Maandag 26 oktober 2009 Gemeenschappelijke verklaring Van de Minister van Economische Zaken met banken, de Nederlandse Vereniging van Banken (NVB) en de Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP). Banken en kabinet voelen een gezamenlijke verantwoordelijkheid om het Nederlandse bedrijfsleven te ondersteunen bij overbrugging van de economische recessie nu en het financieren van investeringsherstel bij aantrekkende conjunctuur straks. Dit vergt inspanningen van alle betrokken partijen: bestuurlijk en financieel, die nauw op elkaar dienen te worden afgestemd Kredietverlening. Banken en kabinet stellen vast dat een afnemende groei van de kredietverlening past bij een periode van laagconjunctuur, maar zoveel mogelijk moet voorkomen worden dat een krappe situatie op de kredietmarkt tot problemen in de reële economie leidt. Bedrijven moeten kunnen aanhaken bij economisch herstel en voldoende toegang tot financiering hebben. Met name het kleine(re) en middelgrote bedrijfsleven, dat niet of nauwelijks toegang heeft tot de openbare kapitaalmarkt, is potentieel kwetsbaar in dat opzicht. In een laagconjunctuur zijn de economische vooruitzichten van kredietvragers slechter, hebben ondernemers minder kredietbehoefte omdat investeringen worden uitgesteld en scherpen banken hun risicobeleid aan. Specifiek voor deze crisis geldt dat de buffers van banken zijn aangetast, aanvankelijk door de crisis in de financiële sector en vervolgens door de doorwerking van de recessie op de balanspositie van banken. Tegelijkertijd zien banken zich geconfronteerd met een tendens in de markt tot oplopende eisen m.b.t. hun kapitaalratio's, mede anticiperend op strengere eisen van toezichthouders aan ratio's in het kader van Basel II. Dit zet de ruimte van banken voor kredietverlening onder druk. Maatregelen tot nu toe inclusief de uitvoering van de motie Ten Hoopen. Het kabinet heeft na het uitbreken van de kredietcrisis het bestaande garantie-instrumentarium verruimd en andere maatregelen genomen die de liquiditeitspositie van bedrijven ten goede kwamen, naast het pakket aan maatregelen dat was gericht op de stabiliteit van het financiële systeem. Verdere verruiming van het garantie-instrumentarium heeft plaatsgevonden onder invloed van de ontwikkeling van het kredietvolume en signalen over de benutting van het instrumentarium. Het garantie-instrumentarium stimuleert bancaire kredietverlening met inachtneming van voldoende rentabiliteits- en continuïteitsperspectief voor de betreffende bedrijven. Het maximale leningbedrag onder de garantiefaciliteit voor ondernemingen wordt verhoogd van 50 mln naar 150 mln euro, waarmee het ook voor grotere ondernemingen interessanter wordt om gebruik te maken van de faciliteit. De groeifaciliteit wordt verhoogd van 5 naar 25 mln euro voor private equity. Hiermee kunnen ook participatiemaatschappijen die zich op het middelgrote en grotere bedrijfsleven richten van deze garantiefaciliteit gebruik maken. Het eigen vermogen van het MKB is een belangrijke factor voor de kredietverlening. Participatiemaatschappijen vormen een belangrijke bron van extern eigen vermogen voor niet- beursgenoteerde bedrijven. De Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen werkt mee 1 aan het oplossen van knelpunten op dit gebied; de verruimde groeifaciliteit biedt participatiemaatschappijen hiertoe meer mogelijkheden. De NVP staat dan ook positief tegenover deze uitbreiding en verwacht dat participatiemaatschappijen en ondernemingen de groeifaciliteit meer zullen benutten. Kabinet en banken vertrouwen erop dat de recente aanpassingen en de nadere afspraken die in deze gemeenschappelijke verklaring worden gemaakt een belangrijke impuls zijn voor de benutting van het garantie-instrumentarium door banken en betrokken bedrijven. Overigens is al sprake van een toenemend aantal aanvragen van de GO en neemt ook het gebruik van de borgstellingsregeling weer toe. Banken en kabinet kijken terug op een periode waarin onder druk van de snelle en ongekende economische terugval intensief en constructief is samengewerkt om tot uitbreiding van de garantieregelingen te komen. Partijen zijn zich er van bewust dat deze regelingen, ook na verruiming, slechts op een deel van de totale kredietverlening van banken c.q. kapitaalverschaffing door participatiemaatschappijen betrekking hebben. Het merendeel van de kredietverlening en financieringen vindt zonder overheidsgaranties plaats. Nadere afspraken en verruimingen van de garantieregelingen. Een ruimere benutting van het garantie-instrumentarium is van wezenlijke betekenis: het leidt namelijk onmiddellijk tot kredietverlening aan bedrijven en levert daarmee ook een directe bijdrage aan economische bedrijvigheid en werkgelegenheid. Banken zijn eerder dit jaar al gestart met het breder bekendheid geven aan het instrumentarium, met name intern maar ook extern. In deze gezamenlijke verklaring wordt afgesproken om de flankerende en begeleidende maatregelen te continueren en waar nodig en mogelijk te intensiveren. Deze maatregelen liggen voor alle partijen in de sfeer van voorlichting, communicatie en het bieden van ondersteuning aan kleinere ondernemers bij hun kredietaanvraag. Tevens is de garantieregeling zoals al aangekondigd in de reactie op de motie ten Hoopen op een aantal aspecten nader bezien, waarmee een aantal knelpunten wordt weggenomen. Communicatie en voorlichting Partijen delen de mening dat intensieve voorlichting aan de relevante bankmedewerkers, intermediairs, participatiemaatschappijen en ondernemingen zeer belangrijk is voor een betere benutting van de instrumenten. 1. Partijen hebben hun voorlichtingsprogramma's al uitgebreid. Waar nodig en mogelijk zullen zij deze intensiveren en waar zinvol ook samen uitvoeren. Voorbeelden: a. accountmanagers van banken dienen op de hoogte te zijn van de instrumenten; SenterNovem medewerkers kunnen hiervoor presentaties en trainingen verzorgen en informatiemateriaal voor handleiding en instructies leveren; b. bij regionale sessies (workshops/masterclasses) voor ondernemingen worden de financieringsinstrumenten toegelicht; ook hieraan kan SenterNovem meewerken; c. vermelding van de regelingen op de internet- en intranetsites van banken, de NVB en de overheid: SenterNovem. 2 2. SenterNovem ontwikkelt samen met intermediairs een toolkit die door intermediairs kan worden gebruikt om tot precieze advisering te komen aan ondernemers; via internet is deze toolkit eveneens beschikbaar waardoor voor iedereen helder is in welke situatie welk instrument geschikt is en hoe een aanvraag kan worden ingediend; 3. Ministerie van Economische Zaken vraagt werkgeversverenigingen de brancheorganisaties te benaderen om te zorgen dat leden van de brancheorganisaties nauwkeurig op de hoogte zijn van het instrumentarium en de beschikbare digitale toolkit. 4. Voorlichtingscampagne ministerie van Economische Zaken naar bedrijven, branches en adviseurs via Antwoord voor bedrijven, SenterNovem en direct via internet, folders, direct mail en media. Ondersteuning van kleinere ondernemers bij de kredietaanvraag MKB-ondernemingen beschikken niet altijd over de benodigde expertise om een goed onderbouwde kredietaanvraag op te stellen. Goede voorbereiding van kredietaanvragen en verbetering van ondernemingsplannen van MKB-ondernemingen vergroten de kans op kredietverlening. Een aantal banken overlegt daarom met MKB-Nederland over ondersteuning van kleinere ondernemers bij kredietaanvragen. Het kabinet juicht dit toe en ondersteunt dit initiatief op verschillende terreinen. 1. De NVB start binnenkort samen met VNO-NCW en MKB-Nederland een digitale Ondernemers Kredietdesk. Bij de desk kunnen door ondernemers vragen worden gesteld over kredietverlening en kunnen klachten worden gemeld. Er wordt onder meer informatie geboden door beantwoording van veelgestelde vragen, er is een checklist beschikbaar om ondernemers te helpen met het voorbereiden van hun kredietaanvraag bij banken en specifieke vragen en klachten van ondernemers over kredietverlening door banken worden doorgeleid voor een antwoord en afhandeling. Ook zullen de binnengekomen vragen en klachten worden geanalyseerd. Het kabinet gebruikt deze informatie ook voor zijn eigen beleidsvorming. De Ondernemerskredietdesk wordt door de overheid financieel ondersteund. 2. In het verlengde van de Ondernemerskredietdesk wil het ministerie van Economische Zaken MKB-Nederland ondersteunen om kleinere ondernemers juist ook op individueel niveau te helpen bij het formuleren van een goede kredietaanvraag. Banken hebben hierbij ook een belang. Voor het einde van het jaar wordt tenminste een pilot gestart om hiermee ervaring op te doen. 3. Het kabinet ondersteunt het Ondernemersklankbord bij de uitbreiding van zijn activiteiten inzake het adviseren van kleine ondernemingen met financieringsproblemen. Het ondernemingsklankbord is een organisatie van circa 250 vrijwilligers, doorgaans oud ondernemers die 2500 tot 3500 kleine bedrijven die coaching/ondersteuning vragen, adviseren. Faillissementspreventie is een belangrijke taak; de ondersteuning door OKB levert een belangrijke bijdrage aan het voorkomen van 2 op de 3 dreigende faillissementen van de bedrijven die bij OKB aankloppen. Nadere verruiming garantieregeling. De Garantie Ondernemingsfinanciering wordt op korte termijn verruimd door: 3 · Herfinanciering van bestaande kredieten onder voorwaarden onder de regeling mogelijk te maken. Dit is van betekenis voor ondernemingen die van bank veranderen, bijvoorbeeld door het terugtrekken van de Nederlandse markt door buitenlandse banken en bij gedeeltelijk omzetting van vreemd vermogen in eigen-(achtergesteld) vermogen (herstructurering van de balans: equity voor debt); · De intentie bankgaranties onder voorwaarden onder de regeling te brengen in overleg tussen kabinet en banken voortvarend uit te werken gericht op een zo spoedig mogelijke invoering. Banken zullen de gevraagde, benodigde informatie snel aanleveren. Voor bedrijven in de bouw en de kapitaalgoederenindustrie zijn bankgaranties een wezenlijk onderdeel van hun financiering en mede noodzakelijk om nieuwe projecten te kunnen aanvangen of orders te kunnen accepteren. Ten behoeve van de vastgoed- en bouwsector zal gekeken worden hoe binnen de bestaande kaders van de GO nadere beleidsregels opgesteld kunnen worden om ook projectontwikkeling in de praktijk te faciliteren, zonder daarbij speculatieve investeringen te garanderen. Hiermee wordt een knelpunt voor de vastgoed- en bouwsector weggenomen. Verder wordt de nieuwe vormgeving voor scheepsnieuwbouwfinanciering in goed overleg tussen banken en het ministerie van Economische Zaken op korte termijn geformaliseerd, waardoor deze ook door banken kan worden benut. Het belang hiervan is om de orderstroom op gang te houden, inwerkingtreding is afhankelijk van overleg met Europese Commissie. Banken en kabinet zijn in gesprek over de vraag of een verdere facilitering onder de BMKB van kleine kredieten aan niet startende MKB-ondernemingen opportuun en mogelijk is. Banken vragen bij de afgesproken verruiming van de regeling voor herfinanciering (fresh money vereiste) de aandacht van het kabinet voor een aantal situaties waar zij in de huidige praktijk tegen aanlopen: · Banken bepleiten om bestaande leningen met een resterende looptijd van minder dan 1 oe jaar te kunnen herfinancieren onder de garantieregeling, mits de omvang van de lening tenminste even groot blijft en de looptijd van de nieuwe lening ruimschoots de resterende looptijd overstijgt. In de praktijk komt deze situatie veelvuldig voor teneinde het herfinancieringrisico van de onderneming te verkleinen en te voorkomen dat de schuldpositie op de balans niet meer als langlopend maar als kortlopend wordt geclassificeerd; · Ook zouden zij graag zien dat de regeling niet alleen bij de overgang naar een andere bank, maar ook bij continuering van bestaande relaties wordt verruimd in gevallen dat bestaande bankconvenanten moeten worden/of zijn opengebroken en/of heronderhandeld en in gevallen van fusies en/of overnamen. De banken verwachten dat de GO hiermee door hen nog effectiever kan worden benut, waarmee kredietverlening aan bedrijven en herstructurering van balansen eerder en voorspoediger kan plaatsvinden. Van deze opmerkingen van banken is kennisgenomen. Het kabinet zal zich beraden 4 en op korte termijn een standpunt innemen. Uitgangspunt voor het kabinet hierbij is een prudente risicoverdeling, waardoor bijvoorbeeld geen adverse risicoselectie kan plaatsvinden. Met het oog op de toekomst: overleg in kader van de motie Hamer c.a. Het vertrouwen van banken en kabinet voor dit moment laat onverlet dat de vinger nauwlettend aan de pols wordt gehouden. Partijen blijven regelmatig met elkaar overleggen over de stand van zaken met betrekking tot de kredietverlening, mede naar sectoren en over de effectiviteit en toereikendheid van het bestaande instrumentarium. De ruimte van banken voor kredietverlening kan, gelet op de verzwaring van kapitaaleisen, verder onder druk komen te staan. Banken willen hun rol als kredietverstrekkers van het bedrijfsleven kunnen blijven spelen. In de motie Hamer is de wens uitgesproken voor een grotere rol van institutionele investeerders in de Nederlandse economie. In dit kader zijn banken, institutionele beleggers en de overheid met elkaar in gesprek gegaan. Bekeken wordt of en op welke wijze - institutionele investeerders de kredietverlening en vermogensverschaffing aan het bedrijfsleven kunnen ondersteunen. Dit wordt van extra belang als de investeringen gaan aantrekken. Uitgangspunten hierbij zijn dat dit tot een win-win situatie moet leiden en dat de marktpartijen het voortouw hebben. Het spreekt voor zich dat het kabinet positief staat tegenover deze initiatieven en actief wil bevorderen dat institutionele beleggers, banken en bedrijfsleven tot afspraken kunnen komen. Het streven is nog dit jaar tot conclusies te komen. 5---- --
Ministerie van Economische Zaken