Universiteit Maastricht
Persbericht
19 oktober 2009
Wetenschappers luiden noodklok over gebruik beveiligingsapparatuur voor nationale veiligheid
De werkzaamheid van veel beveiligingsmaatregelen is wetenschappelijk onvoldoende aangetoond. Dat stelt een groep van dertien internationale gedragswetenschappers in een recente publicatie in the Open Access Journal of Forensic Psychology. De groep stelt de huidige gang van zaken rondom de aanschaf van beveiligingsapparatuur ter bescherming van de nationale veiligheid aan de kaak. De auteurs, onder wie Ewout Meijer, Harald Merckelbach en Fren Smulders van de Universiteit Maastricht (Faculty of Psychology and Neuroscience), constateren dat nationale overheden apparatuur aanschaffen waarvan de werking onvoldoende wetenschappelijk is onderbouwd.
In hun artikel noemen de auteurs onder andere voorbeelden van apparatuur en software die gericht is op het opsporen van fysiologische stress-signalen, terwijl de veronderstelde relatie tussen stress en bedrog in de wetenschap al jaren ter discussie staat. Toch wordt deze apparatuur door overheden aangeschaft, bijvoorbeeld op vliegvelden en bij sociale diensten, met als resultaat een vals gevoel van veiligheid.
Sinds de aanslagen van 9/11 zijn overal ter wereld de beveiligingsvoorschriften aangescherpt. Overheden zijn sindsdien naarstig op zoek gegaan naar nieuwe beveiligingsmethoden om met name vliegvelden te beveiligen. Daarbij vertrouwen zij volgens de wetenschappers ten onrechte op commerciële aanbieders die hun claims baseren op niet-openbare onderzoeksresultaten of testimonials. Dit druist in tegen de wetenschappelijke mores van transparantie en controleerbaarheid. De auteurs pleiten dan ook voor openbaarheid van het onderzoek naar beveiligingsmethoden en apparatuur, zodat wetenschappelijke discussie over de onderzoeksresultaten mogelijk is.
De macht van de commerciële aanbieders voert ver: zo heeft the International Journal of Speech, Language and Law onlangs een publicatie ingetrokken waarin de effectiviteit van spraakanalyse-software ter discussie werd gesteld. Dit gebeurde onder druk van de producent van deze software, die dreigde met juridische stappen wegens smaad.
Tevens pleiten de wetenschappers voor betere onderbouwing van de effectiviteit van beveiligingsapparatuur, voordat overheden tot aanschaf overgaan. Deze onderbouwing zou gebaseerd moeten zijn op gedragswetenschappelijk onderzoek, terwijl nu de nadruk teveel ligt op technologische factoren.
Maastricht University