Vrije Universiteit Amsterdam
Persbericht
15-10-2009
Terugdringen broeikasgasuitstoot succesvol
Veenweidegebieden nemen broeikasgassen op
Verlaten veenweidegebied blijkt, in tegenstelling tot agrarische veengebieden, netto broeikasgassen op te nemen. Het stopzetten van landbouwactiviteiten en waterstandverhoging is succesvol voor het terugdringen van broeikasgasuitstoot. Planten blijken een belangrijke rol te spelen in methaanproductie en -transport. De bodem van het onderzochte veenweidegebied was nog zeer voedselrijk, waardoor de broeikasgasuitstoot waarschijnlijk toeneemt bij klimaatverandering of landgebruikveranderingen. Dat blijkt uit onderzoek van Dimmie Hendriks. Zij promoveert 15 oktober aan de Vrije Universiteit.
Onder natuurlijke omstandigheden nemen veengebieden grote hoeveelheden atmosferische koolstof op. Landgebruik en klimaatverandering kunnen veengebieden echter veranderen in koolstof- en broeikasgasbronnen. In Nederland bestaat ruim 11% van de bodem uit veen, meestal in agrarisch gebruik. De waterstand in deze veenweidegebieden is verlaagd, waardoor zuurstof de bodem indringt. Dit zorgt voor decompositie van veen dat naast bodemdaling grote koolstofdioxide-emissies als gevolg heeft. Bij hoge waterstanden vindt geen verbranding van organisch materiaal plaats, het hoopt zich juist op. Je zou kunnen zeggen dat het veen opnieuw 'aangroeit'. Deze toestand heeft als nadeel dat meer methaangas uit het veen vrijkomt, omdat dit juist in zuurstofloze omgevingen wordt geproduceerd. Ook komt lachgas vrij uit veengebieden, voornamelijk als gevolg van bemesting. Methaangas en lachgas zijn als broeikasgas respectievelijk 25 en 300 keer sterker dan koolstofdioxide.
Voor haar promotieonderzoek bepaalde Hendriks de complete broeikasgasbalans van voormalig agrarisch veenweidegebied. Ze gebruikte tijdens veldonderzoek meerdere technieken om broeikasgasuitwisseling tussen bodem en atmosfeer te meten. Voor waarnemingen van methaangasuitwisseling ontwierp en testte ze een nieuwe micrometeorologische meetopstelling. Ook bestudeerde ze de processen die ten grondslag liggen aan de productie van methaangas en het transport van bodem naar de atmosfeer.