ChristenUnie
Schuurman: Hervormingen in crisistijd
dinsdag 13 oktober 2009 21:58 ,,Naast de SER zou een veelbelovend
Maatschappelijk Beraad moeten komen waarin naast werkgevers en
werknemers ook milieugroepen, ontwikkelingsorganisaties en
vredesbewegingen participeren op basis van gemeenschappelijke
verantwoordelijkheid en gemeenschappelijk belang. Naast het BPN als
indicator van onze huidige economische ontwikkeling zou als
alternatief een welzijnsindicator hoognodig geïntroduceerd moeten
worden.'' Dat zei prof.dr.ir. E. Schuurman, fractievoorzitter van de
ChristenUnie, tijdens de algemene politieke beschouwingen in de Eerste
Kamer.
De volledige teks van senator Schuurman luidde alsvolgt.
,,Mensen kunnen zich enorm vergissen. Fukuyama schreef 20 jaar geleden
over het eind van de geschiedenis. Hij doelde daarmee op het eind van
het communisme en de uit - en afbouw van de wereldgeschiedenis in de
richting van democratie en liberale markteconomie. Nu, 20 jaar later,
weten we wel beter. Naast het collectivistisch communisme, houdt ook
het individualistisch kapitalisme geen stand.
De crisis in de financieel-economische wereld is te vergelijken met
een aardbeving. Een aardbeving is een natuurgebeuren; het inéénstorten
van de financieel-economische wereld een cultuurgebeuren. Maar de
analogie is treffend. De culturele aardbeving was hevig, als met een
kracht van 10 op de schaal van Richter. Immers tot in alle hoeken van
de aarde waren en zijn de schokken en naschokken voelbaar. Juist omdat
we met een culturele inéénstorting te doen hebben, was dit alles te
voorzien geweest. Toch gebeurde dat niet. Financiële deskundigen,
banken en toezichthouders waren allen opgesloten in een kwaadaardig
systeem, waarvan men hoopte dat men er beter van zou worden, maar
waarin men hopeloos verstrikt raakte , zonder het in de gaten te
hebben. Eigen belang en exorbitante inkomensvorming werkten
verblindend. Nu blijkt dat bijna iedereen er het slachtoffer van is of
wordt.
Meer dan eens wordt de vergelijking getrokken met de grote depressie
uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Dat is maar beperkt juist. Nu
is het door de macht van de globaliserende technologie een zeer
intense wereldwijde depressie. En doet zij zich gelijktijdig voor met
de vele crises van de technologisch-economische ontwikkeling. Deze
ontwikkeling stuit op grenzen van natuur, klimaat, milieu,
energiebronnen, grondstoffen, voedselproductie, water, enz. Naar onze
overtuiging gaan we - op grond van wat we waarnemen en analyseren -
nog zware tijden tegemoet. Dat stelt de politiek voor grote
uitdagingen.
Bij de vorige Algemene Politieke Beschouwingen heeft deze Kamer in een
motie aandacht gevraagd voor de gelijktijdigheid en samenhang van
meerdere crises. In de loop van de tijd werd pijnlijk duidelijk dat
het toen geconstateerde steeds meer waar bleek te zijn. Uit de drie
rondes van reactie van het kabinet op deze motie bleek een groeiende
overeenstemming inzake samenhang en oorzaken van de crises te gaan
ontstaan. Voor de beantwoording van de motie en de daarop gevolgde
inzet wil ik de regering hartelijk danken. Er zijn echter een aantal
punten die m.i. bijzondere aandacht verdienen.
Onoverzichtelijke en complexe computersystemen
De herstructurering van banken is terecht in volle gang. De Minister
van Financiën heeft meer dan eens met verwijzing naar falende
verantwoordelijkheden ook aandacht gevraagd voor noodzakelijke
systeemwijzigingen. Terecht pleitte hij voor kleinere banken. Maar
waarom wordt bij de roep om systeemveranderingen niet gewezen op het
gevaar van gebruik van onoverzichtelijke, aan elkaar gekoppelde en
complexe computersystemen die alle menselijke maat te boven gaan?
Vanwege gebrek aan inzicht in en overzicht van de werking van
dergelijke systemen, kunnen de gevolgen desastreus zijn, ook al
blijven ze een tijdlang verborgen. Graag wil ik pleiten voor
kleinschalige computersystemen die overzichtelijk blijven, zodat de
verantwoordelijkheid van de gebruiker centraal blijft staan. Vervuilde
of giftige bankproducten worden voorkomen.
Maatschappelijke vrede
Toen de crisis in volle breedte duidelijk werd, kwam het kabinet met
een crisisakkoord. Dat had onze instemming. Zoals na een aardbeving
moesten snel (nood-)maatregelen genomen worden. Door dit anti-cyclus
beleid konden en kunnen de nadelige gevolgen van de crisis binnen de
perken worden gehouden. Ook greep het kabinet toen al terecht de
gelegenheid aan om maatregelen voor de langere termijn te nemen, zoals
het AOW-besluit. Wel hebben wij het van meet af aan echter als een
omissie gevoeld dat het kabinet te weinig oog had voor de gevaren van
toekomstige maatschappelijke onvrede door toenemende tegenstellingen
in de maatschappij ten gevolge van groeiende werkloosheid, aantasting
van pensioenen, en versterking van de vergrijzings-problematiek. Was
het teveel gevraagd om zij die buiten schot bleven bij het opvangen
van de eerste klappen van de crisis via overheidsingrijpen toch aan te
spreken? Het gevaar van maatschappelijke onvrede is te voorzien. Het
bewaren en bevorderen van maatschappelijke vrede is een voorwaarde
voor het slagen van het crisisbeleid. Bovendien was er een duidelijk
signaal mee gegeven dat ook de overheid niet te grote en onnodige
financiële risico's voor de toekomst moet nemen. Aan het ontbreken van
dit signaal is het mislukte SER-overleg misschien wel aan te wijten.
Te weinig denken we aan de jonge generatie die de lasten van onze
beslissingen nú, in de toekomst moet dragen.
Inhoudelijke toekomstvisie en moreel kompas
Evenals bij een aardbeving moet er na de eerste noodmaatregelen ook
een herstelplan worden gemaakt. Dan gaat het om herstel van opgelopen
schade en een definitieve opbouw. Zoals na een aardbeving getracht
wordt alle oude gebreken te herstellen, zo ook nu. Met bestrijding van
de financieel-economische crisis moeten ook de andere bekende crises,
zoals armoede-, voedsel-, energie-, klimaat- , grondstoffen-,
veiligheids- en milieucrisis worden aangepakt. En niet te vergeten de
morele crisis. Het kabinet trekt terecht de nodige tijd voor deze
aanpak uit. Temeer daar alle crises wereldwijd met elkaar verbonden
zijn. De veelgehoorde kritiek op het kabinet m.b.t. dit punt delen we
dan ook niet. Overhaast te werk gaan, loopt het gevaar het oude alleen
te willen repareren en kansen te missen en zou geen algehele
vernieuwing van het culturele of maatschappelijke bestel impliceren.
Een grondige, diepgaande analyse moet voorafgaan aan een herstelplan.
Toch dringt de vraag zich op of het kabinet niet de schijn wekt zich
teveel te beperken tot noodzakelijke procedures en te weinig aandacht
geeft aan een inhoudelijk toekomstbeeld en een daarop afgestemd moreel
kompas.
Teveel aandacht voor alleen financiële aspecten verraadt gebrek aan
inzicht in die aspecten die de financiën te boven gaan. Te veel is in
de laatste jaren het financiële perspectief de ultieme en beslissende
standaard geworden voor vele typen van politiek en management.
Zelfkritiek op het Westerse wereldbeeld
We mogen m.i. niet vergeten dat het begin van de crisis begonnen is in
het hart van de Westerse financiële wereld. Het is bovendien geen
toevallig verkeersongeluk, maar het behoort intrinsiek tot de
ontwikkeling van de Westerse cultuur. Zo wordt dat ook in de wereld
ervaren. Het Westen heeft een groeiend aantal vijanden in de wereld.
Dat betekent dat de aanpak van de crises met zelf-kritiek op het
Westerse wereldbeeld gepaard moet gaan. Een ander toekomstbeeld of
toekomstvisie is nodig. Een wisseling in het cultuurparadigma - een
ethisch raamwerk waarbinnen de cultuur zicht ontwikkeld - is vereist.
Onevenwichtigheden in de globale wereldcultuur moeten worden
weggenomen. Het probleem van de crises is niet alleen nationaal, maar
bovennationaal. Daarvan zouden alle politieke partijen en
internationale organisaties doordrongen moeten zijn.
De wereldsamenleving is in allerlei opzichten schatplichtig aan het
Westen. Er is veel om dankbaar voor te zijn. Maar de groeiende
eenzijdige ontwikkeling naar een individualistisch materialisme kreeg
steeds meer negatieve trekken. Alleen materiële welvaart najagen geeft
grote problemen. We moeten oog hebben voor een fundamentele
waardencrisis in de Westerse cultuur. We moeten met behoud van de
verworvenheden van wetenschap, technologie, onderwijs,
gezondheidszorg, aandacht voor mensenrechten af van een
materialistische maatschappijbeeld. Het is een hersenschim te denken
dat we weer snel - na herstel - op de oude voet zouden kunnen
doorgaan. Er is naast bekende problemen een onbalans ontstaan tussen
de dynamiek van onze cultuur en het vermogen van mensen om het
allemaal bij te benen. Dat is de oorzaak van zo vele paradoxen in onze
cultuur, zoals erosie van de publieke zorg, groeiende armoede,
verveling voor velen, ongekende verzadiging van industriële producten,
groeiende stress en vele vormen van burnout. Een nieuwe ontwikkeling
moet worden bevorderd, waarin de problemen van de
technologisch-economische cultuur worden teruggedrongen. De armen van
deze wereld zullen daarbij moeten winnen.
Nieuw cultuurparadigma
Hoe zou het toekomstbeeld er uit moeten zien? Vroeger hadden we een
meer stabiele agrarische cultuur. Daarna kregen we de zeer dynamische
industriële tijd. Het welvaartsniveau werd opgezweept, met als gevolg
grote schade aan milieu, klimaat en wereldsamenleving, Dat komt omdat
de technologische en economische machten over natuur en samenleving
zijn gaan heersen. Het toekomstige maatschappijbeeld zal moeten
bestaan uit de dienstbaarheid van technologie en economie aan het
leven, persoonlijk en gemeenschappelijk, dus aan de samenleving, aan
het beschermen van planten en dieren, aan de biosfeer. De opgezweepte
economische cultuur moet worden omgebogen in een meer stabiele
ontwikkeling. Niet zozeer materiële welvaart maar algemeen
maatschappelijk welzijn voor alle wereldburgers moet ons voor ogen
staan. Welvaart allèèn blijkt vanwege haar verslavende karakter een
bedreiging voor welzijn te zijn. Aandacht voor welzijn sluit materiële
welvaart niet uit, maar in; materiële welvaart wordt begrensd door
`genoeg is genoeg'. Dat verschaft de vreugde van de verzadiging Zo'n
cultuurvernieuwing omvat de oplossingsrichting van alle crises.
Wereldwijd moet er meer aandacht voor echte duurzaamheid komen door
alleen de rente van het ons geschonken kapitaal te gebruiken en het
kapitaal zelf niet te verwoesten. Dit denken in de zin van
vruchtgebruik verdient veel en meer aandacht. Met dit rentmeesterschap
worden hogere waarden dan alleen materiéle erkend, zoals solidariteit,
algemeen belang, rechtvaardigheid, waardigheid, zorg en liefdadigheid.
Dat is een eis van publieke gerechtigheid.
Concrete hervormingen
Een verandering van cultuurparadigma zal geen breuk met het verleden
in àlle opzichten betekenen, het is ook geen revolutie, maar een
verlegging van wissels. Welke? De indicatoren en instituten, zoals het
BNP en de SER horen bij uitstek bij het oude cultuurpatroon. Ze hoeven
ook niet te worden opgeheven. Maar zou het geen aanbeveling verdienen
ze aan te vullen met nieuwe indicatoren en instituten? Naast de SER
zou een veelbelovend Maatschappelijk Beraad moeten komen waarin naast
werkgevers en werknemers ook milieugroepen, ontwikkelingsorganisaties
en vredesbewegingen participeren op basis van gemeenschappelijke
verantwoordelijkheid en gemeenschappelijk belang. Naast het BPN als
indicator van onze huidige economische ontwikkeling zou als
alternatief een welzijnsindicator hoognodig geïntroduceerd moeten
worden. Met zo'n nieuwe indicator zou de sociaal/menselijke,
ecologische en economische ontwikkeling geduid moeten worden. Maar
omdat zo'n indicator moeilijk in kwantiteiten is uit te drukken, zou
begonnen kunnen worden met een nationale duurzaamheidscode als
neven-indicator naast het BNP.
Gelukkig zien we met de groeiende aandacht voor maatschappelijk
ondernemen, sociaal ondernemen, terugdringen van natuuruitbuiting en
-vervuiling, bevorderen van ecologisch en biologisch verantwoorde
landbouw, het voornemen om de klimaatproblematiek aan te pakken en
ontwikkeling van duurzame energie reeds een verschuiving in ons
cultuurmodel ontstaan.
Economisch en sociaal krachtig Nederland?
Tot slot, de Troonrede spreekt tot 4 keer toe over een economisch en
sociaal krachtig Nederland. Dat lijkt te veel op het herstel van het
oude. Daaraan ontbreekt de noodzakelijke vernieuwing te veel. Wij
hebben er behoefte aan dat het ideaal van een economisch en sociaal
sterk Nederland op basis van een nieuw cultuurideaal wordt uitgewerkt
in concrete nieuwe politieke richtlijnen. Met dergelijke richtlijnen
kan het kabinet straks in het voorjaar van 2010 de weg van een
cultuuromslag inslaan. In elk geval zal de geschetste hervorming ,
tegen die tijd leidraden opleveren voor duurzaam milieubeleid,
verantwoorde bezuinigingen, investeringen, stimuleringen,
conditioneringen, lastenverzwaringen, herverdeling van lasten ten
gunste van de minst welvarenden, innovaties. Ik meen in de lijn van
regeer- en crisisakkoord aandacht te vragen voor verantwoordelijkheid,
rentmeesterschap, gemeenschap en dus solidariteit. Ik meen ook dat de
coalitiepartijen samen genoeg in huis hebben om in de politiek aan het
werk te gaan om het nieuwe cultuurparadigma te concretiseren. Het komt
nu op samen werken aan! Misschien wil De MP zijn visionaire blik geven
inzake de toekomstige maatschappij. Met hoop voorbij de crises: een
meer stabiele, rechtvaardige, en houdbare cultuur.
Voor het komende jaar willen we de regering als geheel en elk lid
afzonderlijk vastberadenheid en bereidheid tot verandering wensen en
Gods zegen en wijsheid toe bidden.''
Eerste Kamer
Egbert Schuurman