de geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken en Externe
Betrekkingen (RAZEB) van 26 en 27 oktober 2009
Kamerbrief inzake de geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken en
Externe Betrekkingen (RAZEB) van 26 en 27 oktober 2009
Kamerbrief | 9 oktober 2009
Gaarne bieden wij u hierbij de geannoteerde agenda aan van de Raad
Algemene Zaken en Externe Betrekkingen van 26 en 27 oktober 2009.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
De Staatssecretaris voor Europese Zaken,
Drs. F.C.G.M. Timmermans
Geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen
(RAZEB) van 26 en 27 oktober 2009
Algemene zaken
Voorbereiding Europese Raad 29-30 oktober 2009
De RAZEB zal spreken over de voorbereidingen van de Europese Raad op
basis van een eerste versie van de conclusies van de Europese Raad
(thans nog niet beschikbaar).
Institutionele kwesties
De bespreking van institutionele kwesties die samenhangen met de
inwerkingtreding van het verdrag van Lissabon is afhankelijk van
bekrachtiging van het verdrag in alle lidstaten. Op het moment van
opstellen van deze brief bestaat nog geen duidelijkheid over de
bekrachtiging door Tsjechië. Ook bespreking van de nominaties voor de
nieuwe Hoge Vertegenwoordiger en de vaste voorzitter van de Europese
Raad is hiervan afhankelijk.
Klimaatverandering
De Raad zal spreken over de voorbereidingen van de Klimaat Top in
Kopenhagen op basis van de conclusies van de Ecofinraad en Milieuraad
van respectievelijk 20 en 21 oktober as. (thans nog niet beschikbaar).
De Europese Raad zal besluiten nemen ter voorbereiding van het
EU-standpunt in Kopenhagen onder meer met betrekking tot de
financiering van het internationale klimaatbeleid en het vraagstuk van
de interne lastenverdeling. De conclusies van de Milieuraad en
Ecofinraad vormen de basis voor de besluiten van de Europese Raad.
Nederland vindt het belangrijk dat de Europese Unie op weg naar
Kopenhagen ambitie blijft tonen en eensgezind blijft optreden.
Economische, financiële en sociale situatie
Tijdens de komende Europese Raad zal wederom de economische,
financiële en sociale situatie aan de orde komen. Ondanks recente
positieve signalen op het gebied van de financiële markten en de reële
economie blijft waakzaamheid geboden. Zo is er in Europa sprake van
een sterk oplopende werkloosheid die zijn weerslag zal gaan hebben op
de reële economie. Goed doordachte maatregelen op allerlei terreinen
in Nederland én Europa zijn noodzakelijk om te voorkomen dat we van
een financiële crisis via een economische crisis in een
sociaal/maatschappelijke crisis terechtkomen. Vooral de crisis op de
arbeidsmarkt treft de mensen hard, door onzekerheid over hun baan of
het verlies daarvan. Om het vertrouwen te herstellen is herstel van de
werkgelegenheid nodig. Het is daarbij van evident belang dat de
discussie over de houdbaarheid van de overheidsfinanciën wordt
gevoerd. Gecoördineerde en geloofwaardige exitstrategieën voor de
herstelprogramma's moeten nu worden vastgelegd.
De Europese Raad zal onder dit agendapunt ook de voortgang bespreken
met betrekking tot de behandeling van en de besluitvorming over de
voorstellen van de Commissie inzake de verbetering van het financiële
toezicht.
Illegale immigratie
In vervolg op de bespreking tijdens de Europese Raad van juni jl., zal
illegale immigratie, in het bijzonder de preventie en bestrijding van
illegale immigratie aan de zuidelijke zeegrenzen van de Europese Unie,
door de Europese Raad worden besproken. De Europese Commissie zal
verslag doen van de voorstellen en maatregelen die sinds de Europese
Raad in juni zijn genomen.
Baltische Zee Strategie
De Raad zal de Baltische Zee Strategie bespreken in voorbereiding op
aanname door de Europese Raad. Raadsconclusies zijn voorzien. De
strategie beoogt met een geïntegreerde multisectorale benadering het
potentieel van de Baltische Zeeregio beter te benutten door middel van
effectievere coördinatie van activiteiten. De belangrijkste
doelstellingen zijn beschermen van het milieu van de Baltische Zee,
bevorderen van de welvaart, vergroten van de toegankelijkheid door het
versterken van vervoers- en energieverbindingen en verzekeren van
veiligheid in de regio. De strategie zal worden toegepast in de acht
EU-lidstaten in de Baltische regio, samenwerking met derde landen
vindt met name plaats in het kader van de `Northern Dimension'. De
strategie is een macro-regionaal innovatief beleidsinstrument. De
Commissie stelt geen additionele communautaire financiering of nieuwe
instituties voor.
Nederland stelt zich op het standpunt dat effectieve coördinatie van
beleid en activiteiten zal bijdragen aan verbetering van het milieu,
de veiligheid en de economische kansen in de Baltische Zeeregio.
Nederland deelt het Commissie-oordeel dat geen nieuwe instituties
moeten worden opgetuigd. De Commissie stelt geen additionele
communautaire financiering voor en dat moet wat betreft Nederland zo
blijven.
Externe onderwerpen
De ministers van Buitenlandse Zaken zullen tijdens het ER-diner
spreken over Iran mede in het licht van de besprekingen die momenteel
gaande zijn tussen de E3+3 met Iran inzake het nucleaire dossier.
Zoals gebruikelijk wordt u nader geinformeerd over de Nederlandse
inzet van de Europese Raad middels de geannoteerde agenda van de
Europese Raad die u spoedig na de RAZEB zal toegaan.
Externe Betrekkingen
Afghanistan / Pakistan
De Raad zal spreken over de intensivering en verbetering van de
EU-inzet in Afghanistan en Pakistan, voortbouwend op de discussie die
tijdens Gymnich (september 2009) werd gevoerd. Het gaat wat Nederland
betreft niet om het maken van nieuw beleid ten aanzien van Afghanistan
en Pakistan, maar vooral om meer effectieve uitvoering van bestaand
beleid. De intensivering van de EU-inzet moet gepaard gaan met een
hernieuwd commitment van de Afghaanse en Pakistaanse regeringen ten
aanzien van goed bestuur, democratisering, bestuurlijke en economische
hervormingen en de rule of law.
Afghanistan
De Raad zal ook aandacht besteden aan de definitieve uitslag van de
Afghaanse verkiezingen. De onafhankelijke klachtencommissie en de
onafhankelijke kiescommissie controleren gezamenlijk steekproefsgewijs
verdachte stembussen en zullen op basis hiervan binnenkort een
eindoordeel vormen. De definitieve verkiezingingsuitslag wordt dan ook
op korte termijn verwacht.
Daarnaast zal de Raad spreken over de toekomstige relatie met de
nieuwe Afghaanse regering. Het huidige Afghanistan Compact, loopt in
2010 af. Sterker dan voorheen zal de Afghaanse regering doordrongen
moeten worden van de verwachtingen die de internationale gemeenschap
van hen heeft en van het feit dat afspraken moeten worden nagekomen.
Nederland zal aandringen op een actieve rol van de Europese Unie in
dit proces. Prioriteiten daarbij zouden moeten zijn: Afghaans
ownership, goed bestuur, anticorruptie, mensenrechten, transitional
justice, rule of lawen veiligheid.
Pakistan
De Raad zal zich ook buigen over de vraag op welke wijze Pakistan moet
worden ondersteund in de strijd tegen het terrorisme. Door de
militaire acties van de Pakistaanse regering in Noordwest Pakistan
zijn zeer velen op de vlucht geslagen. Vrijwillige terugkeer en opvang
van ontheemden, alsmede reconstructie van getroffen gebieden zijn van
groot belang. Nederland pleit al langer voor een coherente en
geïntegreerde strategie, waarbij militaire actie wordt opgevolgd door
`early recovery'activiteiten gericht op civiele wetshandhaving,
capaciteitsopbouw van lokaal bestuur en sociaal-economische
wederopbouw. De door Nederland en de EU gesteunde Malakand strategie
voorziet in een dergelijke geïntegreerde benadering, en dient spoedig
te worden geïmplementeerd. Actieve steun van de EU bij de
implementatie van de strategie is noodzakelijk, gezien de beperkte
capaciteiten van de Pakistaanse regering. De EU zal hierbij vasthouden
aan de lijnen zoals vastgelegd tijdens de EU-Pakistan Top van 17 juni
2009.
MOVP
De Raad zal spreken over de voortgang in het Midden-Oosten
vredesproces (MOVP). Voorts zal de Raad gevraagd worden over te gaan
tot ondertekening van het Associatieakkoord met Syrië.
Ondanks de intensieve Amerikaanse diplomatie en nauwe betrokkenheid
van de Amerikaanse president zelve is het niet gelukt om tijdens de
ministeriële week van de AVVN te komen tot de aankondiging van een
herstart van directe onderhandelingen tussen Israël en de Palestijnse
Autoriteit (PA). Reden hiervoor was het ontbreken van overeenstemming
over de modaliteiten van directe vredesbesprekingen. De VS heeft zich
derhalve ten doel gesteld om binnen afzienbare tijd een
onderhandelingsconcept op tafel te leggen dat voor alle partijen
aanvaardbaar is. In dat kader zal Speciaal Gezant Mitchell deze week
dan ook wederom een bezoek brengen aan de regio. Israël en de PA
beraden zich momenteel nader. Naar het oordeel van de regering moet de
EU de VS krachtig ondersteunen, met name door de articulering van de
bijdrage die de EU kan geven aan implementatie van een vredesregeling,
bijvoorbeeld op het gebied van institutionele opbouw of van
veiligheidssamenwerking.
De Raad zal voorts naar verwacht een politiek besluit nemen over de
ondertekening van het associatieakkoord met Syrië, om daarna tot
ondertekening daarvan over te kunnen gaan. Nederland blijft zich er
voor inzetten dat duidelijk afgesproken wordt dat, aangezien
mensenrechten gezien moeten worden als behorend tot de essentiële
elementen van de overeenkomst, de schending van
mensenrechtenstandaarden van directe invloed zal zijn op de toepassing
van de overeenkomst, door de EU. Een dergelijke afspraak biedt de EU
de mogelijkheid in voorkomend geval vanwege mensenrechtenschendingen
toepassing van het akkoord eenzijdig op te schorten.
Westelijke Balkan
Bosnië
De Raad zal de politieke situatie in Bosnië-Herzegovina bespreken die
al sinds 2006 wordt gekenmerkt door etnische retoriek en stagnatie in
het hervormingsproces. In de aanloop naar de verkiezingen van oktober
volgend jaar wordt reeds nu de etnische retoriek en polarisatie verder
opgevoerd. Het Zweedse voorzitterschap heeft in samenwerking met de VS
een initiatief ontplooid om deze politieke impasse te doorbreken. Op 9
oktober zal Minister Bildt samen met VS Deputy Secretary of State, Jim
Steinberg, en EU-Commissaris Rehn in Sarajevo een pakket voorstellen
presenteren aan de Bosnische politieke leiders. Het pakket betreft
ondermeer een voorstel om te kunnen voldoen aan de belangrijkste nog
uitstaande voorwaarden die zijn gesteld voor de sluiting van het
kantoor van de Hoge Vertegenwoordiger. Tevens worden er
grondwettelijke wijzigingen voorgesteld die vooral van belang zijn
voor het functioneel maken van de centrale staatsorganen van
Bosnië-Herzegovina.
De inzet van het voorzitterschap is vooral gericht op het mogelijk
maken van de sluiting van het kantoor van de Hoge Vertegenwoordiger
(OHR) en de transitie naar EU Speciale Vertegenwoordiging. Een besluit
over de sluiting van OHR kan alleen door de Peace Implementation
Council worden genomen, welke op 18 en 19 november as. bijeen zal
komen. Nederland verwelkomt het initiatief van het voorzitterschap om
de politieke impasse te doorbreken maar is ook van mening dat de
gestelde conditionaliteiten voor de sluiting van de OHR niet moeten
worden afgezwakt.
Met verwijzing naar de motie van het lid Ormel c.s. van 9 juni 2009
(Uw kamerstuk 31 826 nr 6), heeft Nederland zowel in Raadskader als
bij de Commissie gewezen op het belang van de aanpak van
georganiseerde criminaliteit in Bosnië en Herzegovina en gesteld dat
een expertisecentrum terzake overwogen zou kunnen worden. De Europese
Commissie heeft Nederland verzekerd dat het probleem van
georganiseerde misdaad haar bijzondere aandacht heeft. Ongeveer een
derde van de fondsen van de Europese Commissie voor Bosnië gaat naar
criminaliteitsbestrijding en JBZ. Met behulp van de Europese Unie is
een regionaal centrum opgericht ter bestrijding van de
grensoverschrijdende criminaliteit, het Southeast European Cooperative
Initiative Center (SECI), dat deels als expertisecentrum functioneert.
Ook de EVDB-missies EUPM en EUFOR houden zich proactief bezig met de
bestrijding van de georganiseerde misdaad, voor EUPM wordt dit na 2010
zelfs de hoofdtaak.
Kroatië
De Raad zal worden geïnformeerd over de huidige stand van zaken met
betrekking tot de toetredingsonderhandelingen tussen de EU en Kroatië.
Wegens een doorbraak in het grensgeschil tussen Kroatië en Slovenië
werden bij de toetredingsconferentie (IGC) op 2 oktober jl. zes
onderhandelingshoofdstukken geopend en vijf gesloten.
Nederland is, samen met een aantal andere lidstaten, van oordeel dat
Kroatië meer inspanningen dient te leveren in de samenwerking met het
Joegoslavië tribunaal (ICTY), alvorens voortgang kan worden geboekt in
de onderhandelingen over het hoofdstuk over rechtelijke macht en
fundamentele rechten (hoofdstuk 23), zie ook de brief van 8 juni 2009
(uw kenmerk 21501-02 (907)). De Hoofdaanklager van het Joegoslavië
tribunaal, Brammertz, constateerde tijdens zijn recente bezoek aan
Zagreb op 28 september jl. dat er weinig verbetering is in de
samenwerking van Kroatië met het ICTY. De Kroatische Premier Kosor
zegde toe dat het vraagstuk van ICTY-samenwerking haar persoonlijke
aandacht heeft en zij stelde inmiddels een speciale werkgroep in ter
opsporing van de ontbrekende documenten waar de ICTY-hoofdaanklager om
heeft gevraagd.
Moldavië
De Raad zal mogelijk, op verzoek van Roemenië, spreken over de opening
van onderhandelingen met Moldavië over een nieuwe brede overeenkomst,
ter vervanging van de Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst
(PSO) tussen de EU en Moldavië van 1994. Een onderhandelingsmandaat
hiervoor was in juni 2009 door de Raad vastgesteld, maar de opening
van onderhandelingen met Moldavië was nog uitgesteld vanwege de
politieke situatie aldaar. Gelet op het aantreden van de nieuwe
regering in Moldavië op 25 september jl., alsmede de bemoedigende
beleidsvoornemens van deze regering (op het gebied van ondermeer
hervormingen en mensenrechten) is er inmiddels een brede consensus
ontstaan onder de lidstaten over de wenselijkheid van een spoedige
opening van onderhandelingen over de nieuwe brede overeenkomst. Ook
Nederland is voorstander hiervan. Wellicht zal Roemenië aandringen op
aanvaarding van Raadsconclusies over de opening van onderhandelingen.
Sancties Oezbekistan
De Raad zal mogelijk spreken over herziening van de EU-sancties tegen
Oezbekistan, die thans nog bestaan uit een wapenembargo. De sancties
zijn ingesteld nadat de Oezbeekse autoriteiten in de stad Andizjan in
mei 2005 een demonstratie hardhandig neersloegen. Verlenging van de
sancties vergt een unaniem raadsbesluit. Zonder verlengingsbesluit
lopen de sancties op 13 november as. automatisch af. Nederland meent
dat, hoewel er zich in het afgelopen jaar positieve ontwikkelingen
hebben voorgedaan, zoals vrijlating van een aantal
mensenrechtenverdedigers, continuering van de EU-Oezbekistan
mensenrechtendialoog en actieve samenwerking met de Unie op het gebied
van rule of law, slechts ten dele is voldaan aan de benchmarks die de
Raad in oktober 2008 heeft opgesteld. Zo zijn er nieuwe gevallen
gemeld van gevangen genomen mensenrechtenverdedigers en zijn de
beperkingen ten aanzien van het werk van (buitenlandse) NGO's en media
blijven bestaan. Nederland is daarom van mening dat beëindiging van de
sancties thans niet juist zou zijn. Of voor deze zienswijze (en dus
voor een raadsbesluit tot verlenging) unanieme steun zal kunnen worden
verkregen, is zeer de vraag.
Ministerie van Buitenlandse Zaken