Datum 14 oktober 2009 2009Z15659
Onderwerp Kamervragen Bijlage(n)
Geachte voorzitter,
Mede namens de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en
Justitie beantwoord ik hierbij de vragen van de leden Roefs en Kuiken aan de
Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat en de Ministers van Justitie en van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over handhaving op het water door de
waterpolitie naar aanleiding van een werkbezoek.
1. Herinnert u zich uw antwoorden op schriftelijke vragen van de leden Kuiken
en Roefs over de aanpak van wateroverlast door snelle vaartuigen? 1)
1. Ja.
2. Hoe staat het met het door u toegezegde onderzoek naar aanvullende
maatregelen, zoals verbalisering op kenteken en het intrekken van het
vaarbewijs?
2. Een brief over mijn standpunt ten aanzien van kentekenregistratie en het
innemen van het vaarbewijs wordt vóór het algemeen overleg over de crisis in
de binnenvaart van 15 oktober aanstaande aan uw Kamer gestuurd.
3. Indien de aanvullende maatregelen zijn ingevoerd, is het dan alleen de
(water)politie, die handhavend kan optreden?
3. Naast ambtenaren met een algemene opsporingsbevoegdheid zijn ingevolge
de Binnenvaartwet ook ambtenaren van de andere (semi)overheidsdiensten,
zoals de Inspectie Verkeer en Waterstaat, de Douane en het
Havenbedrijf N.V. te Rotterdam, als toezichthouder aangewezen.
Op dit moment worden alle overtredingen van de Binnenvaartwet nog
strafrechtelijk gehandhaafd door de (water)politie. Als de artikelen 48 tot en
met 50c van de Binnenvaartwet in werking treden, worden overtredingen van
deze wet hoofdzakelijk bestuurlijk afgedaan. De minister van Verkeer en
Waterstaat kan aan degene die in strijd handelt met de in de wet genoemde
artikelen een bestuurlijke boete op laten leggen. Alleen overtredingen die de
a
agina 1 van 2
P
openbare veiligheid in het geding brengen of kunnen brengen, worden dan Datum
nog langs strafrechtelijke weg afgedaan. 14 oktober 2009
Ons kenmerk
4. Is het waar dat, om deze maatregelen in gang te zetten, eerst een VenW/DGLM/2009/2888
verplichting tot melding van de verkoop bij de RDW 2) en wetgeving, die
intrekken van het vaarbewijs (zoals ook voor het rijbewijs) mogelijk maakt,
nodig zijn?
4. Zie mijn antwoord op vraag 2.
5. Wanneer alleen de (water)politie handhavend kan optreden, hoe valt dit te
rijmen met de nieuwe Binnenvaartwet, waarin op de voorwaarden verbonden
aan het vaarbewijs alleen bestuursrechtelijk kan worden gehandhaafd en
handhaving dientengevolge door de Inspectie Verkeer en Waterstaat dient te
worden uitgevoerd?
5. Zie mijn antwoord op vraag 3.
6. Acht u het opportuun dat deze Binnenvaartwet op termijn bijna alleen
bestuursrechtelijk kan worden gehandhaafd, vooral rekening houdende met
de verkeersveiligheidsaspecten te water (vaarbewijsplicht, oververmoeidheid,
bemanningstekorten) en het grote belang van Nederland/waterland als
doorvoerland en poort naar Europa?
6. In de in juli 2009 in werking getreden Binnenvaartwet is de keuze gemaakt
voor een bestuursrechtelijk sanctioneringsstelsel, waarbij het strafrecht geldt
als sluitstuk. Deze keuze wordt ook ondersteund door het gedachtegoed van
de Kabinetsnota Sanctiestelsels. Gevolg van deze keuze is dat in geval van
een gedraging waardoor gevaar voor de openbare veiligheid ontstaat of kan
ontstaan strafrechtelijke handhaving mogelijk blijft.
7. Hoever bent u met het uitwerken van het handhavingarrangement
Binnenvaartwet dat volgens uw berichtgeving in de zomer van 2009
gepresenteerd zou worden?
7. Het maken van de afspraken met de verschillende handhavingspartners heeft
helaas langer geduurd dan aanvankelijk was voorzien. Aan de uitwerking van
de afspraken wordt momenteel hard gewerkt. Over de uitkomsten hiervan zal
ik u in november 2009 informeren.
1) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008-2009, nr. 1
2) Rijksdienst voor het Wegverkeer
Hoogachtend,
DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
J.C. Huizinga-Heringa
Pagina 2 van 2
> Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer Plesmanweg 1-6
der Staten-Generaal 2597 JG Den Haag
Binnenhof 4 Postbus 20901
2500 EX Den Haag
2513 AA DEN HAAG T 070 351 61 71
F 070 351 78 95
Contactpersoon
-
T -
Ons kenmerk
VenW/DGLM/2009/2888