Kamervragen over vleesconsumptie
26 oktober 2009 - kamerstuk
Kamerbrief waarin de minister, mede namens haar collega's van VROM en
OS, antwoord geeft op vragen over de consumptie van vlees in Nederland
en de milieu-effecten van een omslag in het voedingspatroon.
Geachte Voorzitter,
Hierbij stuur ik u, mede namens de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke
Ordening en Milieubeheer (VROM) en de minister voor Ontwikkelingssamenwerking
(OS), de antwoorden op de vragen van het lid Thieme (PvdD)
over vleesconsumptie.
1
Kent u het bericht "PBL vraagt om debat eten vlees?" (Reformatorisch Dagblad,
9 september 2009)
Ja.
2
Deelt u de mening van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) dat
consumptie van vlees, vis en zuivel wereldwijd 12% van de uitstoot aan
broeikasgassen veroorzaakt en 30% van het verlies aan biodiversiteit? Zo nee,
waarom niet?
Ja.
3
Deelt u de mening van het PBL dat een vermindering van de consumptie van
vlees, vis en zuivel een effectieve manier is om de milieudruk te verminderen? Zo
nee, waarom niet?
Ja. In het rapport 'De milieueffecten van Nederlandse consumptie van eiwitrijke
producten', stelt Blonk Milieuadvies (TK 30196, nr. 42) dat vermindering van
vleesconsumptie tussen 0,4 en 1,1 Mton/jaar CO2-eq zou kunnen schelen als er
een dag per week geen vlees gegeten wordt. Dit in het geval dat vlees die dag
volledig zou worden vervangen door plantaardig eiwit. Daartoe is het wel van
belang dat er een voldoende gevarieerd en aansprekend alternatief aanbod is.
In dat licht stimuleert het kabinet dat de consument wordt voorzien van goede
informatie, door bijvoorbeeld het Voedingscentrum, en dat het aanbod van
duurzame eiwitproducten wordt verbeterd. Overigens geven andere maatregelen
een vergelijkbare duurzaamheidswinst, zoals het eten volgens de 'Schijf van Vijf'.
Daarnaast zouden we in Nederland minder eten moeten weggooien. Samen met
mijn collega van VROM en het bedrijfsleven zoek ik naar manieren om de
hoeveelheid voedsel en tussenproducten die we weggooien te verminderen.
4
Deelt u de mening van het PBL dat de overheid een maatschappelijk debat zou
moeten organiseren over de consumptie van dierlijke eiwitten? Zo ja, op welke
termijn en wijze? Zo nee, waarom niet?
In de Beleidsagenda Duurzame Voedselsystemen (TK 31 532, nr. 17) heb ik
samen met de ministers van VROM en OS aangekondigd dat ik een dialoog wil
aangaan over verduurzaming van het mondiale voedselsysteem, met speciale
aandacht voor het eiwitvraagstuk. Deze dialoog voeren wij met ketenpartijen en
maatschappelijke organisaties. Daarnaast wil ik een open dialoog met burgers
gaan voeren om het inzicht bij burgers te versterken in de duurzaamheidsopgaven
waar we ons voor gesteld zien, hun handelingsperspectieven en de dilemma's die
hierbij aan de orde zijn.
5
Kunt u uiteenzetten waarom vermindering van de consumptie van dierlijke
eiwitten slechts een ondergeschikt onderdeel vormt van het overheidsbeleid om
de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen?
We doen al veel aan reductie van de uitstoot van broeikasgassen uit de
voedselketen. In het kader van mijn toekomstvisie op de veehouderij wordt er
hard aan gewerkt, o.a. door uitwerking van afspraken uit het agroconvenant.
In het kader van het interdepartementale programma "Duurzame voedselsystemen"
wordt ingezet op een duurzame consumptie met een focus op dierlijke
eiwitten. Het is niet eenvoudig om consumentengedrag te veranderen. Naar het
instrumentarium dat daarvoor ingezet kan worden, wordt onderzoek gedaan.
6
Kunt u toelichten waarom de vrije keuze van de consument voor de keuze
eiwitbronnen door u meer vrijblijvend benaderd wordt dan de keuzevrijheid van
de consument op het gebied van bijvoorbeeld vervoerskeuze?
Ik probeer de consument middels voorlichting van het Voedingscentrum te
informeren en na te laten denken over de consequenties van zijn of haar keuze.
Dit geldt voor zowel de keuze van eiwitbronnen als de keuze van vervoer. In beide
gevallen is er sprake van vrije keuze voor de consument.
7
Zou analoog aan de eerdere overheidscampagne 'de auto kan best een dagje
zonder u' een campagne denkbaar zijn die een vleesloze dag per week bepleit,
zoals gepropageerd door onder meer Paul McCartney, Yoko Ono en het gemeentebestuur
van Gent? Zo ja, op welke termijn en wijze zou u een dergelijke
campagne willen realiseren? Zo nee, waarom niet?
Ik vind dat mensen eigen keuzes moeten maken in hun voedselpakket. Daarbij
spelen voorlichting en bewustwording een belangrijke rol. Het kabinet doet dit
vooral door het Voedingscentrum hiertoe opdracht te geven. Een voorbeeld is de
Klimaatweegschaal, waarbij consumenten kunnen nagaan wat de effecten zijn van
hun totale voedselpakket op de uitstoot van broeikasgassen. Dit is een aanpak die
breder is dan alleen de keuze voor een dag geen vlees.
8
Bent u bereid het signaal van PBL ter harte te nemen en meer dan nu het geval is,
prioriteit te geven aan de transitie van de productie en consumptie van dierlijke
eiwitten?
In het kader van de Kabinetsbrede Aanpak Duurzame Ontwikkeling (KADO) richt
het beleid zich op het bevorderen van duurzame dierlijke producten en plantaardige
alternatieven. Het convenant Marktontwikkeling Verduurzaming dierlijke
producten is hiervan een voorbeeld.
Ik verwijs u verder naar de Nota Duurzaam Voedsel (TK 31 532 nr. 18) en de
Beleidsagenda Duurzame Voedselsystemen (TK 31 532 nr. 17) die ik onlangs naar
de Kamer heb gestuurd.
9
Kunt u uiteenzetten waarom producenten van dierlijke eiwitten (zoals
melkveehouders, kalverhouders, kippenhouders, varkenshouders) gesteund
worden door de Europese overheid, terwijl de regering te kennen heeft gegeven
op geen enkele wijze steun te willen geven aan c.q. te willen vragen om
regionalisering van de eiwitproductie via nieuwe sojavervangende gewassen?
De EU-promotieprogramma's worden niet door LNV gefinancierd. Hoewel ik met
het doorsturen van de programma's te kennen heb gegeven met de inhoud ervan
in te stemmen, wil ik erop wijzen dat geen sprake is van cofinanciering door LNV.
De sector en de EU nemen beide 50% van de kosten voor hun rekening.
Overigens geeft de Milieubalans 2009 aan dat vervanging van soja door
Nederlands of Europees verbouwd eiwit nauwelijks milieuwinst oplevert.
Verduurzaming van de sojaproductie is een optie waaraan onder andere gewerkt
wordt in het kader van het Initiatief Duurzame Handel en door middel van de
ondersteuning van de Round Table on Responsible Soy, waarover uw Kamer op
10 september jl. met mij en de minister voor Ontwikkelingssamenwerking
gesproken heeft.
Overigens is het mogelijk dat deze afwegingen in de toekomst anders uitvallen
indien onderzoek leidt tot productieverhoging van in Europa of elders geteelde
eiwitgewassen.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit