grote gevolgen kan hebben
voor de verkeersveiligheid."
Curriculum vitae
Ellen Wilschut (Alkmaar, 1980) studeerde psychologie in Groningen en
deed haar promotieonderzoek aan het Leibniz-Institut für
Arbeitsforschung van de Technische Universiteit Dortmund en de
afdeling Functieleer van de Rijksuniversiteit Groningen. Ze promoveert
in de Gedrags- en Maatschappijwetenschappen bij prof. dr. K.A.
Brookhuis, prof. dr. M. Falkenstein en dr. A.A. Wijers. Wilschut werkt
inmiddels als onderzoeker bij TNO in Soesterberg. De titel van haar
proefschrift luidt: ''The impact of in-vehicle information systems in
simulated driving performance: effects of age, timing and display
characteristics".
Rijksuniversiteit Groningen