Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
1
> Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag
Algemene Onderwijsbond Rijnstraat 50
Den Haag
Postbus 16375
t.a.v. dhr. W. Dresscher 2500 BJ Den Haag
Postbus 2875 www.minocw.nl
3500 GW UTRECHT
Onze referentie
FEZ/ART/138799
Uw brief van
16 juni 2009
Uw referentie
573841 JB/HP
Datum 2 oktober 2009
Betreft Beloning onderwijsbestuurders
Geachte heer Dresscher,
Hierbij willen wij graag reageren op de brief waarin u de oproep doet om direct
maatregelen te nemen om uitwassen in de beloning van bestuurders in het
onderwijs tegen te gaan. In uw brief uit u uw zorgen naar aanleiding van diverse
berichten die de afgelopen tijd in de publiciteit zijn gekomen.
Wij zijn bereid alles in het werk te stellen om ervoor te zorgen dat er op een
verantwoorde manier met publieke middelen wordt omgegaan, waaronder de
beloning van bestuurders. De wet die de minister van BZK in voorbereiding heeft
zal daarbij helpen, maar gezien de complexiteit alsmede de procedures die met
een wetgevingstraject gepaard gaan, zal de wetgeving niet eerder dan in het
voorjaar van 2010 aan de Tweede Kamer kunnen worden aangeboden. U dringt
aan op noodwetgeving of spoedwetgeving. Voor alle wetgeving geldt echter dat
het reguliere wettraject moet worden doorlopen, dat gepaard gaat met min of
meer vaste doorlooptijden; er bestaat in die zin geen afwijkende procedure voor
spoedwetgeving. Eigen wetgeving zal dan ook op dit moment niet veel sneller
gerealiseerd kunnen worden dan de BZK-wet die in ontwikkeling is. Bovendien
hecht het kabinet eraan de beloning van topfunctionarissen op uniforme en
eenduidige wijze te regelen. Om die reden is gekozen voor een (kader)wet voor
de gehele (semi)publieke sector. In de wet van BZK zullen onze bevoegdheden op
het punt van de beloning van bestuurders expliciet en veel meer direct worden
geregeld. Bovendien zal het gehele scala aan beloningscomponenten, inclusief
pensioenvergoedingen en ontslaguitkeringen, worden meegenomen in de
normering.
In de tussentijd willen wij voorkomen dat zich tijdens de periode tot het in
werking treden van de wet nieuwe benoemingen voordoen waarvan de beloning
buitensporig is. Op basis van onze huidige bevoegdheden doen wij op dit moment
reeds alles wat in ons vermogen ligt om buitensporige beloningen te voorkomen
en daar waar nodig tegen op te treden. U verwijst zelf al naar de kwestie rond het
Friesland College. De berichten over het Albeda College hebben geleid tot een
onderzoeksopdracht aan de inspectie. De bevindingen duiden erop dat de beide
zaken niet vergelijkbaar zijn. De discussie mede naar aanleiding van
Kamervragen - over de beloning van bestuurders in het voortgezet onderwijs en
de vraag of zij al dan niet onder de CAO vallen, zal u ook niet ontgaan zijn. Met
a
agina 1 van 2
P
het wetsvoorstel `Goed onderwijs, Goed bestuur' wordt de positie van bestuurders
in het voortgezet onderwijs geformaliseerd. Wat betreft het hoger onderwijs
hebben wij aan enkele instellingsbesturen opheldering gevraagd over een
beloningsafspraak of een vertrekregeling die op het eerste gezicht vraagtekens
opriep. In één geval heeft dat geleid tot terugvordering van als ondoelmatig
aangemerkte uitgaven. Tenslotte verwijzen wij u naar het beleid ten aanzien van
de beloning van medewerkers van de publieke omroep, voor wie een
beloningscode geldt.
Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
Een afschrift van deze brief sturen we aan de Tweede Kamer.
Hoogachtend,
de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
dr. Ronald H.A. Plasterk
de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
Marja van Bijsterveldt-Vliegenthart
Pagina 2 van 2