Deelgemeente Feijenoord Rotterdam

Deelgemeente wil flexibiliteit bij uitvoering Rotterdamse Stijl

Hoeveel vrijheid heeft de deelgemeente nu het gemeentebestuur de Rotterdamse Stijl heeft vastgesteld voor de inrichting van de buitenruimte? Is Feijenoord verplicht te kiezen uit de bankjes en lantaarnpalen in het handboek? En is er nog wel ruimte voor bewonersparticipatie als er zo'n strak kader is vastgesteld?

Spanningsveld
Deze prangende vragen zorgden 29 september voor een pittige discussie tussen leden van de commissie Ruimtelijke Zaken en dagelijks bestuurder Mieke van der Graaf. Laatstgenoemde constateerde dat er een spanningsveld is, met enerzijds de wens om een kwaliteitsslag te maken door een meer eenduidige en aansprekende standaardkwaliteit in de buitenruimte voor de gehele stad. Anderzijds wil de deelgemeente luisteren naar bewoners en met name bij nieuwe inrichtingsplannen maatwerk kunnen leveren bij bijvoorbeeld de keuze van straatmeubilair.

Meer dwingend
De commissieleden voelden zich voor het blok gesteld. "De Rotterdamse Stijl is meer dwingend dan een richtlijn", constateerde Jan Smit (LSD) gaandeweg de discussie. "Ik heb begrip voor een zekere standaardisatie", sprak Jo den Haan (PvdA). "Maar als wij als deelgemeente met inrichtingsplannen naar de wijk gaan, ontbreekt het aan mogelijkheden voor bewoners om te participeren. Je moet zeggen: take it or leave it."

Kaders voor participatie
Draagvlak is belangrijk, benadrukte Den Haan: "Een bewoner die niet betrokken is bij de inrichting zal het een zorg zijn hoe de buitenruimte er uit ziet." Arie van der Ent (PvdA) stelde dat de kaders voor de participatie heel duidelijk moeten worden aangegeven. Verder vroeg hij zich af wie de extra kosten betaalt, want de verschuiving van asfalt naar meer klinkers maakt de Rotterdamse Stijl duur. Van der Graaf antwoordde dat de stad de meerkosten betaalt, ook de hogere onderhoudskosten.

Waar nodig afwijken
De dagelijks bestuurder erkende dat de marges klein zijn. Maar ze vecht wel voor afwijken van de Rotterdamse Stijl waar dat echt nodig is. "Een treurwilg in Vreewijk past niet in het standaardbeeld van een tuindorpsingel, maar bewoners willen die boom behouden, dus laten wij hem staan." Ook aan vier kanten parkeren (aan beide zijden van het water zowel aan de singelkant als langs de woningen) past niet in de Rotterdamse Stijl, maar moet mogelijk zijn als de situatie daarom vraagt.

Discussie met dienst
Zowel op de Lange Geer als op de Lange Hilleweg is op aandringen van bewoners meer ruimte gecreëerd voor parkeren in de herinrichtingsplannen. "Ook op de Hillevliet ga ik afwijken", kondigde Van der Graaf aan. "Ik hoop dat dat geen problemen geeft met het stadsbestuur. Ik heb wel discussie gehad met mensen van de dienst Stedenbouw. Dat is logisch, de Rotterdamse Stijl is hun kindje."

Compromissen
"Het handboek is geen dogma, zoals het Oude Testament", sprak de dagelijks bestuurder. "Ik wil wel flexibiliteit, om rekening te kunnen houden met bewoners. Daarom wilde ik ook deze discussie in de commissie. De Rotterdamse Stijl is eind 2008 vastgesteld, net voordat ik aantrad als db'er in Feijenoord. Tot nu toe hebben we bij inrichtingsplannen de Rotterdamse Stijl gevolgd en zijn compromissen gevonden. Argumenten van bewoners hebben zwaar gewogen en zijn veelal gevolgd."

Ander bankje
Het lastige is volgens Van der Graaf dat er al verschillende stijlen zijn in de deelgemeente, zoals de Katendrechtse stijl en de eigen stijl op het Noordereiland. "In een tuindorp wil je misschien een ander bankje dan op een rivierkade", gaf ze aan. Simon Blanken (Leefbaar Rotterdam) beaamde dat. Vreewijkers hebben waarschijnlijk voorkeur voor een klassiek bankje, terwijl omwonenden van het Afrikaanderplein, die veel buiten zijn, ongetwijfeld andere wensen hebben. Overigens constateerde Van der Graaf dat in het handboek Rotterdamse Stijl staat dat het Noordereiland, de Kop van Zuid en Vreewijk uitzonderingsgebieden zijn.

Kwaliteitsslag
De commissieleden waren allesbehalve gerustgesteld. "U vraagt het onmogelijke", verzuchtte Remco van Vliet (PvdA) aan het eind van de discussie. "We krijgen niet de mogelijkheid voor bewonersparticipatie, terwijl deze deelgemeente dat heel belangrijk vindt." Van der Graaf merkte op dat er ook voor andere zaken een gemeentelijk kader is, bijvoorbeeld voor de WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning). "Ook voor de inrichting van de buitenruimte is er altijd al een kader geweest." Het spanningsveld erkent ze. "Maar de Rotterdamse Stijl is ook een kwaliteitsslag en dat vind ik het goede eraan."

Onder verantwoordelijkheid van de griffie.
Tekst: Emile Hilgers