1 1
> Retouradres: Postbus 20901, 2500 EX Den Haag
De voorzitter van de Tweede Kamer Plesmanweg 1-6
der Staten-Generaal 2597 JG Den Haag
Binnenhof 4 Postbus 20901
2500 EX Den Haag
2513 AA DEN HAAG T 070 351 61 71
F 070 351 78 95
Contactpersoon
-
T -
Ons kenmerk
V&W/DGLM/2009/2895
Uw kenmerk
Datum 25 september 2009 -
Onderwerp Toezeggingen Binnenvaart Algemeen Overleg 30 juni jl. Bijlage(n)
-
Geachte voorzitter,
Hierbij informeer ik u over enkele onderwerpen zoals toegezegd tijdens het
Algemeen Overleg op 30 juni jl. over de Binnenvaart. Het betreft de crisis in de
binnenvaart, de toepassing van de hardheidsclausule en de relatie tussen
doofheid aan één oor en het kleine vaarbewijs.
1. Crisis in de Binnenvaart
De economische neergang van het afgelopen jaar heeft er toe geleid dat veel
ondernemingen in het goederenvervoer in financiële problemen zijn gekomen. Dit
geldt ook voor de binnenvaartsector. Tijdens het Algemeen Overleg op 30 juni j.l.
heb ik hierover uitgebreid met u van gedachten gewisseld. Ik heb uw Commissie
toen geïnformeerd over mijn steun aan de sectororganisaties die gezamenlijk, en
in overleg met mij, zoeken naar oplossingen voor de ontstane problemen.
In dit kader is de afgelopen maanden door mijn departement overleg gevoerd met
vertegenwoordigers van de verschillende binnenvaartorganisaties (Centraal
Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart, Het Kantoor, Vereniging van Waterbouwers,
Koninklijke Schuttevaer en de Algemeene Schippersvereeniging) en de financiële
sector. Hoewel er tekenen zijn die wijzen op een herstel - de prijzen voor het
vervoeren van lading per binnenvaartschip zijn de afgelopen maand in sommige
deelsegmenten gestegen - blijft de situatie onverminderd zorgen baren.
Zeer recent ontving ik een studie, die in opdracht van het Crisisberaad
Binnenvaart1 met subsidie vanuit mijn departement is uitgevoerd, naar de
effecten van de crisis op de binnenvaart. Hieruit blijkt dat de vrachtprijzen voor
grote motorvrachtschepen pas in 2014 weer op het niveau liggen van 2008.
Daarbij wordt verondersteld dat er weer sprake is van een economische groei van
3% vanaf eind 2010. Vanaf 2011 wordt verbetering in het ladingaanbod of de
vrachtprijzen verwacht. Informatie uit de financiële sector wijst er op dat veel
binnenvaartondernemingen geconfronteerd worden met betalingsproblemen.
1 Het Crisisberaad Binnenvaart is een samenwerkingsverband van de
binnenvaartorganisaties Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart en Kantoor
Binnenvaart.
a
Pagina 1 van 4
Tijdens het debat op 30 juni j.l. heb ik u aangegeven dat ik de crisis in de
Datum
binnenvaart wil aanmelden bij de Europese Commissie. Daarvoor is nodig dat de
stelling dat de markt ernstig is verstoord, zoals omschreven in Richtlijn 96/75/EG, Ons kenmerk
wordt onderbouwd met concrete gegevens. De sector werkt hier hard aan en ik V&W/DGLM/2009/2895
verwacht dat op korte termijn de onderbouwing gereed is. De reeds aangehaalde
studie zal hieraan een belangrijke bijdrage leveren. Een solide onderbouwing is
des te belangrijker, omdat de meningen over dit onderwerp internationaal
uiteenlopen. Zo is Duitsland van mening dat deze crisis niet onder de definitie van
de genoemde Richtlijn valt. Met behulp van een goede onderbouwing moet
Duitsland aldus worden overtuigd van ons standpunt.
Het zou de zaak versterken wanneer de crisisaanmelding van Nederland richting
de Europese Commissie gepaard gaat met het aanbieden van een
crisisbestrijdingsplan. Dit geldt temeer, omdat het de inzet is om voor dit plan
gebruik te gaan maken van de Europese reservefondsen voor de binnenvaart.
Inzet hiervan kan namelijk aan de orde komen als een lidstaat de crisis heeft
aangemeld.
Het Crisisberaad Binnenvaart heeft op 18 september j.l. de contouren van haar
plan gepresenteerd om de capaciteit van de binnenvaartvloot tijdelijk te
reduceren. De komende weken wordt het plan besproken met de
binnenvaartondernemers. Het crisisberaad verwacht haar conclusies eind oktober
te kunnen presenteren. Hierna zal de Nederlandse Mededingingsautoriteit het plan
beoordelen, waarvoor zij enkele weken nodig heeft.
Ik heb internationaal overleg geïnitieerd over de crisisaanpak in Europa met onder
meer de Europese Commissie en verschillende Europese binnenvaartlanden.
Daaruit bleek dat eenieder het eens is over de omvang van de crisis en dat de
crisisaanpak in de diverse landen weinig van elkaar verschilt. De landen die actie
hebben ondernomen doen dat met name op het gebied van infrastructuur en
ondersteuning die min of meer vergelijkbaar is met de Nederlandse
borgstellingsregeling. In tegenstelling tot Nederland is geen van de andere
binnenvaartlanden, om uiteenlopende redenen, van plan de crisis aan te melden.
De Europese Commissie heeft momenteel geen concrete sectorgerichte plannen
om de crisis in de binnenvaart aan te pakken. Wel organiseert de Commissie op
12 november a.s. een "hearing" voor de binnenvaartsector. Alle betrokken
partijen krijgen dan de gelegenheid hun standpunten nader toe te lichten.
Voor de uitvoering van het crisisplan van het Crisisberaad Binnenvaart is
internationale afstemming noodzakelijk. Om deze reden heb ik in voornoemd
internationaal overleg het Crisisberaad de mogelijkheid gegeven het plan te
presenteren. Dit is ook van belang omdat Europese regelgeving de Europese
brancheorganisaties de mogelijkheid biedt om verzoeken in te dienen bij de
Europese Commissie voor de besteding van het Europese reserve fonds. Omdat
een dergelijk verzoek unaniem dient te zijn is Europese afstemming van ideeën
noodzakelijk.
Tijdens het Algemeen Overleg van 30 juni 2009 vroeg de SP-fractie of vervroegde
pensionering een passende crisismaatregel zou kunnen zijn om daarmee een vrije
uitstroom zonder gedwongen ontslagen of faillissementen tot stand te brengen.
Deze maatregel lijkt echter geen bijdrage aan de oplossing voor de crisis. Met
name omdat het niet ingrijpt op het directe probleem van de overcapaciteit aan
laadruimte. Als een schipper met pensioen gaat, blijft zijn schip onderdeel
Pagina 2 van 4
uitmaken van de binnenvaartvloot. Negatief is ook dat met vervroegde
Datum
pensionering kennis en kunde vroegtijdig verdwijnen uit de sector, terwijl die
kennis en kunde hard nodig zijn op het moment dat het ladingaanbod na de crisis Ons kenmerk
weer aantrekt. V&W/DGLM/2009/2895
2. De toepassing van de hardheidsclausule
Tijdens het Algemeen Overleg van 30 juni 2009 heb ik toegezegd mijn initiatief
om de hardheidsclausule ruimhartig toe te passen, verder te concretiseren. Met
de binnenvaartorganisaties is deze maand overleg gevoerd over de toepassing
van de hardheidsclausule in het licht van de economische crisis. Dit overleg heeft
geleid tot een concrete lijn die de Nederlandse delegatie in de CCR en de EU zal
hanteren.
Die lijn is, dat overgangsbepalingen en de reguliere toepassing van de
hardheidclausule gewoon gebruikt zullen blijven worden. Een individuele
ondernemer houdt een inspanningverplichting om zijn schip zo goed mogelijk aan
de technische eisen van de CCR en de EU richtlijn 2006/87/EG te laten voldoen.
De bijzondere toepassing in verband met de crisis houdt in dat een schipper, die
in 2010 of 2011 aan kan geven dat de cumulatieve investeringen om te voldoen
aan de bepalingen waarvan de overgangstermijn in 2010 afloopt, meer dan
2500 euro bedragen, uitstel krijgt tot de volgende verlenging van het certificaat
om aan de desbetreffende overgangsbepalingen te voldoen. Vanzelfsprekend
vergt dit een besluit van de CCR respectievelijk EU. Indien het voorstel wordt
aangenomen zal IVW op het certificaat aantekenen welke overgangsbepalingen
zijn uitgesteld, zodat het schip geen hinder ondervindt in het buitenland. Er is
geen sprake van vrijstelling van de onderzoeksplicht voor het verlengen van het
certificaat voor een vaartuig. Elk schip dient te voldoen aan de technische eisen
van de CCR en de EU richtlijn 2006/87/EG.
In 2011 wordt bekeken of de termijn voor de bijzondere toepassing verlengd
moet worden. Dit is afhankelijk van het herstel van de markt en is op dit moment
nog niet te overzien.
3. Doofheid aan één oor in relatie tot het klein vaarbewijs
De afgelopen maanden is onderzocht of er mogelijkheden zijn voor een
bevredigende oplossing van het probleem dat thans mensen die doof zijn aan één
oor niet in aanmerking komen voor een klein vaarbewijs. Belangrijke
randvoorwaarden voor een oplossing zijn het tenminste handhaven van het
bestaande veiligheidsniveau, het voorkomen van strijdigheid met de bestaande
internationale regelgeving en het voorkomen dat de erkenning van het klein
vaarbewijs door andere landen in gevaar komt.
De mogelijkheid om mensen met doofheid aan één oor een klein vaarbewijs te
verstrekken zou, rekening houdend met voornoemde randvoorwaarden, gezocht
kunnen worden in het aanpassen van de voorwaarden waaronder het vaarbewijs
mag worden gebruikt. Dit betreft dus geen verlichting van de eisen zelf. Hierbij
kan gedacht worden aan maatregelen op het terrein van de (opstelling van de
aanwezige) geluidsinstallaties in het stuurhuis danwel de aanwezigheid van
radarapparatuur. Nu al bestaat de mogelijkheid om bij slechthorenden de
geldigheid van een vaarbewijs te koppelen aan het gebruik van een
gehoorapparaat.
Pagina 3 van 4
Over dergelijke oplossingen heb ik advies gevraagd aan de Domeinadvies-
Datum
commissie voor de examens klein vaarbewijzen van de Stichting VAMEX, waarin
naast de watersportbonden, de waterpolitie, de vaaropleidingenbranche en het Ons kenmerk
varende bedrijfsleven zitting hebben, op ad-hoc basis aangevuld met medische V&W/DGLM/2009/2895
deskundigheid. Dit advies is ruim voor de aanvang van het nieuwe vaarseizoen te
verwachten.
Aangezien het klein vaarbewijs door de Duitse Bondsrepubliek en België is erkend
zal ik een mogelijke oplossing vooraf met de buurlanden bespreken. Indien het
advies van de Domeinadviescommissie van de Stichting VAMEX positief is en de
buurlanden instemmen kan de toepassing van de medische keuringseisen met
betrekking tot het klein vaarbewijs worden aangepast.
Ik zal uw Kamer nader informeren nadat ik het advies van de
Domeinadviescommissie van de Stichting VAMEX heb ontvangen.
Hoogachtend,
DE STAATSSECRETARIS VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
J.C. Huizinga-Heringa
Pagina 4 van 4
Ministerie van Verkeer en Waterstaat