De Nederlandse Bank

Uitkomsten DNB macro-stresstest zomer 2009

Nieuwsbericht

Datum 28 september 2009

Stresstesting wordt door DNB al een aantal jaren gebruikt als instrument voor het financiële stabiliteitsbeleid en het prudentiële toezicht. Deze zomer is opnieuw een macro-stresstest afgerond waaraan de 15 grootste bank- en verzekeringsgroepen in Nederland hebben deelgenomen. Ook middelgrote en kleine verzekeraars hebben een macro-scenario doorgerekend of gevoeligheidsanalyses uitgevoerd. Pensioenfondsen zijn niet in de test betrokken. Uit de stresstest blijkt dat de financiële sector na een combinatie van door DNB voorgeschreven zware schokken ruim boven de minimum kapitaalnormen blijft.

Het fictieve scenario dat de instellingen hebben doorgerekend gaat uit van hevige stress met historisch hoge default rates van bedrijven en huishoudens. Er wordt uitgegaan van een diepe en langdurige recessie die verder gaat dan de ramingen van DNB. De veronderstelde omvang van de krimp van het Nederlandse bruto binnenlands product (zie tabel), als gevolg van een inzakkende wereldhandel, negatieve vermogenseffecten en de vertrouwenscrisis, is zelfs groter dan aan het begin van de jaren dertig (hoewel de terugval toen over een langere periode bezien groter was). In het scenario loopt de werkloosheid in Nederland sterk op tot bijna 10% na twee jaar. Voorts worden scherpe correcties verondersteld op de aandelenmarkt (AEX index -50% ten opzichte van ultimo 2008) en op huizen- en commercieel onroerendgoedmarkten. De ingerekende daling van woningprijzen met 30% in twee jaar tijd is ongeveer even groot als de prijsdaling tijdens de hypotheekcrisis van begin jaren '80. In de stresstest is een met die periode vergelijkbaar hoog verliespercentage op hypotheken verondersteld (gemiddeld 1,4% over twee jaar), de verliesratio voor zakelijke kredieten is met 4% een veelvoud van de niveaus bij eerdere recessies in de afgelopen decennia.

Door de combinatie van de veronderstelde schokken zouden de deelnemende grootste banken en verzekeraars in twee jaar tijd circa EUR 47 mrd moeten afschrijven, grofweg een verdubbeling van de tot eind 2008 gerealiseerde verliezen. Alhoewel de verliezen hoog zijn, heeft de sector voldoende buffers om deze op te vangen. Het tekent de relatief hoge kapitaalbuffers van de sector in de uitgangssituatie eind 2008, dat onder andere te danken is aan extra kapitaalversterkingen. Bij banken neemt de gemiddelde tier 1 ratio door het stress-scenario af van 11% eind 2008 naar 7% na twee jaar (zie grafiek 1). Hiermee voldoen alle instellingen nog ruimschoots aan de internationaal gehanteerde minimumnorm van 4% voor Tier 1 kapitaal. De sector als geheel blijft ook boven het hogere niveau van 6%. Dit geeft extra ruimte voor het opvangen van eventuele verdere verliezen en een groeiende dienstverlening.

In de macro-stresstest blijken met name levensverzekeraars gevoelig voor de veronderstelde daling van de lange rente tot bijna 2% in het stress-scenario. Hierdoor moeten zij meer middelen aanhouden voor de aangegane verzekeringsverplichtingen en verstrekte garanties aan polishouders. Daar staat de waardestijging tegenover van met name overheidsobligaties als gevolg van de dalende rente in het scenario. Schadeverzekeraars worden slechts beperkt geraakt omdat hun verzekeringsverplichtingen nauwelijks gevoelig zijn voor een zich wijzigende rente. Daarnaast zijn de verliezen op aandelen- en onroerendgoedbeleggingen van belang (zie grafiek 2). Voor de grootste verzekeraars daalt de solvabiliteitsratio door het stress-scenario gemiddeld van 200% eind 2008 naar 160% na twee jaar. Bij middelgrote levensverzekeraars daalt de solvabiliteitsratio gemiddeld tot 160%. Voor schadeverzekeraars neemt de gemiddelde solvabiliteitsratio af van 320% naar 290%. Deze ratio´s zijn nog steeds ruim boven de minimumnormen. De impact van de gevoeligheidsanalyse op de gemiddelde solvabiliteit van kleine verzekeraars, die met name schadeproducten aanbieden, is beperkt.

Het scenario is toegepast in de veronderstelling dat de instellingen geen management interventies uitvoeren die de impact van het scenario deels kunnen verzachten. De mogelijkheden hiervoor worden wel meegewogen in het toezicht.

De stresstest uitkomsten worden in het toezicht op de instellingen meegenomen en zijn daarbij een van de informatiebronnen voor bijvoorbeeld de vaststelling van de gewenste kapitalisatieniveaus. Deze kapitaalniveaus worden uiteindelijk voor iedere instelling afzonderlijk bepaald. Gelet op internationale ontwikkelingen in het bankentoezicht is het doel om op termijn voor banken naar hogere buffers te streven, waarbij getracht wordt mogelijk procyclische effecten hiervan tegen te gaan. Voor verzekeraars wordt in 2012 het nieuwe solvabiliteitsraamwerk Solvency II van kracht, waardoor de kapitaaleis beter aan zal sluiten bij de gelopen risico's.

Downloads


* Grafieken en tabellen DNB macro-stresstest (PDF: 16,2 Kb)
* Vraag en antwoord DNB macro-stresstest (PDF: 12,0 Kb)
---