Gemeente Coevorden

Haven: verwachtingen nog niet waargemaakt

De gemeente Coevorden was in 1997 ambitieus toen zij besloot om aan het Kanaal Almelo-Coevorden bij het Europark een industriehaven aan te leggen, het Regionaal Overslagcentrum (ROC). Zij wilde werkgelegenheid scheppen, bedrijven als IAMS vroegen om een haven en tegelijkertijd wekten het Rijk en de provincies Drenthe en Overijssel de verwachting dat zij het Kanaal Almelo-Coevorden zouden uitbreiden. Tijdens de uitvoering van dit project heeft de gemeente vervolgens lang aan haar originele prognoses vastgehouden, ook al bleken die al snel te optimistisch. De bijsturing van het project was dan ook te gering. Omdat de gemeenteraad onvoldoende informatie kreeg, kon hij evenmin bijsturen. Dat concludeert de Rekenkamercommissie Coevorden in haar rapport 'En nu de tonnage nog. De haven: het Regionaal Overslagcentrum Coevorden (ROC)'.

De haven is in 2003 aangelegd voor schepen tot 1.000 ton. De verwachtingen ervan waren hoog. De totale kosten (voor de aanleg en het beheer sindsdien) bedragen EUR 18,1 miljoen. De verwachtingen zijn echter tot nog toe niet uitgekomen. Sinds de opening zijn alleen een paar proefvaarten naar de haven gekomen. De Rekenkamercommissie Coevorden heeft daarom in het verleden herhaaldelijk en van meerdere gemeenteraadsfracties het verzoek gekregen, de totstandkoming en de toekomstige mogelijkheden en risico's van deze haven te onderzoeken. De rekenkamercommissie heeft daarbij speciale aandacht besteed aan de rol die de gemeenteraad in de besluitvorming heeft kunnen spelen.

Winstkans en financiële risico's De haven is 2002-2003 aangelegd in een Publiek Private Samenwerking (PPS) tussen de gemeente Coevorden enerzijds en drie aannemers en een ingenieursbureau anderzijds. De havenaanleg wordt betaald uit de verkoop van industrieterrein om de haven heen en uit subsidies van de EU en de provincie Drenthe. Gezien de verkoop van industrieterrein tot nog toe kan de gemeente maximaal 1 miljoen euro verlies maken. De maximaal mogelijke winst is 900.000 euro. De rekenkamercommissie kan geen uitspraak doen over de kans op een dergelijke maximale winst of verlies.
Opmerkelijk is overigens dat de gemeente Coevorden en de bedrijven die de haven aangelegd hebben hun eventuele winst of verlies niet gelijk verdelen. De gemeente Coevorden dient 52,13% van een eventueel verlies op de havenaanleg te dragen, maar ontvangt slechts 33,3% van een eventuele winst.
De gemeente Coevorden wil de kade laten exploiteren door een particulier havenbedrijf, dat echter nog niet opgericht is. Dit havenbedrijf moet zichzelf bedruipen door schepen te laden en te lossen. Het voornaamste risico is nu dat de overslagtonnages niet naar de haven komen, als de capaciteit van het kanaal dat naar de haven voert, niet uitgebouwd wordt voor schepen met een tonnage van 1.000 ton. Dit maakt ook dat er voor de komende jaren slechts een heel kleine kans is dat een nog op te richten havenbedrijf winst maakt. De gemeente loopt een risico van jaarlijks EUR 60.000 tot een maximum van totaal EUR 200.000.

Diepgang
Een belangrijke reden dat er geen schepen naar de haven komen, is dat het kanaal een te geringe diepgang heeft. Toen de gemeenteraad in 2001 akkoord ging met de aanleg van de haven, was nog de verwachting dat het kanaal naar maximaal 1.000 ton uitgebouwd zou worden. In juli 2002, twee maanden na de start van de aanleg, besloot het Rijk echter definitief om de uitbouw van het Kanaal Almelo-Coevorden niet te financieren. Sindsdien hebben de provincies Overijssel en Drenthe (de beheerders van het kanaal) op eigen kosten de capaciteit van het kanaal uitgebouwd. Sinds 2008 is het geschikt voor schepen tot 600 ton.
Overigens schat de rekenkamercommissie de toekomstige vervoersstromen 60% lager dan de gemeente terwijl zij betwijfelt of er in de toekomst wel voldoende schepen beschikbaar zullen zijn.

b>Aanbevelingen
De rekenkamercommissie doet zes aanbevelingen aan de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders. B&W stemt in met de aanbevelingen aan zijn adres. De belangrijkste aanbevelingen zijn: - Grote projecten moeten een groot draagvlak krijgen en dus een bredere betrokkenheid van het ambtelijk apparaat en van de raad. Het college dient de raad regelmatig over de voortgang en de risico's van de grote projecten te informeren. - Controleer prognoses regelmatig op hun actualiteit en stuur indien nodig het project bij.
- Vorm een coalitie met bijvoorbeeld de provincies Drenthe en Overijssel en de gemeenten Hardenberg en Emmen, om de diepgang van het kanaal te vergroten.

De Rekenkamercommissie Coevorden De rekenkamercommissie is in 2006 ingesteld en bestaat uit twee gemeenteraadsleden en drie leden van buiten de gemeenteraad. Zij ondersteunt de gemeenteraad door te onderzoeken of het gemeentelijke bestuur efficiënt, effectief en volgens de regels heeft gehandeld. De rekenkamercommissie is onafhankelijk van het gemeentelijke apparaat, zodat zij vrij is om haar oordeel uit te spreken.

De voorzitter van de Rekenkamer, Wim ten Hove, biedt burgemeester Bert Bouwmeester het rapport 'En nu de tonnage nog' aan