Re-integratievisie is besluit voor zover wordt afgeweken van
sollicitatieverplichting
Utrecht, 24 september 2009 - Toegespitst op de voorliggende
re-integratievisie is de Raad van oordeel dat hetgeen daarin onder het
kopje âRechten en plichtenâ is vermeld geen uitwerking c.q.
concretisering inhoudt van de uit de wet voortvloeiende rechten en
verplichtingen van betrokkene. Wat de in de re-integratievisie
vermelde afspraken betreft onderschrijft de Raad voorts het oordeel
van de rechtbank dat de afspraak om mee te werken aan re-integratie
evenmin als een voor bezwaar en beroep vatbaar besluit kan worden
bestempeld. De mededeling dat betrokkene wordt aangemeld bij
re-integratiebureau Transferpunt Werk kan evenmin worden geacht te
zijn gericht op het in leven roepen van enig zelfstandig rechtsgevolg.
Van belang daarbij is dat uit de re-integratievisie ook in het geheel
niet blijkt van enig concreet met betrokkene afgesproken traject. Ten
aanzien van de afgesproken sollicitatieverplichting is de Raad evenwel
van oordeel dat in zoverre sprake is van een uitwerking van de uit de
wet voortvloeiende rechten en/of verplichtingen van betrokkene. De
verplichting om (minimaal) een keer per week te solliciteren is een
concretisering van de in artikel 30, aanhef en onder b, van de Wet WIA
neergelegde verplichting en, zo wordt ten overvloede overwogen, wijkt
tevens wat betreft frequentie af van de uit artikel 3, tweede lid, van
de Regeling voortvloeiende verplichting om ten minste viermaal per
maand een concrete sollicitatieactiviteit te verrichten. De
re-integratievisie is naar het oordeel van de Raad in zoverre in elk
geval op rechtsgevolg gericht.
LJ Nummer
BJ8470
Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 24 september 2009 Naar boven
Gerechtelijke organisatie