Vlaamse Overheid

selectiever en doelmatiger

Vlaamse renovatiepremie wordt selectiever en doelmatiger

Persmededeling van de Vlaamse Regering

vrijdag 2 oktober 2009

Op voorstel van Vlaams minister van Wonen Freya VAN DEN BOSSCHE heeft de Vlaamse Regering beslist om de renovatiepremie te hervormen. Om budgettaire ontsporingen te vermijden, wordt de renovatiepremie herleid tot zijn essentie : een instrument ter ondersteuning van fundamentele ingrepen om het basiscomfort en de kwaliteit van zoveel mogelijk woningen te verbeteren.

De renovatiepremie

Vlaamse gezinnen realiseren hun droom van een eigen woning steeds meer door een bestaande woning te kopen. Vaak is dit een woning die niet voldoet aan de basiskwaliteitsnormen van het Vlaams Gewest. Bijna 10% van de eigenaars die in een bestaande woning woont, zegt dat deze in een slechte tot zeer slechte staat verkeert (Woonsurvey 2005).

Sinds 2 maart 2007 kunnen eigenaars een beroep doen op de renovatiepremie voor werken die de fundamentele toestand van hun woning verbeteren. De premie, waarvoor bijna 50% van de eigenaars in aanmerking komt, bedraagt 30% van de totale kostprijs met een maximum van 10.000 euro.

De renovatiepremie slaat aan. Tot augustus 2009 werden 54.575 aanvragen geregistreerd. Het aantal aanvragen zit in de lift. In de periode april-mei 2009 werden 50% meer aanvragen ingediend als in dezelfde periode in 2008.

Het succes van de premie heeft een grote budgettaire weerslag. Bij de opmaak van de begroting werd beslist om dit jaar nog 24 miljoen euro extra te voorzien en 36 miljoen euro in 2010. Dat volstaat echter niet om de premie in zijn huidige vorm betaalbaar te houden.

Hervorming

De Vlaamse Regering heeft principieel ingestemd met het voorstel van minister Van den Bossche om een hervorming van de renovatiepremie door te voeren. De uitgangspunten van het huidige systeem blijven overeind. Er wordt niet geraakt aan de doelstelling, aan het aantal rechthebbenden en aan het maximale bedrag van de premie. De hervorming beoogt een meer gerichte inzet van de middelen.

Daartoe worden afwerking en luxe uit de lijst van betoelaagde werken geschrapt. Alleen werken die een impact hebben op de basiskwaliteit van de woning komen nog in aanmerking. Er zijn drie categorieën waarvan de maximumbedragen die kunnen ingebracht worden voor de premie variëren tussen 3750 en 15.000 euro. Ook worden energiebesparende werkzaamheden geschrapt die al gesubsidieerd worden via andere kanalen, zoals bijvoorbeeld de dakisolatiepremie.

Tot slot komt er een meer rechtvaardige verdeling van de middelen. Gezinnen met een laag inkomen krijgen een tegemoetkoming van 30%. Voor de kapitaalkrachtigere gezinnen is het terugbetalingstarief 20%. Het maximumbedrag van de premie blijft voor beide groepen 10.000 euro.

Minister Van den Bossche: "Deze hervorming verzekert een efficiënte inzet van de renovatiepremie als instrument om de kwaliteit van het woningbestand te verbeteren. Geen subsidiëring van parketvloeren, dure tegels in de badkamer of crepi tegen de gevel. Wel van werken die de woonkwaliteit op een hoger niveau tillen zoals de vernieuwing van het dak, draagvloeren, sanitaire installatie of centrale verwarming."

Deze principiële beslissing wordt voor spoedadvies voorgelegd aan de Raad van State.