Gemeente Rotterdam

In de Rotterdamse Rijnhaven komt een opvallend nieuw bouwwerk: een complex van drie drijvende halve bollen.

Burgemeester en Wethouders van Rotterdam hebben ingestemd met de bouw van het drijvend paviljoen. Het krijgt een hoogte van 12 meter, een totaal vloeroppervlak van vier tennisbanen en is in zijn geheel verplaatsbaar. De eerste vijf jaar zal het futuristische paviljoen in de Rijnhaven zijn aangemeerd en dienstdoen als expositie- en ontvangstruimte.

Wethouder Bolsius (Haven, Financiën, Buitenruimte en Organisatie) is trots op de plannen: "Het paviljoen wordt een nieuw drijvend icoon voor de stad, 't is klimaatbestendig, innovatief, duurzaam en flexibel. Een eerste klinkend resultaat van onze ambities op het gebied van drijvend bouwen." In het paviljoen komt naast een expositieruimte een ontvangstruimte, zegt Bolsius "En wellicht breiden we het in de toekomst verder uit met nog meer modules".

Klimaatbestendig en gezichtsbepalend
Doordat het paviljoen drijft, stijgt het automatisch mee met de waterspiegel. Dat maakt het paviljoen een voorbeeld voor het klimaatbestendig bouwen dat in Rotterdam zijn opmars gaat maken. Het vernieuwende paviljoen verenigt de Rotterdamse doelen om de uitstoot van het broeikasgas CO2 te halveren en om de stad ook in de toekomst klimaatbestendig te houden. Het gebouw is door zijn opvallende vorm zeer herkenbaar en kan vanaf de Erasmusbrug gezien worden.

Het drijvend paviljoen is het eerste resultaat van Rotterdam Climate Proof (onderdeel van Rotterdam Climate Initiative) om klimaatbestendig te bouwen in buitendijkse gebieden.

Innovatief en duurzaam
Rotterdam heeft plannen voor het bouwen van drijvende stadswijken. Nog deze eeuw worden drijvende woonwijken een belangrijke invulling van het Stadshavensgebied. Mensen zullen in deze wijken op het water wonen, boodschappen doen, werken en recreëren. De Rotterdamse ambities met Stadshavens omvatten 1600 hectare voor duurzame ontwikkeling. Het paviljoen gaat de mogelijkheden van deze vernieuwing demonstreren. Na vijf jaar zal het worden verscheept en elders in Stadshavens weer worden ingezet; deze flexibiliteit maakt hergebruik van het paviljoen makkelijker. Dat draagt weer bij aan de duurzaamheid ervan.

Technologie
De duurzaamheid van het paviljoen zit in de gebruikte materialen, de flexibiliteit, en ook in de inrichting. Zo wordt het gebouw verwarmd en gekoeld met zonne-energie en oppervlaktewater. Het heeft verschillende klimaatzones; de energie wordt alleen gebruikt waar dat op dat moment nodig is. Op het gebied van energie zal het paviljoen in hoge mate in z'n eigen behoefte voorzien.

Het paviljoen zuivert ook zijn eigen toiletwater. Wat er dan overblijft, kan worden geloosd in het oppervlaktewater. Bijzonder is ook het folie waarmee de koepels worden bekleed. Het zogenaamde EFTE-folie is ongeveer 100 keer lichter dan glas. Dat maakt dit folie heel geschikt voor drijvende gebouwen.

Rijnhaven
Het paviljoen bestaat uit drie aan elkaar geschakelde bollen, waarvan de grootste een diameter heeft van 24 meter. Het vloeroppervlak is 46 bij 24 meter. De Rijnhaven is geschikt voor het paviljoen vanwege de beperkte golfslag. Daar komt bij dat er steeds minder binnenvaartschepen van de haven gebruik gaan maken. Bovendien is de Rijnhaven goed bereikbaar met het openbaar vervoer, ook over water.

Ontwerp en ontwikkeling
Het complex is een ontwerp van het ontwerpteam Deltasync/PublicDomain Architecten. Het wordt gebouwd door Dura Vermeer. De productie van het drijfsysteem zal naar verwachting in oktober beginnen. Daarbij wordt samengewerkt met verschillende opleidingen van de Hogeschool Rotterdam en het Albeda College die in de RDM Campus op Heijplaat zijn gevestigd. Volgens plan zal het drijvend paviljoen met basisinrichting worden opgeleverd in mei 2010.

Gebruik
In het paviljoen zullen de Rotterdamse ambities op het gebied van klimaat-, deltaen watertechnologie worden geëxposeerd. Daarnaast worden op deze plek geïnteresseerde mensen en groepen ontvangen. Er is een auditorium waar groepen tot 150 mensen kunnen plaatsnemen, de hele constructie is gebouwd op ontvangst van circa 500 mensen. De openingstijden van de expositieruimte zijn nog niet bekend.

Bron: Bestuursdienst, 08-10-2009