Lansingerland: Bouwen op een fundament
Lansingerland, 29 oktober 2009
Risicos in Woningbouwprogramma
Woningbouw, bevolkingsontwikkeling en ontwikkelingen in het
voorzieningenniveau van een gemeente zijn onlosmakelijk met elkaar
verbonden. Dat geldt ook voor woningbouw en de inkomsten van de
gemeente, denk aan OZB en leges voor bouwvergunningen. Een afname in
de afzet van de geplande huizen door de economische crisis zal dus
gemeentebrede gevolgen hebben. Het college van Lansingerland wil de
regie kunnen voeren op de ontwikkelingen in de woningbouw en de
gemeentebrede gevolgen daarvan. De voorwaarden daarvoor zijn echter
nog niet geheel vervuld zo blijkt uit het rapport bouwen op een
fundament waarin de Rekenkamer Lansingerland rapporteert over het
woningbouwprogramma van Lansingerland onder invloed van de economische
crisis.
De economische crisis heeft grote invloed op het woningbouwprogramma:
de vraag naar woningen stagneert, de bevolkingsprognose moet worden
bijgesteld, inkomsten uit de grondexploitatie lopen terug, enz. Het
college van Lansingerland had geen scenario klaarliggen dat rekening
hield met de economische crisis. Onder invloed van die crisis moest
het woningbouwprogramma worden geactualiseerd. Het college heeft dit
voortvarend opgepakt en een projectgroep de opdracht tot actualisatie
gegeven.
Dit heeft geleid tot keuzes, bijvoorbeeld over de fasering van
woningbouwprojecten. Het is achteraf niet goed mogelijk die keuzes en
de overwegingen daarbij te herleiden, omdat uitgangspunten en normen
vooraf onvoldoende zijn gespecificeerd en vastgelegd. Daardoor
ontbreekt het ook aan een objectieve maatstaf voor onder meer het
toezicht op de projectgroep en het ontwikkelen van een dashboard voor
het college dat de consequenties van wijzigingen in het
woningbouwprogramma zichtbaar maakt. De gevolgen van de actualisatie
van het woningbouwprogramma zijn wel consistent doorvertaald naar de
bevolkingsprognose, de grondexploitatie en overige relevante
beleidsdocumenten. Ook heeft het college de raad hierover
geïnformeerd.
Om de gewenste regie te kunnen voeren op de ontwikkelingen in de
woningbouw zal het college moeten beschikken over een strategische
risicoanalyse met bijbehorende scenarios en beheersingsmaatregelen.
Deze ontbraken tot dusver. In het nieuwe woningbouwprogramma is alleen
uitgegaan van het scenario dat de woningmarkt in 2011 weer aantrekt.
Scenarios waarbij de woningmarkt langer onder druk blijft staan of de
stadsregio de gemeente vraagt om alsnog te voldoen aan de VINEX opgave
zijn niet uitgewerkt. Als deze scenarios zich zouden voordoen is het
college daar dus niet op voorbereid en mogelijk niet in staat daar
tijdig en goed op in te spelen.
Het college kan zich over het algemeen goed vinden in de conclusies en
aanbevelingen van de rekenkamer en deelt ook haar zorgen. Bij de
actualisatie heeft het college gekozen voor een beperkt aantal
scenarios, omdat het snelheid van handelen belangrijker achtte. De
strategische risicoanalyse is in september gereed gekomen. Het college
denkt niet dat een betere verslaglegging van taken,
verantwoordelijkheden en keuzes tot een andere besluitvorming zou
hebben geleid. De rekenkamer acht verslaglegging vooral van belang om
de verhoudingen in de organisatie vorm te geven (bijvoorbeeld tussen
stuur- en projectgroep) en om genomen besluiten te kunnen
reconstrueren.
Noot redactie: 29 november 2009 om 11.00 uur is het rapport digitaal
beschikbaar: www.rekenkamer.rotterdam.nl. Informatie: mw. Corrie
Stoute, tel. 010- 417 22 42.
Minervahuis II, Meent 94 Postbus 70012
3000 KP Rotterdam telefoon: 010
- 4172242 ____________________