Erasmus Universiteit Rotterdam

Negatieve publiciteit grootste angst voor financiële instellingen

Media effectiever tegen wanpraktijken dan de financiële toezichthouder

Hoewel de Autoriteit Financiële Markten in juli al bekend had gemaakt dat DSB-bank boetes kreeg voor ondeugdelijke hypotheekadvisering, liepen de klanten van DSB-bank pas massaal weg na de oproep van Lakeman. Dat waarschuwingen van de toezichthouder maar weinig impact hebben op het gedrag van consumenten blijkt ook uit het boek 'Naming en shaming in het markttoezicht. Een onderzoek naar de openbaarmaking van sancties op de financiële markt' van criminologe dr. Judith van Erp van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Zij deed onderzoek naar de openbaarmaking van sancties van de Autoriteit Financiele Markten (AFM). Haar boek is afgelopen vrijdag 16 oktober 2009 verschenen

Naming and shaming; het openbaar maken van de namen van overtreders op de financiële markt, is een trend in het Nederlandse toezicht. De AFM doet dit om consumenten te waarschuwen voor misstanden en zodat consumenten die bestrafte ondernemingen gaan mijden. Uit het onderzoek van Van Erp blijkt dat mensen meestal niets met die informatie van de toezichthouders doen. Op ondernemers heeft naming en shaming echter wel degelijk effect: Van Erp concludeert zelfs dat financiële instellingen nog liever de financiële straf willen vertienvoudigen als ze daarmee de publiciteit konden vermijden.

Toezichthouders zoals de AFM zouden meer gebruik kunnen maken van de dreiging van negatieve publiciteit, omdat het blijkbaar een krachtig instrument is. Maar uit het onderzoek blijkt dat publiciteit en reputatieschade voor de toezichthouder moeilijk te beheersen zijn: sommige beursgenoteerde bedrijven ondervinden er weinig gevolgen van, terwijl lokale instellingen er aan onderdoor gaan. Daarnaast is de AFM machtig, maar moet zij ook zorgvuldig handelen. De AFM is in de afgelopen jaren terughoudend geweest met het opleggen van formele sancties om de branche niet tegen zich in het harnas te jagen. Zoals bij de DSB-bank te zien was, hebben media zoals Radar en `burgertoezichthouders' zoals Lakeman minder deelbelangen. Zij kunnen de negatieve publiciteit groots aanzwengelen en zijn volgens Van Erp dan ook minstens zo belangrijk als de toezichthouders.

Judith van Erp deed haar onderzoek naar de openbaarmaking van sancties op de financiële markt aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Het onderzoek is gefinancierd door een VENI-beurs van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO).