4. Antwoorden op kamervragen van Bouwmeester en Kuiken over
psychotische burgers in de politiecel
Antwoorden op kamervragen van Bouwmeester en Kuiken over psychotische
burgers in de politiecel
Kamerstuk, 25 september 2009
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
CZ-K-U-2936119
25 september 2009
Geachte voorzitter,
Hierbij bied ik u, mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties, de antwoorden aan op de vragen van de Kamerleden
Bouwmeester en Kuiken (beiden PvdA) over psychotische burgers in de
politiecel.
(2009Z10479)
Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink
Antwoorden op kamervragen van de Kamerleden Bouwmeester en Kuiken
(beiden PvdA) over psychotische burgers in de politiecel (2009Z10479).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht dat in Flevoland politiecellen nog
steeds gebruikt worden in geval van crisisopvang, omdat de daarvoor
aangewezen instanties niet genoeg opvangplaatsen hebben?
Ja, ik ben bekend met het bericht. Echter capaciteitsproblemen bij de
GGZ instellingen zijn niet de oorzaak van de opvang van psychiatrische
patiënten in de cellencomplexen van de politie Flevoland. In plaats
daarvan gaat het hier om tijdelijke eerste opvang in een politiecel
van verwarde mensen die bijvoorbeeld door de noodhulp op straat worden
aangetroffen zodat een psychiater kan beoordelen of doorverwijzing
naar een GGZ-instelling wenselijk is.
Vraag 2
Is het bericht waar dat politiecellen nog steeds worden gebruikt voor
crisisopvang?
Ja, in die zin dat dit met name de eerste opvang betreft alvorens zo
nodig doorverwijzing plaats vindt naar een GGZ-instelling.
Vraag 3
Hoeveel mensen, die eigenlijk door de geestelijke gezondheidszorg
(GGZ) moeten worden opgevangen, maar die vanwege capaciteitsproblemen
toch in de politiecel belanden, komen in geval van crisisopvang in een
politiecel terecht?
Het komt weinig voor dat de crisisopvang te wijten is aan
capaciteitsproblemen in de GGZ instellingen. Opname van verwarde
mensen vindt met name plaats als eerste opvang in afwachting van een
GGZ-psychiater. Van het aantal verwarde mensen in de eerste opvang
bestaat geen landelijke registratie.
Vraag 4
Is bekend hoe lang de verblijfsduur in de politiecel is voor deze
categorie mensen, wat de gemiddelde verblijfsduur is en of er
uitschieters naar boven of beneden zijn?
Uit een quick scan bij de regiokorpsen komt dat de feitelijke
verblijfsduur van verwarde burgers in de crisisopvang in afwachting
van de GGZ psychiater uiteenloopt van vier tot acht uur.
Vraag 5
Zijn er ook minderjarigen die in geval van crisisopvang in de
politiecel terecht komen? Zo ja, hoeveel minderjarigen betreft het?
Uit een quick scan bij de regiokorpsen blijkt dat het heel incidenteel
voorkomt dat een minderjarige in een politiecel wordt opgevangen.
Vraag 6
Hoe kan het zo zijn dat de Commissie van toezicht van de politie
vaststelt dat op dit punt in de loop der jaren weinig vooruitgang is
geboekt? Sinds wanneer is dit probleem bekend, en hoe kan het dat deze
situatie nog steeds voortduurt?
Ik neem aan dat u hiermee doelt op de volgende passage in het rapport
van de Commissie van toezicht van het politiekorps Flevoland: "De
Commissie van toezicht heeft in dit verslagjaar geen psychiatrische
patiënten aangetroffen in politiecellen. Het is de Commissie van
Toezicht in 2008 echter ook niet gebleken, dat de opvang van
psychotische burgers in tegenstelling tot vorige verslagjaren beter
werkt".
Deze passage in het rapport van de Commissie maakt niet duidelijk wat
er volgens de Commissie schort aan de opvang van psychotische burgers.
Waarschijnlijk doelt de Commissie op de eerste opvang van verwarde
personen in afwachting van de GGZ-psychiater. Bij de beantwoording van
vraag 3 heb ik aangegeven dat opname van verwarde mensen met name
plaatsvindt als eerste opvang in afwachting van een GGZ-psychiater en
niet altijd te voorkomen valt. Wel werkt het korps Flevoland aan
verdere verbetering van deze eerste opvang.
De korpsbeheerder van het korps Flevoland zoekt in overleg met de
plaatselijke GGZ-instellingen naar een andere manier van opvang.
Hierbij wordt gedacht aan een soortgelijke voorziening als de
politieregio Amsterdam-Amstelland. Dit korps beschikt over één
zorgloket dat 24 uur per dag bereikbaar is. De hulpverleners van dit
zorgloket komen binnen een half uur ter plaatse. Tevens zijn er drie
eerste hulpposten voor verwarde personen.
Vraag 7
Is de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) door de Commissie van
toezicht van de politie op de hoogte gesteld? Zo ja, waarom heeft de
IGZ niets met deze informatie gedaan? Zo nee, waarom was de IGZ niet
op de hoogte?
Nee, de IGZ is niet op de hoogte gesteld door de Commissie van
Toezicht voor de politiecellencomplexen van de politie Flevoland. Voor
zo'n melding was ook geen concrete aanleiding. In haar rapportage
meldt de Commissie van Toezicht immers dat zij in 2008 geen
psychiatrische patiënten heeft aangetroffen in politiecellen.
Daarnaast merk ik op dat de commissie een adviesorgaan is ten behoeve
van de korpsbeheerder en niet voor de IGZ.
Vraag 8
Wat gaat u doen om te zorgen dat psychotische burgers, in geval
crisisopvang nodig is, op een daartoe aangewezen plek met deskundige
opvang terecht komen, en niet in een politiecellencomplex?
Het afgelopen jaar is hard gewerkt door de ministers van Justitie en
VWS aan een wetsvoorstel dat de verplichte geestelijke gezondheidszorg
regelt. Hierin wordt voorgesteld de crisisopvang te organiseren op een
hiervoor geschikte plaats met als ultimum remedium een politiecel. Het
wetsvoorstel is ter consultatie voorgelegd aan het veld. De wijze
waarop de crisisopvang is georganiseerd in Amsterdam kan als voorbeeld
dienen voor heel Nederland (zoals beschreven bij vraag 6).
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport