ChristenUnie
Bijdrage Cynthia Ortega-Marijn plenair debat begroting
Economische Zaken
Bijdrage Cynthia Ortega-Marijn plenair debat begroting Economische Zaken
woensdag 28 oktober 2009 15:30
Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Voorzitter. De Nederlandse
economie zit in zwaar weer. In het kader van het stimuleren van de
economie heeft het kabinet een aantal maatregelen genomen. Als ik met
mkb-ondernemers spreek, krijg ik te horen dat de maatregelen van de
overheid zich vaak richten op grote ondernemingen. De regelingen zijn
soms lastig uitvoerbaar voor zelfstandige ondernemers. Heeft de
minister deze signalen ook ontvangen? Wat gaat zij daaraan doen?
Verder is de voorzichtige opstelling van de banken nog een
groot probleem voor mkb-ers. In maart spraken de banken hun commitment
uit om het BBMKB en de Garantie Ondernemingsfinanciering echt te gaan
gebruiken. De minister heeft recent voor een verdriedubbeling van
bankgaranties gezorgd. VNO-NCW en MKB-Nederland zeggen echter dat de
mismatch tussen bedrijfsleven en banken niet verdwijnt. Hoe wil de
minister die mismatch wegnemen? Banken zijn ook aangesproken op het
eenzijdig opzeggen of aanpassen van een kredietovereenkomst. Ik hoor
nog steeds van bedrijven dat dit plaatsvindt. Hebben de banken het
eerdere signaal van het kabinet dan niet begrepen? Graag zou ik hierop
een reactie ontvangen.
Al zijn de economische weerberichten voor de korte termijn
somber, toch is het van ongekend belang om te blijven investeren in
kennis en innovatie, juist op terreinen waarop Nederland koploper is.
In het herfstreces ben ik op bezoek geweest bij bedrijven in het
Rijnmondgebied die internationaal uitblinken op technologisch gebied.
In het Rijnmondgebied helpt het publiek-private platform
Kennisinfrastructuur Mainport Rotterdam projecten op te zetten om de
broodnodige technici klaar te stomen voor de arbeidsmarkt. Ik heb
begrepen dat de KMR tot eind 2010 mandaat heeft, terwijl het platform
eigenlijk door de Taskforce Technologie Onderwijs Arbeidsmarkt, de
TOA, benoemd is om op te treden als een regionale TOA. Graag wil ik
van de minister een stand van zaken over de TOA hebben.
Innoverende ondernemers ervaren dat zij moeilijk of zelden
gebruik van stimulerende regelingen kunnen maken. Ik noem drie
voorbeelden. Het eerste voorbeeld is de regeling
innovatieprestatiecontracten. Deze heeft een verplichting tot
samenwerking. Dit vormt een barrière voor bedrijven die aan het begin
van het werken aan een potentieel product zelfstandig een
haalbaarheidsonderzoek willen doen.
Het tweede voorbeeld is de voorwaarde om samen te werken
met een kennisinstelling bij de aanvraag van innovatievouchers. Dit is
vreemd als het bedrijf zelf de kennis in huis heeft. Ook hier is dus
maatwerk gewenst.
Een derde voorbeeld is een verruiming van de WBSO als
crisismaatregel. Deze regeling is bedoeld om research en development
te stimuleren. Bij inhuur van personeel kan hier echter geen gebruik
van worden gemaakt. Dit is een beperking voor technologische
bedrijven, zeker omdat zij met krapte op de arbeidsmarkt te maken
hebben. Zzp'ers zijn zelf ook helemaal uitgesloten van de verruiming
van de WSBO-aftrek. Waarom mogen zij geen gebruikmaken van deze
regeling? Is de minister bereid om te onderzoeken welke knelpunten
ondernemers in de technologiebranche ondervinden bij het gebruikmaken
van deze stimuleringsregelingen?
De staatssecretaris heeft herhaaldelijk benadrukt dat het
bij maatschappelijk verantwoord ondernemen draait om vrijwilligheid
zonder vrijblijvendheid. Het niet naleven van fundamentele
OESO-richtlijnen blijft helaas vaak zonder gevolgen. De
vrijblijvendheid is nog te groot. Dit is een uitgelezen kans voor de
regering om eisen te stellen aan overheidssteun,
exportkredietverzekeringen en deelname aan handelsmissies. In de
internationale keten mag deze eis zich niet beperken tot de eerste
toeleverancier. Daarop krijg ik graag een reactie van de
staatssecretaris.
De fractie van de ChristenUnie heeft de staatssecretaris
er onlangs toe opgeroepen om een lijst met producten en landen op te
stellen waar risico's op kinder- en/of dwangarbeid en schending van
mensenrechten aanwezig zijn.
Inmiddels zag ik in een persbericht dat de staatssecretaris onze
oproep ondersteunt. Hoe gaat hij dit verder invullen?
Ook van banken mag inzet worden gevraagd. Onlangs bleek
dat ABN AMRO even geen brood ziet in duurzaamheidbeleid, omdat de bank
eerst zijn financiële zaken op orde wil hebben. Afgelopen zomer gaf
minister Bos nog aan dat Nederland zich kan onderscheiden in duurzaam
beleggen. Daarnaast wil de staatssecretaris van EZ dat Nederland van
duurzaamheidkennis een exportproduct maakt. Feit is echter dat
buurlanden ons links en rechts inhalen op deze thema's. Welke regierol
ziet de staatssecretaris voor zichzelf en het kabinet?
Dan enkele woorden over de wijkeconomie. Hierbij gaat het
om krimp op het platteland. De dorpseconomie is erg kwetsbaar. Op
creatieve manier proberen gemeenten het vestigingsklimaat te
verbeteren en ondernemers voor de gemeente te behouden. Lokaal vinden
initiatieven plaats, bijvoorbeeld door ondernemers voor een symbolisch
bedrag grond te laten pachten of winkelruimte onder de marktprijs aan
te bieden. De ChristenUnie-fractie wil dat het ministerie van
Economische Zaken ook kleine gemeenten ondersteunt in het behoud van
economische bedrijvigheid. Wil de staatssecretaris instrumentarium
aanreiken waarmee gemeenten zelf kunnen opkomen voor het behoud van
basisvoorzieningen?
Eerder diende ik een motie in voor het inzetten van de
ontslagvergoeding voor de start van een eigen onderneming, in het
bijzonder het opnemen van de fiscale oudedagsreserve op de balans van
de nieuwe onderneming. Het kabinet noemt deze oplossing bewerkelijk en
niet nodig. Wat houdt het kabinet tegen om ex-werknemers een goede
kans te geven door de ontslagvergoeding als startkapitaal in te
zetten? Graag een reactie.
Cynthia Ortega