Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Inhoud pagina: Brief aan de Tweede Kamer met beleidsreactie op "Politie voor
eenieder"
5 oktober 2009
De minister biedt hiemee, zoals op 27 april 2009 door de Kamer
verzocht, haar reactie op het visiedocument Politie voor éénieder van
de Raad van Hoofdcommissarissen (RHC) aan de Kamer aan.
Hierbij bied ik, zoals op 27 april 2009 door de Kamer verzocht, mijn
reactie op het visiedocument Politie voor éénieder van de Raad van
Hoofdcommissarissen (RHC) aan.
Het uitgangspunt van het visiedocument is om te komen tot een zichzelf
ontwikkelende professionele politieorganisatie die ook in een snel
veranderende samenleving haar legitimiteit behoudt door voor iedereen
toegankelijk te zijn. Deze visie past in de benadering dat de
politieorganisatie een afspiegeling dient te zijn van de samenleving
en in de moderne maatschappij haar taken moet kunnen verrichten. Het
visiedocument is daarmee in lijn met het kabinetsbeleid op het gebied
van diversiteit bij de politie.
In november 2007 heb ik met de korpsbeheerders afspraken gemaakt over
diversiteit. Eén van die afspraken is gericht op de ontwikkeling van
multicultureel vakmanschap. De politiekorpsen zullen zorgen voor de
ontwikkeling van multicultureel vakmanschap bij alle medewerkers. Met
de Politieacademie is afgesproken dat het multicultureel vakmanschap
een leerlijn wordt voor het gehele politieonderwijs. De implementatie
van multicultureel vakmanschap wordt gefaciliteerd door de Taskforce
Diversiteit, waarin vertegenwoordigers van de politiekorpsen, het
Landelijke Expertisecentrum Diversiteit (LECD), de Politieacademie, de
politiebonden en mijn ministerie zitting hebben. Het visiedocument
Politie voor éénieder, ontwikkeld door het LECD samen met
politiemensen en de Politiediversiteitsraad, geeft invulling aan het
begrip multicultureel vakmanschap.
Eén van de kernwaarden van Politie voor éénieder is neutraliteit van
de politie. De RHC en het KBB onderschrijven het standpunt over life
style neutraliteit dat vast ligt in mijn brief aan de Tweede Kamer
(Kamerstuk 29628 nr. 109). Ik neem deze visie mee in de besprekingen
die op dit moment onder andere met de politievakbonden worden
gevoerd over regelgeving waarin deze neutraliteit van de politie zal
worden vastgelegd.
In de visie Politie voor éénieder is terecht ook aandacht voor de
aanpak van discriminatie. Een actieve aanpak van interne discriminatie
is een voorwaarde voor een effectieve aanpak van discriminatie in de
samenleving. De politie is het visitekaartje van de overheid en speelt
samen met andere partijen een belangrijke rol in
discriminatiebestrijding. De politie dient niet alleen herkenbaar te
zijn, maar heeft ook een actieve rol als beschermer van éénieder.
Discriminatie heeft niet alleen schadelijke gevolgen voor individuen
maar ook voor de samenleving als geheel. Niet voor niets is de aanpak
ervan dan ook een speerpunt van het kabinet. Samen met de minister van
Justitie heb ik in het Landelijk Kader Nederlandse Politie 2007
afspraken gemaakt met de politie over de aanpak van discriminatie.
Sindsdien heeft het LECD actief gewerkt aan het opstellen van een
landelijk criminaliteitsbeeld discriminatie en het stimuleren van de
implementatie van de Aanwijzing discriminatie in alle korpsen. Dit
heeft geresulteerd in o.a. een eerste criminaliteitsbeeld
discriminatie over 2008, een steeds professioneler Regionaal
Discriminatieoverleg in alle politieregio's en het project Hatecrimes,
waarbij slachtoffers online een melding of verzoek tot aangifte kunnen
doen.
Ik ondersteun de visie dat de politie de legitimiteit van haar
optreden actief moet monitoren. De gehele bevolking dient zich te
kunnen herkennen in de politie en het optreden niet als stigmatiserend
of discriminatoir te ervaren. Respect is het sleutelwoord van
multicultureel vakmanschap. Respect van politiemedewerkers voor de
burger en voor elkaar.
DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,
Mevrouw dr. G. ter Horst