09 > Verordening betreffende administratieve samenwerking en de
bestrijding van fraude op het gebied van de BTW
Verordening betreffende administratieve samenwerking en de bestrijding van
fraude op het gebied van de BTW
EU-voorstel | 28 september 2009
Datum Commissiedocument: 18-8-2009
1. Algemene gegevens
Titel voorstel: Voorstel voor een Verordening van de Raad betreffende
de administratieve samenwerking en de bestrijding van fraude op het
gebied van de belasting over toegevoegde waarde (Herschikking).
Nr. Commissiedocument: COM (2009) 427 final
Pre-lex:
http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=198531
Nr. Impact-assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board:
n.v.t.
Behandelingstraject Raad: Groep Belastingvraagstukken BTW, ECOFIN
Raad 2 december
Eerstverantwoordelijk ministerie: Ministerie van Financiën
Rechtsbasis: Artikel 93 van het Verdrag tot oprichting van de Europese
Gemeenschap
Bestemwijze Raad en rol Europees Parlement:
Raad: eenparigheid
Europees Parlement: raadpleging
Comitologie: n.v.t.
2. Samenvatting BNC-fiche :
Het voorstel omvat regels om ondermeer de kwaliteit en actualiteit van
de gegevens in VIES (VAT Information Exchange System) te verbeteren,
regelt automatische toegang tot deze gegevens door Lidstaten, breidt
de verificatie-informatie uit met naam en adres, geeft een rechtsgrond
voor de opzet van Eurofisc en overige maatregelen ter verbetering van
informatie-uitwisseling en samenwerking ter bestrijding van
BTW-fraude. De subsidiariteit en proportionaliteit wordt positief
beoordeeld. Nederland steunt alle maatregelen die helpen om fraude te
voorkomen, mits zij effectief de fraude bestrijden zonder
disproportionele extra administratieve lasten en inperking van de
bescherming van persoonsgegevens en niet strijdig zijn met nationale
restricties. Nederland is daarbij voorstander van gerichte acties of
regelingen die meer specifiek het knelpunt aanpakken. De voorgestelde
wijzigingen zijn in algemene zin daarmee in lijn, maar betekenen een
extra uitvoeringslast voor de Belastingdienst. Bij bespreking van het
voorstel in detail zal worden bezien of alle voorgestelde wijzigingen
effectief en nuttig zijn gerelateerd aan de uitvoeringslast die het
specifiek met zich brengt.
3. Samenvatting voorstel :
a) Inhoud voorstel Verordening:
Doel: de Lidstaten de middelen te verschaffen om grensoverschrijdende
btw-fraude efficiënter te bestrijden. De belangrijkste wijzigingen
daartoe zijn de volgende:
- de gegevens voor verzameling en uitwisseling met andere lidstaten
worden duidelijk omschreven, ook worden de toegangsrechten hiertoe
gedefinieerd;
- creëren kader om de kwaliteit van de gegevens in de gegevensbanken
te kunnen garanderen;
- de lidstaten krijgen de verplichting om de naam en het adres die bij
een btw-nummer horen, langs elektronische weg te bevestigen;
- er wordt een rechtsgrond gecreëerd voor het opzetten van een
permanente structuur zodat doelgericht kan worden samengewerkt met het
oog op fraudebestrijding (Eurofisc).
Meer in het algemeen strekt het voorstel er ook toe de uitwisseling
van inlichtingen tussen de lidstaten te verbeteren door vast te leggen
in welke gevallen de lidstaten niet kunnen weigeren op een verzoek om
inlichtingen te antwoorden of een administratief onderzoek in te
stellen, in welke gevallen zij spontaan bepaalde gegevens moeten
uitwisselen alsook in welke gevallen er een terugmelding moet worden
gedaan en op welke wijze dat moet gebeuren. Voorts strekt het voorstel
ertoe te verduidelijken in welke gevallen de lidstaten multilaterale
controles kunnen dan wel moeten verrichten.
Tot slot voorziet het voorstel in de vaststelling van precieze
doelstellingen met betrekking tot de beschikbaarheid en de
operationele procedures van het systeem van gegevensbanken voor de
inlichtingenuitwisseling.
b) Impact-assessment Commissie:
Dit voorstel ziet op de betrekkingen tussen de belastingdiensten en
zal geen gevolgen hebben voor de marktdeelnemers. Om die reden is er
geen formele effectbeoordeling verricht. De beoordeling van de
gevolgen voor de belastingdiensten wordt overgelaten aan de lidstaten
die daartoe beter in staat zijn dan de Commissie.
4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteits- en
proportionaliteitsoordeel
a) Bevoegdheid: Gedeelde bevoegdheid (zie rechtsbasis)
b) Functionele toets
o Subsidiariteit: Positief
o Proportionaliteit: Positief
o Onderbouwing:
De subsidiariteit wordt als positief beoordeeld omdat het maken van
communautaire afspraken over versterking van administratieve
samenwerking efficiënter en effectiever is dan bilaterale regelingen
voor snelle toegang tot elektronische gegevensbanken met oog op
verwezenlijking van de bestrijding van grensoverschrijdende
intracommunautaire btw-fraude. Het is mede van belang dat hiermee het
niveau van de handhaving van de regels voor de omzetbelasting in de
Europese Unie als geheel naar een hoger niveau wordt gebracht.
De proportionaliteit wordt als positief beoordeeld aangezien het
voorstel voortbouwt op bestaande wet- en regelgeving die slechts wordt
aangepast op punten die aanscherping behoeven. De nieuwe bepalingen
gaan niet verder dan wat nodig is om de administratieve samenwerking
te versterken met het oog op de fraudebestrijding en zonder
onevenredige inperking van de bescherming van persoonsgegevens.
c) Nederlands oordeel:
De subsidiariteit wordt als positief beoordeeld. Proportionaliteit
wordt positief beoordeeld, het
voorstel roept wel extra werkzaamheden op voor de Belastingdienst.
Voor zover thans kan
worden overzien staan deze in verhouding tot het beoogde doel. Bij
bespreking van het voorstel in detail zal worden bezien of alle
voorgestelde wijzigingen effectief en nuttig zijn gerelateerd aan de
uitvoeringslast die het specifiek met zich brengt. Zie ook de
toelichting op de Nederlandse positie onder punt 9.
5. Implicaties financieel
a) Consequenties EG-begroting:
Geen
b) Financiële, consequenties (incl.personele) voor Rijksoverheid en
/ of decentrale overheden:
Alleen rijksoverheid:De aanpassing van de reikwijdte van de
informatie-uitwisseling, de stringente kaders voor de kwaliteit van
uit te wisselen gegevens en de bredere mogelijkheden voor samenwerking
leiden tot extra werkzaamheden bij de Belastingdienst. De precieze
effecten moeten worden bezien, maar op voorhand wordt verwacht dat
hiermee circa EUR 1 tot 2 mln aan extra uitvoeringskosten is gemoeid.
Het betreft hier deels extra inzet van personeel en deels extra
investeringen in en onderhoudskosten van ondersteunende
geautomatiseerde systemen. Nationale financiële gevolgen dienen te
worden ingepast op de begroting van de beleidsverantwoordelijke
departementen.
c) Financiële consequenties (incl. personele) bedrijfsleven en
burger:
Geen
d) Administratieve lasten voor Rijksoverheid, decentrale overheden
en/ of bedrijfsleven en burger:
Rijksoverheid en centrale overheden: Uitgangspunt bij de beoordeling
is dat Nederland alle maatregelen steunt die helpen om fraude te
voorkomen, mits zij effectief de fraude bestrijden zonder
disproportionele extra administratieve lasten. Bij de besprekingen
over de verordeningen zullen de specifieke voorstellen hierop worden
beoordeeld. Een inschatting van de effecten voor de administratieve
lasten kan daarom op dit moment niet worden gemaakt.
Bedrijfsleven: geen
Burger: geen
6. Implicaties juridisch
a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of
sanctionering beleid:
geen
b) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen en
kaderbesluiten), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij
verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid:
De datum van inwerkingtreding is slechts helder voor specifieke
onderdelen per 1 januari 2015.
Nederland zal bij de bespreking van het voorstel in de Raad helderheid
daarover trachten te krijgen in verband met de eventueel benodigde
tijd om bestaande systemen aan te passen. Een oordeel over de
invoeringsdatum zal bij meer specifieke voorstellen worden bezien.
c) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling:
Gelet op de eerdere discussie over de reduction of timeframes lijkt
een evaluatiebepaling voor evaluatie in het tweede jaar na invoering
wenselijk.
7. Implicaties voor uitvoering en handhaving
Informatie over het inschakelen van nationale agentschappen,
zelfstandige bestuursorganen e.d.
a) Uitvoerbaarheid
Uitvoering van de maatregelen geschiedt door de Belastingdienst.
De voorgestelde wijzigingen betekenen een extra uitvoeringslast voor
de Belastingdienst.
b) Handhaafbaarheid:
Handhaving van de maatregelen geschiedt door de Belastingdienst.
De voorgestelde wijzigingen betekenen een extra uitvoeringslast voor
de Belastingdienst.
8. Implicaties voor ontwikkelingslanden
Geen
9. Nederlandse positie
a) Nederlandse belangen en eerste algemene standpunt:
Nederland steunt alle maatregelen die helpen om fraude te voorkomen,
mits zij effectief de fraude bestrijden zonder disproportionele extra
administratieve lasten en inperking van de bescherming van
persoonsgegevens en niet strijdig zijn met nationale restricties.
Nederland is daarbij voorstander van gerichte acties of regelingen die
meer specifiek het knelpunt aanpakken. De voorgestelde wijzigingen
zijn in algemene zin daarmee in lijn, maar betekenen een extra
uitvoeringslast voor de Belastingdienst. Bij bespreking van het
voorstel in detail zal worden bezien of alle voorgestelde wijzigingen
effectief en nuttig zijn gerelateerd aan de uitvoeringslast die het
specifiek met zich brengt.
Het voorstel van de Europese Commissie om een expliciete juridische
grondslag in de verordening aan te brengen voor Eurofisc, wordt door
Nederland gesteund. Het voorstel regelt ook de basis voor
informatieuitwisseling met een derde niet bij de intracommunautaire
transactie betrokken lidstaat benodigd voor een goede werking van
Eurofisc. Dit decentrale netwerk vormt een zeer nuttig instrument om
intracommunautaire btw-fraude te bestrijden. Nederland is een groot
voorstander van verruimde gebruiksmogelijkheden van het VIES-netwerk
en juicht toe dat online in de bestanden van andere lidstaten kan
worden gekeken.
Laatst aangepast: 28 september 2009
Ministerie van Buitenlandse Zaken