Nieuws
Ozongat iets minder diep
Minder chloor in ozonlaag
30 september 2009 - De ozonafbraak in het ozongat boven de Zuidpool is
dit jaar iets minder groot dan in 2008. Dat past in de lijn van de
verwachting dat de ozonlaag zich de komende jaren geleidelijk
herstelt. Satellieten hebben inmiddels ook een afname gemeten van
chloor in de ozonlaag. De hoeveelheid chloor is in vijf jaar zo'n 2,5
tot 5% minder geworden. Diverse chloorhoudende gassen zijn de
belangrijkste ozonafbrekers.
Ozongat in 2009 iets minder diep
Ozongat in 2009 iets minder diep
Toch is het volgens de onderzoekers van het KNMI nog te vroeg om nu al
van een herstel van de ozonlaag te spreken. Door de sterk wisselende
weersomstandigheden varieert de hoeveelheid ozon die wordt afgebroken
van jaar tot jaar. Zo was in 2007 sprake van een vergelijkbare
ozonafbraak. Ook de omvang van het ozongat is nog amper veranderd. Het
oppervlak van het gebied met ozonafbraak is vergelijkbaar met dat in
andere jaren.
Nieuwe satellietwaarnemingen
Op een conferentie van de European Space Agency (ESA) in september
zijn nieuwe resultaten gepresenteerd over satellietwaarnemingen van
ozon in de atmosfeer. Zoals bekend wordt de ozonlaag boven de Zuidpool
een paar maanden per jaar bijna geheel afgebroken door diverse
chloorhoudende gassen (CFK's). Die gassen zijn jarenlang door de mens
in de atmosfeer gebracht. Sinds de negentiger jaren is het gebruik van
deze stoffen echter aanzienlijk teruggebracht door goede
internationale afspraken. De verwachting is dat dit de komende
decennia resulteert in een langzaam herstel van de ozonlaag.
Het is dan ook van groot belang de ozonlaag permanent in de gaten te
houden. De metingen van de ozonlaag worden voor een belangrijk deel
met satellieten gedaan. Vanwege de beperkte levensduur van satellieten
is het belangrijk om de metingen van verschillende satellieten die na
elkaar vliegen goed op elkaar te laten aansluiten. Hierdoor kan een
lange meetreeks worden verkregen waarin subtiele veranderingen kunnen
worden geanalyseerd.
Veelbelovend onderzoek
Wetenschappers hebben onlangs een meetreeks kunnen reconstrueren van
de
hoeveelheid ozon in de atmosfeer. Op basis daarvan zijn trends in de
hoeveelheid ozon onderzocht. De bevindingen zijn veelbelovend. Gebruik
makend van waarnemingen door Europese instrumenten als GOME, SCIAMACHY
en GOME-2 vanaf 1995 vonden zij een kleine toename van +1% per 10 jaar
in de wereldgemiddelde hoeveelheid ozon. De waarnemingen zijn
consistent met de verwachtingen op basis van modelberekeningen.
Lange meetreeks
Op de ESA conferentie presenteerde het KNMI een andere, langere
reconstructie van de verdeling van ozon over de mondiale atmosfeer
over een periode van 30 jaar. Hierbij zijn alle satellietmetingen van
ESA, maar ook die van Amerikaanse onderzoekssatellieten gebruikt, die
langer teruggaan in de tijd. Ook deze meetreeks kan nu gebruikt worden
op zoek naar tekenen van herstel van de ozonlaag.
Eerste uitgave: 30-09-09
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut