Dura Vermeer
Rotterdam - 08 oktober 2009
Dura Vermeer bouwt drijvend paviljoen in Rotterdamse Rijnhaven
In opdracht van de gemeente Rotterdam realiseert Dura Vermeer in de
Rotterdamse Rijnhaven een futuristisch ogend drijvend paviljoen dat
zal dienst doen als expositie- en ontvangstruimte. In het paviljoen
zullen de Rotterdamse ambities op het gebied van klimaat-, delta- en
watertechnologie worden geëxposeerd.
Bij de realisatie van het complex, een ontwerp van
Deltasync/PublicDomain Architecten, werken verschillende bedrijven van
Dura Vermeer samen: Dura Vermeer Bouw Rotterdam, Dura Vermeer Business
Development, Prinsen Waterbouw en ingenieurs- en adviesbureau Advin.
Flexbase, een samenwerking tussen Dura Vermeer en Unidek, is de
leverancier van het drijflichaam. Met de bouw van het drijfsysteem
wordt in de loop van oktober gestart. Bij de bouw wordt samengewerkt
met verschillende opleidingen van de Hogeschool Rotterdam en het
Albeda College die in de RDM Campus op Heijplaat zijn gevestigd.
Volgens plan zal het drijvend paviljoen met basisinrichting worden
opgeleverd in mei 2010.
Het paviljoen bestaat uit drie aan elkaar geschakelde bollen waarvan
de grootste een diameter heeft van 24 meter, met een hoogte van 12
meter. Het vloeroppervlak is 46 bij 24 meter. Het vernieuwende
paviljoen verenigt de Rotterdamse doelen om de uitstoot van het
broeikasgas CO2 te halveren en om de stad ook in de toekomst
klimaatbestendig te houden. De Rijnhaven, pal naast RDM Campus op
Heijplaat, is geschikt voor het paviljoen vanwege de beperkte
golfslag. Bovendien is de Rijnhaven goed bereikbaar met het openbaar
vervoer, ook over water.
Het drijvend paviljoen is het eerste resultaat van Rotterdam Climate
Proof (onderdeel van Rotterdam Climate Initiative) om klimaatbestendig
te bouwen in buitendijkse gebieden. Doordat het paviljoen drijft,
stijgt het automatisch mee met de waterspiegel. Dat maakt het
paviljoen een voorbeeld voor het klimaatbestendig bouwen met het oog
op de Rotterdamse ambities voor het bouwen van drijvende stadswijken.
De duurzaamheid van het paviljoen zit in de gebruikte materialen, de
flexibiliteit, en ook in de inrichting. Zo wordt het gebouw verwarmd
en gekoeld met zonne-energie en oppervlaktewater. Het heeft
verschillende klimaatzones; de energie wordt alleen gebruikt waar dat
op dat moment nodig is. Op het gebied van energie zal het paviljoen in
hoge mate in z'n eigen behoefte voorzien. Het paviljoen zuivert ook
zijn eigen toiletwater. Wat er dan overblijft, kan worden geloosd in
het oppervlaktewater. Bijzonder is ook het folie waarmee de koepels
worden bekleed. Het zogenaamde ETFE-folie is ongeveer 100 keer lichter
dan glas. Dat maakt dit folie heel geschikt voor drijvende gebouwen.