Ministerie van Economische Zaken
Nederland wil af van heffing op schoenen
Op de G20-top in Pittsburgh (VS) bespraken regeringsleiders niet
alleen de bonussen van bankiers. Ook het dreigende protectionisme in
de internationale handel werd weer besproken. Vijf vragen aan
staatssecretaris Heemskerk (Buitenlandse Handel) over protectionisme.
Hoe gaat het met de aanpak van het protectionisme?
Gelukkig blijkt op dit moment niet dat landen in grote getale de
regels overtreden. Wel blijft waakzaamheid geboden. Je ziet de neiging
namelijk bij sommige landen om de speelruimte die ze hebben om
handelsbelemmeringen op te werpen om zo de eigen industrie te
beschermen ook zoveel mogelijk te gebruiken. Rusland verhoogde de
importtarieven voor auto's, staal en landbouwmachines. De neiging om
toch de eigen economie te beschermen en zo de handel te verstoren kan
het prille economische herstel in de knop breken. Dit gevaar wordt
grote naarmate de werkloosheid gaat oplopen. Dan wordt de druk groter
om de eigen economie te gaan beschermen. Dat is niet de juiste
oplossing. De G20-landen waaronder Nederland hebben nogmaals hun
belofte bevestigd om geen maatregelen te nemen die de handel of
investeringen belemmeren. Als ze dat wel doen belooft men dat zo snel
mogelijk terug te draaien. Ook streeft men ernaar om de WTO
handelsronde, de Doharonde, in 2010 af te ronden. Dat zou de beste
verzekering zijn tegen toekomstig protectionisme.
Nederland lijkt ook vatbaarder voor protectionistische neigingen en
navelstaren. Waarom hebben wij als open economie voordeel bij de aanpak van
protectionisme?
Kijk naar de reden waarom Nederland zo hard is geraakt door deze
crisis. Harder dan bijvoorbeeld Frankrijk. Dat komt omdat wij
kwetsbaarder zijn voor de teruggang in de wereldhandel dan de meeste
andere landen. Nederland is immers de toegangspoort tot de grootste
consumentenmarkt in de wereld. Bijvoorbeeld de VS, Japan, China
brengen veel van hun producten via Nederland naar de EU. Ook
exporteert Nederland heel veel naar andere landen binnen en buiten de
EU. Dat maakt Nederland erg interessant voor bedrijven die
internationaal actief zijn. Maar dan moet de handel wel blijven lopen.
'n Mooi macro-economisch verhaal. Maar de "gewone man", hoe merkt die dat?
De internationale handel is de motor voor economisch herstel, ook in
Nederland. Bijna geen land ter wereld verdient zoveel geld met
internationaal ondernemen. Heel veel banen in ons land zijn hiervan
afhankelijk: een op de zeven Nederlanders werkt voor een buitenlands
bedrijf. Belemmeringen die we opwerpen voor de wereldhandel raakt
juist de gewone man. Internationale handel zorgt voor nieuwe
opdrachten en investeringen voor Nederlandse bedrijven. Dat zorgt voor
nieuwe werkgelegenheid. Onze welvaart is verbonden met de economische
ontwikkeling in de wereld. Als je voor al deze zaken belemmeringen
opwerpt, dan worden wij daar hard door getroffen. Daarnaast is de
Nederlander als consument gebaat bij vrije handel. Dat brengt hem
immers een veelheid aan producten, een grotere keuzemogelijkheid tegen
lagere prijzen. Juist in economisch moeilijke tijden is dit van
belang. Nederland is dus zeker ook gebaat bij importen.
Europa is zelf toch ook schuldig aan heffingen?
Dat klopt, zo heeft de EU bijvoorbeeld de tarieven voor melk verhoogd.
Juist de EU - als grootste handelsblok in de wereld Ð dient het goede
voorbeeld te geven. Zeker in tijden waarin de wereldhandel een
terugval laat zien, moeten we ons ten volle bewust zijn van de
risico's en kosten van marktafscherming. We moeten waken voor de
neerwaartse spiraal die met het opwerpen van nieuwe
handelsbelemmeringen ontstaat. Ik zet me in de EU dan ook in voor het
behoud van open markten en vrije handel tegen eerlijke
concurrentievoorwaarden, want daar profiteren Nederlandse bedrijven,
werknemers en consumenten het meeste van.
Wat houdt dat in?
Dat houdt in dat ook anti-dumpingmaatregelen kritisch bekeken moeten
worden. Deze moeten alleen worden getroffen als dit in het bredere
belang van de Europese Gemeenschap is. Neem de anti-dumpingmaatregelen
op schoenen uit China en Vietnam. Nederland heeft zich van meet af aan
hiertegen verzet omdat de voordelen voor een beperkt aantal Europese
producenten niet opwegen tegen de nadelen voor importeurs,
groothandel, detailhandel, consumenten en bedrijven die zich binnen de
EU bezighouden met marketing, resarch en design en produceren buiten
Europa. Binnenkort gaan we in Europa besluiten of deze heffingen al
dan niet worden verlengd. Mijn inzet is helder: Nederland wil af van
heffing op schoenen.