Provincie Groningen

Noord-Oost Groningen Ministerie VWS belooft beschikbaarheid acute zorg Noord-Oost Groningen 30 september 2009

Spoedeisende hulp moet beschikbaar zijn en blijven, ook voor de inwoners van dunbevolkte gebieden, zoals Noord- en Oost Groningen. Dat zei Arnold Moerkamp, Directeur Generaal van het ministerie van VWS, gisteren bij de overhandiging van een rapport over de beschikbaarheid en bereikbaarheid van acute zorg (onvoorziene en onmiddellijke behoefte aan zorg) in de provincie Groningen. Dit onderzoek is uitgevoerd door ARGO Rijksuniversiteit Groningen BV in opdracht van het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ) Groningen.

Uit het rapport blijkt dat bij 95% van de oproepen in de hele provincie Groningen de ambulance binnen de norm van 15 minuten ter plekke is. Ook blijft de totale reistijd naar patiënt en van patiënt naar het ziekenhuis in een zeer groot deel van de gevallen binnen de norm van 40 minuten. Voor de dunbevolkte gebieden in de provincie Groningen zijn er voor de toekomst echter zorgen over de beschikbaarheid en bereikbaarheid van de acute zorg buiten kantooruren.

Beschikbaarheidstoeslag
Een belangrijke oorzaak is dat er te weinig geld is voor de afdelingen Spoedeisende Hulp (SEH) van de ziekenhuizen in dunbevolkte regio's. Deze afdelingen spelen een belangrijke rol in het tijdig verlenen van acute zorg. Nu krijgen de ziekenhuizen nog een extra beschikbaarheidstoeslag van de minister om de SEH open te houden. De minister is echter bezig met een heroverweging van deze toeslag. Als de toeslag niet meer toegekend zou worden aan de ziekenhuizen in Winschoten, Delfzijl en Stadskanaal, dan zou dit betekenen dat naar schatting vier keer zoveel patiënten buiten kantooruren niet binnen de norm van 40 minuten in het ziekenhuis arriveert.

Publieke verantwoordelijkheid
Waarnemend Directeur Generaal Arnold Moerkamp zei in een reactie dat hij het waardeert dat het ROAZ zijn verantwoordelijkheid neemt en dit probleem onder de aandacht brengt. Hij benadrukte dat het ministerie eveneens publieke verantwoordelijkheid neemt. Hij verklaarde dat er geen twijfel over bestaat dat iedereen in het land de toegang tot zorg gegarandeerd moet zijn, ook in dunbevolkte gebieden zoals Noord- en Oost-Groningen.

Overleg RIVM
Het rapport geeft hem voldoende aanleiding om met het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in overleg te gaan. Het RIVM is een kennis- en onderzoeksinstituut, dat in opdracht van het ministerie onderzoek doet op het gebied van volksgezondheid. Deze informatie wordt gebruikt bij het ontwikkelen van beleid. Er ligt een analyse van het RIVM van ziekenhuizen die de beschikbaarheidstoeslag nodig hebben, en waar in staat dat alleen Delfzijl hiervoor nog in aanmerking zou komen. Op basis van dit rapport zou men tot andere inzichten moeten komen.

Het rapport werd gisteren overhandigd door Maarten Andriessen, voorzitter van het ROAZ Groningen en medisch directeur van het UMCG, in aanwezigheid van gedeputeerde Pim de Bruijne en Guus Bruins, directeur van het Refaja Ziekenhuis en binnen het ROAZ trekker van dit onderzoek. Het zou in ontvangst genomen worden door minister van Volksgezondheid Ab Klink. Helaas werd de minister weggeroepen, en nam de waarnemend Directeur Generaal de honneurs waar. Het ROAZ zal het rapport ook bij de Tweede Kamer en Provinciale Staten van de provincie Groningen onder de aandacht brengen.

30 september 2009