Dagvaardingen en sepots in zaak vechtpartij Woeden met
dodelijke afloop
29 oktober 2009 - Arrondissementsparket Utrecht
Negen verdachten zullen zich de komende dagen voor de rechter moeten
verantwoorden voor hun aandeel in de vechtpartij op 8 juni 2008 in
Woerden waarbij Robert Mazur de dood vond. Eerder werd de
hoofdverdachte veroordeeld voor poging doodslag. De zaken tegen de
meeste overige verdachten zijn geseponeerd.
Als zittingsdagen zijn gereserveerd vrijdag 30 oktober, maandag 2,
dinsdag 3 en maandag 9 november. Van de negen verdachten zijn er vijf
meerderjarig en vier als minderjarige gedagvaard. Hen wordt het
(mede)plegen van openlijk geweld en/of poging zware mishandeling ten
laste gelegd. Er is besloten dat de feitenbehandeling van de zaken
tegen alle verdachten openbaar zal zijn, maar de behandeling van de
persoonlijke omstandigheden van de minderjarige verdachten zal achter
gesloten deuren plaatsvinden. Zodoende zal het publiek de zaal enkele
keren moeten verlaten.
De zaken tegen twee 20-jarigen, een 19-jarige en een 21-jarige
Woerdenaar zijn inmiddels onvoorwaardelijk geseponeerd. Tegen hen was
onvoldoende bewijs.
En vandaag heeft de officier van justitie met drie verdachten een
gesprek gevoerd. Zij hebben een dusdanig gering aandeel in het
incident gehad dat hun zaak voorwaardelijk geseponeerd zal worden.
Voorwaardelijk wil zeggen dat als zij de komende twee jaar nieuwe
strafbare feiten plegen, het sepot wordt teruggedraaid en de aanklacht
tegen hen in deze zaak zal kunnen herleven. Het betreft een 18-jarige,
een 20-jarige en een 22-jarige man, allen Woerdenaren. In één zaak
moet nog een beslissing worden genomen.
Op 24 februari 2009 vond de inhoudelijke behandeling tegen de
hoofdverdachte plaats. Destijds achtten het OM en de rechtbank niet
bewezen dat het slachtoffer was overleden ten gevolge van het geweld
dat door de hoofdverdachte tegen hem was gebruikt. Deze verdachte werd
zodoende toen niet schuldig bevonden aan doodslag maar voor poging
doodslag veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden waarvan
zes maanden voorwaardelijk.
Openbaar Ministerie