verslag van de RAZEB van 26 en 27 oktober 2009
Kamerbrief inzake verslag van de RAZEB van 26 en 27 oktober 2009
Kamerbrief | 28 oktober 2009
Graag bieden wij u hierbij het verslag aan van de Raad Algemene Zaken
en Externe Betrekkingen van 26 en 27 oktober 2009.
De Minister van Buitenlandse Zaken, De Staatssecretaris voor Europese
Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen Drs. F.C.G.M. Timmermans
Verslag van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen (RAZEB) van
26 en 27 oktober 2009
Algemene Zaken
Voorbereiding van de Europese Raad van 29 en 30 oktober 2009
Institutionalia
Tijdens deze Raad is gesproken over de situatie in Tsjechië met
betrekking tot het Verdrag van Lissabon. Het voorzitterschap heeft de
Raad geinformeerd dat Tsjechië in elk geval pas kan bekrachtigen na de
uitspraak van het Tsjechische constitutionele hof. Inmiddels is bekend
dat het Hof op 3 november uitspraak zal doen.
Wat betreft de tegemoetkoming van de zorgen van president Klaus ten
aanzien van de Benes-decreten heeft het voorzitterschap laten weten
met Tsjechië aan een voorstel voor een oplossing te werken.
Staatssecretaris Timmermans heeft benadrukt dat de oplossing die wordt
gevonden voor de zorgen van president Klaus definitief moet zijn; dat
wil zeggen gekoppeld aan duidelijkheid over de bekrachtiging door
Tsjechië.
De nieuwe Commissie zal niet benoemd kunnen worden voordat duidelijk
is op grond van welk verdrag de benoeming plaatsvindt. Omdat het
Constitutioneel Hof pas op 3 november een uitspraak doet is het
nagenoeg uitgesloten dat deze Europese Raad over de benoemingen
beslist.
Met betrekking tot de implementatie van het Verdrag van Lissabon heeft
het voorzitterschap een tweetal rapporten opgesteld: een algemeen
voortgangsrapport en een voorzitterschapsdocument met uitgangspunten
voor de Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO). De Europese Raad
zal kennis nemen van het voortgangsrapport en het
uitgangspuntendocument voor de EDEO onderschrijven. De Raad kon
hiermee instemmen.
Economische en sociale situatie
Met betrekking tot de economische situatie bestond er in de Raad
overeenstemming over het feit dat de sociale dimensie van de crisis
door de Europese Raad niet over het hoofd gezien mag worden. De
werkloosheid neemt nu in heel Europa snel toe. Het uitwisselen van
ervaringen, best practices en expertise is nu van groot belang.
Daarnaast bestond er consensus over de tijdsplanning van
exit-strategieën. Deze zouden uiterlijk in 2011 moeten worden
geïmplementeerd zoals reeds in de Ecofin-Raad van vorige week overeen
werd gekomen.
Zuivel
Op verzoek van Frankrijk wordt in de ontwerpconclusies ook aandacht
besteed aan de onrust in de zuivelsector als gevolg van de lage
melkprijzen. De initiatieven van de Europese Commissie worden
verwelkomd. Staatssecretaris Timmermans, gesteund door enkele andere
lidstaten, benadrukte dat de uitgangspunten van de "Health Check" van
het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid, zoals de verdere marktorientatie
en de uitfasering van de melkquota, hierbij volledig gerespecteerd
moeten worden.
Klimaatverandering
Klimaatfinanciering, en met name interne lastenverdeling binnen de EU,
blijft een struikelblok om te komen tot een alomvattende positie van
de Europese Raad in de aanloop naar Kopenhagen. Een tweede
discussiepunt was het meenemen van overgebleven VN-emissierechten uit
de Kyoto-periode (`hot air'). Er is een risico dat deze `hot air' de
effectiviteit van een emissiehandelssysteem onder een
Kopenhagen-akkoord ondermijnt. Anderzijds heeft een aantal nieuwe
lidstaten overschotten van emissierechten en wil men die op een of
andere manier kunnen gebruiken.
Staatssecretaris Timmermans heeft in de Raad duidelijk gemaakt dat de
Europese Raad de nodige beslissingen moet nemen om tot een sterke
EU-positie te komen die kan bijdragen aan overeenstemming in
Kopenhagen. Daarbij is het belang onderstreept te voorkomen in
Kopenhagen voor verrassingen geplaatst te worden door andere landen.
Hij heeft zich voorstander getoond om de interne lastenverdeling ná
Kopenhagen te bespreken. Hoewel Staatssecretaris Timmermans daarbij
werd gesteund door een aantal lidstaten, gaf een groep andere
lidstaten juist aan de interne lastenverdeling voorafgaand aan
Kopenhagen geregeld te willen hebben. Hij heeft verder gepleit voor
het in de tekst concretiseren welk aandeel publieke financiering de EU
op zich neemt (20-30%) en het noemen van een bedrag voor fast
trackmaatregelen.
Illegale immigratie
De Zuidelijke lidstaten waaronder Frankrijk en Italië hebben tijdens
de Raad aangegeven dat zij tijdens de Europese Raad zullen aandringen
op versterking van de migratieparagraaf in de ER-conclusies.
Baltische Zee Strategie
De Europese Raad zal de Baltische Zee Strategie naar verwachting
zonder discussie aannemen. Er zullen geen nieuwe instituties worden
gecreëerd en er komt geen additionele communautaire financiering. Een
werkgroep op hoog niveau zal worden opgezet om toe te zien op de
uitvoering van de strategie. De RAZEB stemde hiermee in.
Externe Betrekkingen
Westelijke Balkan
De ministers van Buitenlandse Zaken spraken tijdens het werkdiner over
de Westelijke Balkan. De discussie richtte zich vooral op de actuele
politieke situatie in Bosnië-Herzegovina.
Voorzitter Bildt informeerde de Raad over het recente initiatief dat
hij samen met de VS had ondernomen om de politieke impasse in
Bosnië-Herzegovina te doorbreken. Op 21 oktober jl. had Bildt samen
met VS Deputy Secretary of State, James Steinberg, zeven Bosnische
politieke leiders op EUFOR-kamp Butmir bijeen gebracht om een pakket
hervormingsvoorstellen te bespreken. De voorstellen waren gericht op
het voldoen aan de belangrijkste nog uitstaande (5+2)-voorwaarden die
zijn gesteld voor de sluiting van het kantoor van de Hoge
Vertegenwoordiger (OHR). Tevens waren er in het pakket grondwettelijke
wijzigingen voorgesteld die vooral van belang zijn voor het
functioneel maken van de centrale staatsorganen van
Bosnië-Herzegovina. Alhoewel alle partijen bereid waren geweest om
over de voorstellen te onderhandelen hadden de partijen nog niet veel
voortgang kunnen boeken. Het was nu zaak om te blijven aandringen bij
het Bosnische politieke leiderschap op een meer structureel
constructieve houding. Voorafgaand aan de Peace Implementation Council
(PIC) van 18 en 19 november as. wordt een reactie van de Bosnische
partijen op het aangeboden pakket verwacht. Voorzitter
Bildt stelde tot slot dat er naar zijn mening ook na een eventuele
sluiting van de OHR een noodzaak zal blijven bestaan van Europese
militaire aanwezigheid in Bosnië-Herzegovina. Hierover zal tijdens een
volgende RAZEB nader worden gesproken.
Enkele ministers brachten op dat zij nog steeds voorstander waren van
het nu spoedig in werking laten treden van delen van de SAO met Servië
door middel van het activeren van de desbetreffende
interim-overeenkomst. Voorzitter Bildt bood geen gelegenheid voor
verdere discussie.
Iran
Minister Verhagen vroeg aandacht voor het Nederlandse initiatief om de
export van Europese internetfiltertechnologieën naar de Iraanse
autoriteiten tegen te gaan, zodat de vrije toegang tot informatie in
Iran moeilijker belemmerd kan worden. In navolging van de oproep van
minister Verhagen tijdens de vorige RAZEB had Nederland hiertoe
voorafgaand aan de vergadering in een brief aan het voorzitterschap
enkele voorstellen gedaan (zie bijlage). Ten eerste kan gedacht worden
aan een licentiesysteem voor bedrijven waarmee de export van
filtertechnieken naar de Iraanse overheid beperkt kan worden. Ten
tweede zouden Europese bedrijven opgeroepen kunnen worden in een
ethische gedragscode af te spreken geen filtertechnologieën aan
regimes te leveren die dergelijke technieken zouden misbruiken om de
vrijheid van meningsuiting van hun bevolkingen te beperken.
Er was brede overeenstemming dat Iran een halt toegeroepen diende te
worden in pogingen de vrijheid van meningsuiting verder in te dammen.
Bij enkelen bestond enige twijfel of een exportban voldoende effect
zou sorteren, aangezien Iran de filtertechnologieën ook elders zou
kunnen verwerven. Minister Verhagen benadrukte dat Europa desondanks
de morele verantwoordelijkheid op zich zou moeten nemen te voorkomen
dat Iraanse burgers door Europese techniek verhinderd worden het
internet te gebruiken als democratisch platform. De Commissie gaf aan
de mogelijkheden hiertoe nader te zullen onderzoeken. Nederland zal
onder andere in de discussies over mogelijke additionele sancties
aandacht voor internetfilters blijven vragen.
Het uitblijven van een formele Iraanse reactie op het
compromisvoorstel van het IAEA, waarbij nucleaire brandstof in het
buitenland verrijkt wordt voor medische doeleinden maar onvoldoende
verrijkt wordt voor wapendoeleinden, werd door de ministers betreurd.
Door meerdere ministers, waaronder minister Verhagen, werd de zorg
uitgesproken dat Iran probeert tijd te rekken. Daarbij heeft de
recente onthulling van het bestaan van een additionele
verrijkingscentrale in Qom de zorgen van de internationale gemeenschap
over de nucleaire intenties van Iran verder versterkt. Een aantal
lidstaten, waaronder Nederland, benadrukte het belang dat de Unie zich
actief voorbereidt op het nemen van additionele sanctiemaatregelen
indien de besprekingen tussen Iran en de E3+3 onvoldoende resultaat
opleveren en via de VN-veiligheidsraad geen consensus kan worden
bereikt. Daarbij moet getracht worden met gelijkgezinde landen buiten
de EU samen te werken. Minister Verhagen noemde december als mogelijke
deadline voor een Europees besluit over additionele sancties.
Verschillende ministers sloten zich hierbij aan.
De EU blijft de ontwikkeling van de mensenrechtensituatie in Iran
uiteraard nauwgezet volgen. Op 25 oktober bracht het voorzitterschap
een verklaring uit waarin de EU haar grote zorg uitspreekt over het
verloop van de massaprocessen en de vele willekeurige arrestaties van
politieke opponenten, journalisten, mensenrechtenverdedigers en
anderen die sinds de Iraanse presidentsverkiezingen hebben
plaatsgevonden. Ook worden de doodstraffen die zijn opgelegd ten
zeerste veroordeeld.
Uitbreiding / Albanië
Het voorzitterschap besloot de bespreking van de
EU-lidmaatschapsaanvraag van Albanië uit te stellen tot de RAZEB van
16 en 17 november.
Afghanistan / Pakistan
De ministers van Buitenlandse Zaken spraken over recente politieke
ontwikkelingen in Afghanistan en Pakistan en de Europese inzet in die
landen en de regio.
De Raad keurde een EU-actieplan goed inzake versterkte EU-inzet in
Afghanistan en Pakistan. Het actieplan is als bijlage bij deze brief
gevoegd. Dit actieplan formuleert geen nieuw beleid, maar zal helpen
de realisatie van bestaande EU-doelstellingen effectiever na te
streven. Het plan geeft aan welke prioriteiten de EU stelt en wat de
EU kan en moet doen om deze te verwezenlijken. Het EU-actieplan zal
nog door de aanstaande Europese Raad worden bekrachtigd.
Ten aanzien van de presidentsverkiezingen in Afghanistan stelde
voorzitter Bildt dat een geloofwaardige tweede ronde nu noodzakelijk
was en dat de EU-waarnemersmissie om die reden een belangrijke taak te
vervullen had. Bildt stelde ook dat samenwerking tussen beide
overgebleven presidentskandidaten niet alleen van belang was voor
succesvolle verkiezingen, maar ook voor de periode daarna. Commissaris
Ferrero- Waldner bevestigde dat de Commissie klaar was om opnieuw een
waarnemersmissie uit te zenden, maar dat geen garanties konden worden
gegeven over de precieze omvang. Gestreefd werd naar een missie van
ten minste 100 waarnemers. Het kernteam, met aan het hoofd de
Nederlandse Europarlementariër Thijs Berman, zou zo snel mogelijk
worden uitgezonden. De Commissie riep lidstaten op om zoveel mogelijk
steun te geven aan de missie.
Commissaris Ferrero-Waldner deelde mee dat de Commissie onderzocht hoe
de financiële EU steun aan beide landen substantieel zou worden
verhoogd. Ferrero-Waldner benadrukte daarbij dat het aangenomen
EU-actieplan als basis moest dienen voor een beter gecoördineerde
EU-aanpak. Voorzitter Bildt vroeg speciale aandacht voor EUPOL. Hij
verwees daarbij naar de brief dij hij samen met SG/HV Solana aan alle
ministers had gestuurd en waarin nogmaals werd gewezen op de
verplichtingen die de EU had aangegaan inzake EUPOL.
De ministers spraken steun uit voor het actieplan en het voornemen om
de EU-inzet te intensiveren en beter te coördineren. De praktische
implementatie van het plan had nu hoge prioriteit. Veel ministers
wezen ook op het belang van een geloofwaardig Afghaans
regeringsprogramma en de noodzaak om spoedig met de nieuwe Afghaanse
regering heldere afspraken te maken over het te voeren beleid.
Meerdere ministers waren van mening dat er om die reden spoedig een
volgende internationale conferentie over Afghanistan moest worden
georganiseerd.
Minister Verhagen benadrukte dat de EU met een nieuwe regering heldere
afspraken moest maken over onder andere goed bestuur, corruptie- en
drugsbestrijding. Zonder een geloofwaardige Afghaanse regering met
heldere doelstellingen en afspraken zou er geen draagvlak zijn voor de
Afghaanse regering bij de internationale gemeenschap of de Afghaanse
bevolking. Minister Verhagen ondersteunde in dat verband ook de oproep
van minister Bildt en HV Solana inzake EUPOL. Het nakomen van de
Europese beloften was belangrijk met het oog op het trainen van
Afghaanse politie en daarmee Afghanisering, maar tevens voor de
Europese geloofwaardigheid. De EUPOL-inspanningen konden niet aan
slechts een paar betrokken lidstaten worden overgelaten. De minister
onderstreepte voorts het belang van de aanwezigheid van een brede
Europese waarnemersmissie bij de tweede ronde. De Unie moet de
werkzaamheden van de Verenigde Naties en van de Afghaanse verkiezings-
en klachtencommissies steunen.
Enkele ministers vroegen specifiek aandacht voor het Pakistaanse
offensief in Zuid-Waziristan dat volledige steun van de EU verdiende.
Alle ministers waren het eens dat de EU-hulp en de politieke dialoog
met Pakistan verder moesten worden verstrekt met als uiteindelijke
doel het hervestigen van de autoriteit van de Pakistaanse centrale
overheid over het gehele Pakistaanse grondgebied.
MOVP
De Raad besprak het Midden-Oosten Vredes Proces (MOVP) en in het
bijzonder de vraag op welke wijze de EU aan een duurzame implementatie
van een eventueel vredesakkoord zou kunnen bijdragen. Bovendien werd
ingegaan op de ondertekening van een Associatie Akkoord tussen de EU
en Syrië.
MOVP
De Raad was niet optimistisch gestemd over de kansen op een spoedige
herstart van de vredesonderhandelingen. Zo bleef Israël, ondanks de
diplomatieke inspanningen van Speciaal VS-gezant Mitchell, weigeren
een moratorium af te kondigen op de bouw van nederzettingen en had het
Palestijnse verzoeningsproces nog geen enkel tastbaar resultaat
opgeleverd. De Raad toonde zich bovendien bezorgd over de explosieve
situatie die was ontstaan in Jeruzalem naar aanleiding van
schermutselingen op en rondom de Tempelberg. Verdere escalatie zou
toenadering tussen Israëli's en Palestijnen nog moeilijker maken. Een
ander zorgpunt betrof de verzwakte positie van president Abbas, die
zowel vanuit Fatah als Hamas veel kritiek te verduren had gekregen
over zijn houding jegens het Goldstone-rapport. De toegenomen
spanningen gaven aanleiding tot zorg over het ordelijke verloop van de
aangekondigde presidents- en parlementsverkiezingen eind januari
volgend jaar.
De ministers waren het erover eens dat alleen blijvende, actieve
bemoeienis van de VS de partijen van de noodzaak zou kunnen overtuigen
om water bij de wijn te doen en zo vredesbesprekingen mogelijk te
maken. In dat kader was het essentieel dat de EU de Amerikaanse
inspanningen krachtig bleef ondersteunen en bovendien in woord en
gebaar duidelijk maakte een concrete bijdrage te willen leveren aan de
implementatie van een toekomstig vredesakkoord. Minister Verhagen
onderstreepte daarbij het belang dat een EU-bijdrage in nauw overleg
met de VS en de overige Kwartetpartners wordt ingevuld.
Associatie Akkoord EU-Syrië
De Raad was van oordeel dat ondertekening van een Associatie Akkoord
met Syrië een positieve uitwerking zou kunnen hebben op de situatie in
het Midden-Oosten. Minister Verhagen onderstreepte daarbij evenwel het
belang van de mogelijkheid om het Associatie Akkoord eenzijdig te
kunnen opzeggen indien de mensenrechten in Syrië worden geschonden. De
Raad nam een verklaring aan die in die mogelijkheid voorziet.
Sri Lanka
De ministers bespraken de voortdurende slechte humanitaire situatie
van ontheemden in Sri Lanka. Hoewel er een begin gemaakt is met de
terugkeer van ontheemden, verblijft het merendeel van de ontheemden
nog steeds in kampen, zonder bewegingsvrijheid en onder zeer ongezonde
omstandigheden. De ministers waren eensgezind in hun oordeel dat de
Sri Lankaanse regering ertoe moet worden aangezet om alles in het werk
te stellen onmiddellijke, veilige en vrijwillige terugkeer van de
ontheemden te verzekeren, alsmede bewegingsvrijheid voor de ontheemden
die nog in de kampen verblijven. Tegelijkertijd erkenden de ministers
dat terugkeer van de ontheemden slechts een eerste stap was. Voor
duurzame vrede in Sri Lanka is een inclusief verzoeningsproces
noodzakelijk. De EU is bereid om een constructieve rol te spelen bij
zowel de terugkeer van ontheemden als het verzoeningsproces, door
middel van dialoog en praktische hulp. Een duidelijke commitment van
de Sri Lankaanse overheid ten aanzien van nakoming van internationale
verplichtingen inzake mensenrechten en humanitair recht is echter wel
een vereiste. Non-humanitaire hulp van de EU aan Sri Lanka is daarom
afhankelijk gemaakt van concrete vooruitgang met de terugkeer van
ontheemden en de humanitaire situatie in de kampen. De ministers
bespraken verder de mogelijkheid om handelspreferenties voor Sri Lanka
in het kader van de APS-Plus regeling op te schorten, zolang het land
niet voldoet aan zijn internationale verplichtingen, zoals neergelegd
in internationale conventies. Besloten werd om hierover een beslissing
te nemen op basis van een commissievoorstel dat binnen enkele weken
wordt verwacht.
Oezbekistan
De Raad nam zonder inhoudelijke discussie conclusies aan over het
sanctieregime tegen Oezbekistan dat bestaat uit een wapenembargo. Met
deze Raadsconclusies heeft de Raad besloten het wapenembargo niet te
verlengen. De Raad zal de mensenrechtensituatie in Oezbekistan
nauwlettend blijven volgen en binnen een jaar de ontwikkelingen op
mensenrechtengebied opnieuw evalueren. Op aandringen van Nederland is
in de Raadsconclusies tevens een verwijzing opgenomen naar de noodzaak
voor Oezbekistan om zijn internationale verplichtingen op het gebied
van kinderrechten na te komen.
Guinee-Conakry
Naar aanleiding van het gewelddadige optreden van het militaire regime
in Guinee-Conakry tegen een demonstratie van de oppositie, waarbij
naar schatting meer dan 150 doden vielen, heeft de Raad besloten
sancties in te stellen tegen leden van het regime die verantwoordelijk
geacht worden voor het geweld. Tegen deze individuen zijn
visa-restricties afgekondigd. Ook worden voorbereidingen getroffen hun
banktegoeden te bevriezen (een asset freeze). Tenslotte is een
wapenembargo tegen Guinee Conakry ingesteld, in lijn met het
wapenembargo dat de ECOWAS reeds heeft ingesteld. De EU-hulp aan
Guinee Conakry was na de militaire coup in december 2008 reeds
opgeschort.
Diversenpunt Moldavië
De Raad sprak kort over de actuele politieke situatie in Moldavië en
over de start van de onderhandelingen over een nieuw
samenwerkingsakkoord met Moldavië. In september is een pro-Europese
regering geïnstalleerd. Tot op heden hadden partijen in het
Moldavische parlement echter nog geen overeenstemming weten te
bereiken over de verkiezing van een nieuwe president. De president
wordt in Moldavië met gekwalificeerde meerderheid gekozen door het
parlement, waarin de bij de afgelopen verkiezingen verslagen
communistische partij over een blokkerende minderheid beschikt. In het
licht van de slechte financieel-economische situatie van het land
pleitten verschillende lidstaten voor spoedige financiële
ondersteuning door de Unie. Bildt stelde dat indien IMF-steun nog heel
lang uitblijft verdere politieke instabiliteit verwachtbaar is. De
Commissie gaf aan op korte termijn 5 miljoen euro aan steun versneld
uit te kunnen keren, maar dat aanvullende financiële middelen pas na
een akkoord met het IMF aan de kunnen komen. Naar verwachting zullen
het IMF en Moldavië op heel korte termijn tot een vergelijk komen.
Enkele ministers verzochten om agendering van Moldavië tijdens de
volgende bijeenkomst van de Razeb, op 16 en 17 november aanstaande.
Diversenpunt / vrijheid van religie
Als diversenpunt bracht Italië vrijheid van religie op. Volgens Italië
zou de EU sterker stelling moeten nemen voor de bescherming van
religieuze minderheden en bij een volgende RAZEB Raadsconclusies over
dit onderwerp moeten aannemen. Op basis daarvan zou de EU in
VN-verband meer aandacht voor dit onderwerp kunnen vragen, zo
bepleitte Italië gesteund door Denemarken, en tevens EU-demarches
kunnen uitvoeren in landen waar de vrijheid van religie voor
religieuze minderheden, waaronder Christenen, wordt geschonden. Het
voorzitterschap gaf aan te streven naar conclusies in de
november-RAZEB. Nederland zou Raadsconclusies over vrijheid van
religie toejuichen, mede gezien de voortrekkersrol die Nederland in
EU- en VN-kader vervult op dit terrein. Zo werkt Nederland momenteel
aan een EU-position paper over godsdienstvrijheid en was Nederland de
afgelopen jaren binnen de Derde Commissie van de AVVN de initiator van
de jaarlijkse resolutie over vrijheid van religie, en zal het deze ook
dit jaar co-sponsoren.
Pagina 9 van 9
Ministerie van Buitenlandse Zaken