Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Wat je ziet is niet altijd wat je doet
15 september 2009
Stel: je collega gooit tijdens de lunch een appel naar je toe. Jij
vangt hem (vanzelfsprekend) moeiteloos op. Geen probleem. Maar wat
gebeurde er nou? Besloot je bewust de appel met twee handen te vangen?
En hoe wisten je handen waar ze moesten zijn om de appel op te vangen?
Volgens NWO-onderzoeker Hemke van Doorn kun je appels vangen - en een
heleboel andere dingen - door de goede samenwerking tussen twee
gescheiden visuele systemen. Hij stelt nu voor het eerst vast hoe deze
gebieden samenwerken. Van Doorn promoveert op 28 september aan de
Vrije Universiteit Amsterdam.
Van Doorn liet een groot aantal proefpersonen verschillende tests
uitvoeren. Hij wilde weten of we inderdaad werken met twee systemen:
een visueel systeem dat zorgt voor bewuste waarneming én een visueel
systeem dat zorgt voor de beweging. Om aan te tonen dat de twee
visuele gebieden duidelijk gescheiden zijn, liet Van Doorn staven zien
met aan de uiteinden daarvan pijlen. Die pijlen 'foppen' onze
waarneming door de staven korter of langer te laten lijken.
Wanneer de proefpersonen moesten zeggen hoe lang de staaf is, lieten
zij zich voor de gek houden door de pijlen. Zij schatten de lengte
verkeerd in. Zodra de proefpersonen echter de opdracht kregen om de
staaf vast te pakken, bleek dat de grootte van hun handopening
nauwkeurig aangepast was aan de werkelijke lengte van de staaf. Het
systeem van bewuste waarneming en het visuele systeem dat beweging
stuurt zijn dus duidelijk van elkaar gescheiden. Het ene systeem maakt
immers een fout waar het andere systeem dat niet doet.
Hoe vang je een appel?
Van Doorn laat in zijn onderzoek echter niet alleen zien dat de twee
systemen gescheiden zijn, maar ook hoe de twee visuele systemen
samenwerken. Om een appel te kunnen vangen moet je van alles doen en
denken: er vliegt een appel naar me toe, dat is een grote appel, hij
komt van links, hij vliegt vrij hoog, ik moet me draaien om hem te
vangen en daar heb ik twee omhooggestoken handen voor nodig, ik vang
nú de appel met twee handen voor ik hem vol in mijn gezicht krijg. Tot
nu toe was echter onbekend welk van de twee systemen welk onderdeel
van het 'appelvangen' - en andere acties en reacties - voor zijn
rekening neemt. Van Doorn ontdekte dat het systeem van bewuste
waarneming eigenlijk alles doet, behalve het eigenlijke bewegen zelf
in gang zetten.
Uit zijn proeven bleek dat bepalen van de richting van een beweging -
'ik moet me draaien om de appel te vangen' en het selecteren van de
beweging - ik heb twee handen nodig - de taak is van het visuele
systeem dat bewust informatie waarneemt, en niet van het systeem dat
beweging stuurt. De twee systemen gebruiken bovendien ook andere
informatie. Door de blikrichting van de proefpersonen te meten, kon
Van Doorn vaststellen dat de ogen bij verschillende taken op
verschillende punten gericht worden. Van Doorn toont met zijn
onderzoek aan hoe onze hersenen beweging sturen en welke invloed onze
waarneming daarop heeft.
Hemke van Doorn voerde zijn onderzoek uit binnen de Vrije competitie
van NWO-gebied Maatschappij- en Gedragswetenschappen. Met de Vrije
competitie wil NWO ruimte geven aan vernieuwend en kwalitatief
hoogwaardig wetenschappelijk onderzoek.
..............................
Meer informatie:
* Hemke van Doorn (Vrije Universiteit Amsterdam)
* t.: 06 2493 88 33, H.vanDoorn@fbw.vu.nl
* promotiedatum: 28 september
* promotor: prof. dr. G.J.P. Savelsbergh, co-promotor: John van der
Kamp
laatst gewijzigd op 15 september 2009