Partij van de Arbeid
'Kabinet breekt discussies open'
In de Tweede Kamer zijn vandaag de financiële beschouwingen. Minister
Bos wijst er in zijn bijdrage op dat het kabinet een gigantische
financiële klus voor zich ziet en bereid is de discussie, dwars door
menig heilig huisje heen, open te breken. Die bereidheid ziet Bos
echter niet bij de oppositie. Bovendien komt `geen enkel voorstel van
de oppositie ook maar in de buurt van de bedragen waar het straks om
gaat.'
Bos gaat ook in op de omvang van de bezuinigingen die voor de deur
staan,. En de reden waarom we daar nog een jaar over kunnen nadenken:
'Alleen al het tekort stelt ons voor een opgave van tientallen
miljarden, mogelijk zo'n 30 of 40 miljard. Over dat bedrag zijn
kritische vragen gesteld, daar zal ik straks op in gaan. Maar het gaat
me nu vooral om het volgende: laten we de omvang van dat bedrag vooral
niet onderschatten. Het gaat om tien keer een AOW-maatregel. Het is
zes keer het bedrag dat de VVD in haar tegenbegroting bezuinigt, 9
keer het bedrag dat D66 bezuinigt, 7 keer het bedrag dat dit kabinet
in deze kabinetsperiode omboog. En dat was dan nog geld dat voor een
deel gebruikt werd ter dekking van nieuwe uitgaven maar bij de
financiële opgave waar we de komende jaren een antwoord op zullen
moeten verzinnen staat tegenover die bezuiniging niets, helemaal
niets.
Het is geld dat netto de schatkist in moet. Hiermee zijn twee van de
redenen gegeven waarom het kabinet kiest voor heroverwegingen om die
grote besparingen voor te bereiden. Allereerst hoeven we ze nog niet
in 2010 in te voeren dus hebben we een jaartje de tijd om echt
fundamentele keuzes te maken; laten we dat jaar dan ook gebruiken.'
Bos nodigt tenslotte de oppositiepartijen uit om 'met ons de
loopgraven te verlaten, met ons Nederland weer op de tekentafel te
leggen en gezamenlijk de kansen te benutten die deze crisis ons ook
biedt.'
Hieronder de volledige bjidrage van Wouter Bos:
'MdV,
Afgelopen weekend nam ik met premier Balkenende deel aan de G20 in
Pittsburgh.
We behaalden belangrijke resultaten op het gebied van betere
regelgeving, beperkingen aan bonussen, effectiever toezicht op banken
en meer zeggenschap voor ontwikkelingslanden bij de grote
internationale financiële instellingen als IMF en WB.
Het was al weer de derde G20 en we zijn er al weer bijna aan gewend
geraakt dat we bij elkaar komen, dat we het over deze zaken hebben en
dat we nog resultaat boeken ook. Maar wie even zijn ogen dicht doet en
terug gaat naar nog geen anderhalf of twee jaar terug, weet dat het
toen onvoorstelbaar was dat dit mogelijk zou blijken.
We praten over zaken die nooit besproken werden.
We stellen regels vast waar nooit regels waren.
We houden toezicht waar markten het altijd beter wisten.
Dat is een enorme vooruitgang.
Maar wie terug kijkt ziet ook nog iets anders.
En dat is dat we met zijn allen het afgelopen jaar aan een economische
ramp zijn ontsnapt.mDe financiële crisis en de daarop volgende
recessie is de grootste sinds de jaren '30 van de vorige eeuw maar in
een Grote Depressie zijn we uiteindelijk niet terecht gekomen. De
reden daarvoor is ook goed aan te geven.
Overheden stimuleren in plaats van dat ze bezuinigen. Ze laten banken
niet failliet gaan maar nemen ze over.En ze werken samen in plaats van
hun eigen gang te gaan. Gezamenlijk constateerden we ook dat de crisis
nog niet voorbij is. Immers, als de voorspellingen over hoe het
herstel nu reeds begonnen zou zijn, net zo goed kloppen als al die
voorspellingen van een jaar geleden over hoe lang en diep deze crisis
zou duren, dan is er geen enkele reden om nu tevreden achterover te
zitten.
Integendeel, de succesformule van het afgelopen jaar moet ook in 2010
worden voortgezet. Dat vinden al die landen en al die leiders.
Conservatieven, socialisten, liberalen, christen democraten. Sarkozy,
Merkel, Brown en Obama. En dan gaan wij dus niet als gekke Henkies
iets heel anders doen. Dat zou onverstandig zijn.
En het zou ook niet solidair zijn als wij niets zouden doen maar wel
zouden profiteren van het feit dat andere overheden zich wel in de
schulden steken. Onze eerste boodschap bij de begroting voor 2010 is
dan ook vooral: 2010 is een jaar waarin wij onverminderd de economie
zullen ondersteunen en stimuleren.
Politiek is echter niet achteruit kijken maar vooral ook vooruit. En
wie vooruit kijkt realiseert zich dat de wereld er straks na de crisis
heel gecompliceerd uit zal zien.
Overschotten zijn omgeslagen in tekorten.
Schulden zijn explosief gestegen.
Overheden zitten tot hun nek in het bankwezen.
De werkloosheid is torenhoog.
De rente is laag.
Er gaat zoveel extra geld om in de economie dat er her en der
inflatiegevaar is.
En de politiek zal ook daar een antwoord op moeten hebben.
De tweede boodschap van deze begroting is dan ook vooral: laten we nu
al beginnen om die antwoorden te verzinnen. Voor het debat van vandaag
betekent dat vooral dat we ons moeten buigen over het terugbrengen van
schuld en tekort.
Alleen al het tekort stelt ons voor een opgave van tientallen
miljarden, mogelijk zo'n 30 of 40 miljard. Over dat bedrag zijn
kritische vragen gesteld, daar zal ik straks op in gaan. Maar het gaat
me nu vooral om het volgende: laten we de omvang van dat bedrag vooral
niet onderschatten. Het gaat om tien keer een AOW-maatregel. Het is
zes keer het bedrag dat de VVD in haar tegenbegroting bezuinigt, 9
keer het bedrag dat D66 bezuinigt, 7 keer het bedrag dat dit kabinet
in deze kabinetsperiode omboog. En dat was dan nog geld dat voor een
deel gebruikt werd ter dekking van nieuwe uitgaven maar bij de
financiële opgave waar we de komende jaren een antwoord op zullen
moeten verzinnen staat tegenover die bezuiniging niets, helemaal
niets.
Het is geld dat netto de schatkist in moet. Hiermee zijn twee van de
redenen gegeven waarom het kabinet kiest voor heroverwegingen om die
grote besparingen voor te bereiden. Allereerst hoeven we ze nog niet
in 2010 in te voeren dus hebben we een jaartje de tijd om echt
fundamentele keuzes te maken; laten we dat jaar dan ook gebruiken.
Daarnaast is de omvang van de uitdaging zo groot dat de keuzes wel
fundamenteel moeten zijn en dus tijd en zorgvuldigheid vragen. Over de
manier waarop we dat organiseren zijn kritische vragen gesteld daar ga
ik zo graag op in.
Maar er is nog een reden waarom de uitdaging zo groot is en dus de
behoefte aan zorgvuldigheid ook. De makkelijkste manier om te besparen
op uitgaven en aftrekposten is door ambities aan te passen. Dan maar
minder veiligheid, slechter onderwijs, duurdere zorg, en slechter
klimaat. Dat willen we dus niet.
Nee, voor ons ligt de uitdaging juist in het onverminderd ambitieus
blijven en toch de schatkist op orde brengen. We willen meer mensen
aan het werk helpen. We willen bij de duurzaamste economieën van
Europa horen. We willen onze toppositie op onderwijs verder
uitbouwen.Maar het zal de komende jaren wel met minder geld moeten.
Dat is een ongelooflijk moeilijke opgave en dat vraagt om
zorgvuldigheid. En dus tijd. En dus heroverwegingen. Hoe moeilijk dat
ook zal zijn, ik zie ook grote mogelijkheden.
Dan denk ik weer terug aan de G20, bedenk me hoe we ingrepen in
bonussen en toezicht en realiseer ik me dat een crisis ook
mogelijkheden biedt om dingen te doen die voorheen nooit mogelijk
waren. Het zelfde geldt bij het oplossen van de problemen in de
schatkist. Nederland, of in ieder geval de overheidsbemoeienis met de
Nederlandse samenleving en economie, gaat terug naar de tekentafel.
Fundamentele heroverwegingen betekenen dat ideeen om het echt anders
te doen een kans krijgen. Al is het maar omdat het met meer van het
zelfde, of liever: minder van het zelfde, domweg niet zal lukken.
En dus breekt dit kabinet discussies open die jaren dicht zaten en
zijn alle drie de partijen van deze coalitie bereid om hun loopgraven
ter verlaten en zonder taboes aan de slag te gaan. Omdat het anders
gewoon niet lukt.
Mevrouw de voorzitter, ik constateer dat dit kabinet een gigantische
financiële klus voor zich ziet en bereid is de discussie, dwars door
menig heilig huisje heen, open te breken.
De oppositie heeft het gehad over een besluiteloos kabinet.
Ik constateer vooral dat geen enkel voorstel van de oppositie ook maar
in de buurt komt van de bedragen waar het straks om gaat. En dat geen
enkele oppositiepartij de bereidheid heeft getoond om aan de eigen
heilige huisjes te komen.
Dit voorjaar werd ons verweten de zaak in achterkamertjes, torentje in
torentje uit, te hebben beklonken en werd ons in de Kamer te verstaan
gegeven door de oppositie dat zij graag hadden mee willen denken.
Ik vind het dus ook niet van grote consistentie getuigen dat nu we ons
niet in achterkamers hebben opgesloten en Kamer en samenleving niet
met dichtgenagelde plannen overvallen, we te horen krijgen dat we
besluiteloos zijn.
Ik stel daar liever tegenover de uitnodiging aan u allen om met ons
mee te doen, met ons de loopgraven te verlaten, met ons Nederland weer
op de tekentafel te leggen en gezamenlijk de kansen te benutten die
deze crisis ons ook biedt.
Ik ga nu over tot beantwoording van de diverse vragen.'