Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag
Bureau Bestuursraad De Voorzitter van de Tweede Kamer Prins Clauslaan 8 2592 AJ Den Haag der Staten-Generaal Postbus 20401
Postbus 20018 2500 EK Den Haag 2500 EA DEN HAAG www.minlnv.nl

Onze referentie BBR 2009/3213

Datum 9 oktober 2009

Betreft Natuurherstel Westerschelde

Geachte Voorzitter,

In vervolg op mijn brieven van 17 april en 18 september jl. over het natuurherstel in de Westerschelde deel ik het volgende mee.

Dubbelbesluit 17 april 2009
In de Scheldeverdragen (2005) zijn o.a. afspraken vastgelegd over de vaarwegverruiming en het natuurherstel van de Westerschelde. In het verdragsonderdeel Natuurontwikkelingsschets staat dat totaal 600 hectare estuariene natuur aan Nederlandse zijde moet worden gerealiseerd, waarvan 300 ha in de Hedwigepolder. Bij brief van 17 april jl. is aangegeven dat het kabinet er de voorkeur aan geeft om herstel van de genoemde 300 hectare estuariene natuur in de Westerschelde te realiseren zonder ontpoldering. Daartoe heeft het kabinet besloten een uiterste poging te doen dit natuurherstel buitendijks te realiseren door uitvoering te geven aan het alternatief "aanleg buitendijkse schor" van de Zeeuwse Waterschappen en zo nodig door het aanvullend (gedeeltelijk) overnemen van het alternatief "Land van Saeftinghe" van de Stichting Levende Delta. Mocht dit buitendijkse alternatief onverhoopt op onoverkomelijke (juridische) bezwaren stuiten in het kader van EU-regelgeving, dan zou het oorspronkelijke voorstel van het ontpolderen van de Hedwigepolder tot uitvoering worden gebracht. Nederland heeft zich hiertoe verdragsrechtelijk verplicht met Vlaanderen.

Validatieonderzoek buitendijkse natuurherstelmaatregelen De bovengenoemde buitendijkse natuurherstelmaatregelen zijn mede als gevolg van de voorlopige uitspraak van de Raad van State en reacties van de Europese Commissie versneld aan validatie door een consortium van onafhankelijke onderzoeksbureaus onderworpen. Hierover heb ik u bij brief van 18 september jl. en in het Kamerdebat op 1 oktober jl. geïnformeerd. Het validatieonderzoek is uitgevoerd door een consortium van Grontmij Nederland BV, Bureau Waardenburg en Svasek Hydraulics. Het was gericht op validatie van de bijdrage

van de buitendijkse maatregelen aan natuurherstel, de uitvoerbaarheid van de

maatregelen en de effecten voor aspecten als veiligheid en scheepvaart. Ook de kosten van het buitendijkse natuurherstel zijn scherper in beeld

gebracht. Bijgaand doe ik uw Kamer het resultaat van het validatieonderzoek van dit consortium toekomen (bijlage 1).

Het rapport wijst uit, dat de in het kabinetsbesluit van 17 april jl. opgenomen voorkeursvariant van buitendijks natuurherstel, niet leidt tot verbetering van de

staat van instandhouding van de estuariene natuur in de Westerschelde. De conclusie is dat de nieuw te creëren natuurwaarden een belangrijke aantasting veroorzaken van bestaande beschermde natuurwaarden en dat de voorkeursvariant niet leidt tot de noodzakelijke uitbreiding van de oppervlakte estuariene natuur. De buitendijkse schorren kunnen weliswaar leiden tot verbetering van het habitattype H1330 (Atlantische schorren) en H1310 (pioniersvegetatie), maar gaan tegelijkertijd ten koste van het habitattype H1130 (estuaria). Uitvoering van de voorkeursvariant van de buitendijkse schorren zou leiden tot een verplichting tot compensatie van het verlies van het habitattype H1130 (estuaria), die niet kan worden gerealiseerd door middel van buitendijkse maatregelen in het estuarium van de Westerschelde. Compensatie zou dus wederom ontpoldering vergen.

Verlaging van delen van het land van Saeftinghe leidt op de korte termijn tot aantasting van het huidige habitattype H1330 (schor), waarvoor eveneens een herstelopgave geldt. Verlaging leidt niet tot de noodzakelijke uitbreiding van de oppervlakte aan estuariene natuur en heeft negatieve effecten op de foerageermogelijkheden van een aantal vogelsoorten.

Gezien de conclusies van het validatieonderzoek stuit realisatie van buitendijks natuurherstel op onoverkomelijke (juridische) bezwaren in het kader van EU- regelgeving. Er is namelijk een verplichting tot estuarien natuurherstel op basis van de Habitatrichtlijn. De Europese Commissie zal bij doorzetting van het alternatief van buitendijks natuurherstel naar verwachting de eerdere inbreukprocedure wegens het uitblijven van adequaat natuurherstel weer oppakken.

Het alternatief van de buitendijkse schorren heeft volgens het consortium overigens een te verwaarlozen effect op het morfodynamische systeem en de veiligheid en leidt niet tot relevante wijzigingen van de waterstanden en overstromingsrisico's.

Conclusie over het alternatief van buitendijks natuurherstel Het kabinet vindt het ontpolderen van landbouwgrond voor het herstel van natuur een vergaande maatregel. Zeker wanneer dat plaatsvindt in een regio waar de eeuwenlange strijd tegen het water een belangrijk onderling verbindend element vormt. Een gedegen zoektocht naar mogelijke alternatieven is dan een noodzakelijke voorwaarde. Na de onderzoekscommissies Maljers en Nijpels -die

Pagina 2 van 4

hebben gezocht naar alternatieven voor de ontpoldering van de Hedwigepolder- Bureau Bestuursraad

en met de conclusie van het bijgaande validatieonderzoek van de buitendijkse natuurherstelmaatregelen, acht het kabinet de zoektocht naar alternatieven voor Datum realisatie van het natuurherstel van de Westerschelde afgerond. Voor de 9 oktober 2009 realisatie van het noodzakelijke natuurherstel is nu definitieve duidelijkheid Onze referentie nodig over de gebieden waar natuurherstel plaats gaat vinden. Dat is niet alleen BBR 2009/3213 van belang voor de integrale uitvoering van de Scheldeverdragen, maar ook voor de direct betrokkenen.

Alles overwegende is de conclusie van het kabinet als volgt. Op basis van ecologische en juridische overwegingen en met inachtneming van verdragsrechtelijke en Europeesrechtelijke aspecten, kan het kabinet geen andere conclusie trekken dan dat de voorkeursvariant van herstel van estuariene natuur in de Westerschelde volgens het alternatief van buitendijkse schorren geen soelaas biedt. Het kabinet brengt daarom ­in lijn met het kabinetsstandpunt van 17 april jl.- het oorspronkelijke voorstel van het ontpolderen van de Hedwigepolder tot uitvoering, overeenkomstig het met Vlaanderen gesloten Verdrag inzake de Ontwikkelingsschets 2010 Schelde-estuarium. Op korte termijn zal worden getracht de gronden van de Hedwigepolder minnelijk te verwerven; zo nodig wordt de onteigeningsprocedure ingezet (conform de Rijksprojectenprocedure). Want anders dreigt verdragsbreuk met Vlaanderen en mogelijk een inbreukprocedure door de Europese Commissie.

Ten aanzien van de financiële aspecten het volgende. Het onverkort uitvoeren van de verdragen met Vlaanderen is financieel volledig gedekt: via bijdragen vanuit Vlaanderen (ter grootte van zo'n 270 miljoen euro) en via reeds beschikbare middelen op de rijksbegroting.
Het alternatief van het buitendijks natuurherstel zou ongedekte meerkosten met zich meebrengen van tussen de 80 (schorontwikkeling) en 250 (schoraanleg) miljoen euro. Bovendien wordt dan nog niet voldaan aan de kwantitatieve eisen van de Habitatrichtlijn en gelden aanvullende kosten voor de realisatie van 300 ha. extra benodigde estuariene natuur (circa 90 miljoen). Onzeker zou zijn in hoeverre de eerder toegezegde bijdrage van Vlaanderen beschikbaar zou blijven.

Bodemprocedure
De uitspraak van de Voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 28 juli jl. was onverwacht en onverhoopt en verhinderde de aanvang van de baggerwerkzaamheden voor de derde vaargeulverruiming. Als door de Afdeling bestuursrechtspraak uitspraak is gedaan in de bodemprocedures (naar verwachting in januari 2010) en deze uitspraak positief is, kan Vlaanderen onmiddellijk beginnen met baggeren. Het kabinet versterkt het verweer in de bodemprocedure, om zeker te stellen dat Nederland de verdragsverplichtingen met Vlaanderen na kan komen. Het besluit om de Hedwigepolder te ontpolderen, levert daaraan een bijdrage. Ook zal de komende weken worden getracht overeenstemming met de natuurorganisaties te bereiken.

Pagina 3 van 4

Slot Bureau Bestuursraad

Het kabinet sluit met dit besluit een veelomvattende zoektocht af om een alternatief te vinden voor de in de Scheldeverdragen beschreven ontpoldering Datum van de Hedwigepolder. Het kabinet constateert tot haar spijt dat er geen geschikt 9 oktober 2009 alternatief is gevonden. Het kabinet vindt het van groot belang dat nu uitvoering Onze referentie wordt gegeven aan de Scheldeverdragen, zowel voor de veiligheid, de BBR 2009/3213 toegankelijkheid als de natuurlijkheid.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg

* Validatieonderzoek buitendijks natuurherstel Westerschelde * Rapport | 09-10-2009 | PDF-Document, 3019 kB
Voor downloaden van PDF-bestanden: Zie het origineel



---- --