FNV

7-10-2009

Vakcentrales willen spoedoverleg met kabinet over AOW

De vakcentrales FNV, CNV en MHP willen met het kabinet overleggen over de AOW, nog voor de behandeling van het wetsontwerp in de ministerraad. In dat gesprek willen ze de alternatieven toelichten die in de SER zijn voorgesteld voor de leeftijdsverhoging van de AOW naar 67 jaar. De drie vakcentrales doen dit verzoek in een gezamenlijke brief aan premier Balkenende.

In het voorjaarsakkoord van maart jongstleden was afgesproken dat de SER met een alternatief voor het kabinetsplan mocht komen. De vakcentrales schrijven dat "de destructieve opstelling van werkgevers niet beloond mag worden door de oorspronkelijke plannen door te zetten, nu door dit gedrag het uitbrengen van een SER-advies met een breed draagvlak niet mogelijk is gebleken. De vakcentrales verzoeken het kabinet zich uit te spreken over de gang van zaken in het SER onderhandelingsproces."

Open en constructief De brief (zie bijlage onderaan) stelt dat de partijen elkaar in de SER-onderhandelingen op basis van voorstellen van kroonleden dicht waren genaderd. De vakcentrales blijven bereid om "op een open en constructieve wijze met het kabinet te komen tot een breed gedragen oplossing."

Flexibele AOW De vakcentrales pleiten voor een eerlijk alternatief dat voorkomt dat het kabinet botweg twee jaar op de AOW en de aanvullende pensioenen bezuinigt. "Kernpunt in het voorstel is een gelijk pensioenrecht voor alle generaties waarin mensen binnen aangegeven grenzen zelf kunnen besluiten wanneer de AOW wordt opgenomen."

Bijdrage van het bedrijfsleven FNV, CNV en MHP vinden dat het bedrijfsleven een evenredige structurele bijdrage aan het op orde brengen van de overheidsfinanciën dient te leveren om te voorkomen dat de rekening van de crisis eenzijdig bij huishoudens wordt neergelegd. "Dit kan door de rente-aftrek van vreemd vermogen in de vennootschapsbelasting te beperken. De vakcentrales zien dit als een logische consequentie van het mislukken van de onderhandelingen over een AOW-alternatief in de SER."

Loonkostenverlaging De brief stelt verder dat de werkgevers in de SER-onderhandelingen vooral uit waren op de loonkostenverlaging via het Witteveenkader, een overgangsrecht voor bepaalde pensioenregelingen. "In feite vormt beperking van het Witteveenkader een indirecte loonmaatregel. De pensioenkwaliteit en daarmee de pensioenkosten worden in een klap met maar liefst (ruim) 15% gereduceerd. Dit betekent een loonkostenreductie van 2,25% van de loonsom. Deze ingreep treft de zware beroepen het hardste, want zij vallen vaak onder pensioenregelingen waarin het Witteveenkader volledig is benut. Zij hebben derhalve geen ruimte in het Witteveenkader meer over om deze aanslag te kunnen repareren."

{icon_pdf.gif} Brief Balkenende AOW-alternatief FNV CNV MHP