Ministerie van Economische Zaken
> Retouradres Postbus 20101 2500 EC Den Haag
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Binnenhof 4
2513 AA 's-GRAVENHAGE
Datum 23 september 2009
Betreft
Beleidsregels van de minister van Economische Zaken voor de NMa over boetes, clementie en combinatieovereenkomsten
Pagina 1 van 3
Directoraat-Generaal
Economische Politiek
Directie Europa, Mededinging en
Consumenten
Bezuidenhoutseweg 30
Postbus 20101
2500 EC Den Haag
T 070 379 8911 (algemeen)
www.ez.nl
Behandeld door
dhr. drs. R.A.P. Kemper
T 070 379 6871
F 070 379 6094
r.a.p.kemper@minez.nl
Ons kenmerk
EP/EMC / 9149626
Bijlage(n)
3
Hierbij bied ik u ter informatie de beleidsregels aan die zijn opgesteld voor de
uitvoering van de bevoegdheden van de Raad van Bestuur van de NMa (hierna:
"de Raad") op het gebied van boetes en clementie. Hiermee is uitvoering gegeven
aan mijn voornemen1 de scheiding tussen beleid en uitvoering aan te scherpen
door de bestaande uitvoeringsregels voor boetes en clementie van de NMa te
vervangen door beleidsregels van de minister van Economische Zaken. Tevens
bied ik u ter informatie mijn beleidsregels aan voor combinatieovereenkomsten2.
De beleidsregels voor boetes, clementie en combinatieovereenkomsten zijn in de
Staatscourant gepubliceerd op 22 september jl. en zullen in werking treden op
1 oktober a.s. Hieronder komen de scheiding tussen beleid en uitvoering en de
belangrijkste aspecten van de afzonderlijke beleidsregels aan bod.
Scheiding beleid en uitvoering
Zoals eerder aangekondigd worden twee stappen gezet om de aanscherping van
de scheiding van het mededingingsbeleid, dat tot mijn verantwoordelijkheid
behoort, en de uitvoering daarvan door de NMa in individuele zaken, uitvoering te
geven3. De eerste stap is de aanpassing van het Relatiestatuut EZ-NMa geweest.
In het aangepaste Relatiestatuut EZ-NMa 2008 (Staatscourant 2008, nr. 212) is
opgenomen dat de NMa nieuwe uitvoeringsregels of aanpassingen van bestaande
uitvoeringsregels aan mij moet voorleggen. Indien ik van mening ben dat de
uitvoeringsregels in strijd zijn met het recht of het algemeen belang van een
goede taakuitvoering van de NMa, kan ik deze afkeuren4. De tweede stap is nu
gezet door het vervangen van de uitvoeringsregels van de NMa voor boetes en
clementie door beleidsregels van mijzelf.
1 Zie mijn brieven van 4 juli 2008 (Kamerstukken II 2007-2008, 24 036, nr. 349), van 21 oktober 2008
(Kamerstukken II 2008-2009, 24 036, nr. 360), van 7 april 2009 (Kamerstukken II 2008-2009, 31 700 XIII, nr.
55) en van 16 september 2009 (Kamerstukken II 2009-2010, 29 247, nr. 97).
2 Zie mijn brief van 3 februari 2009 aan de Tweede Kamer waarbij de conceptbeleidsregels
combinatieovereenkomsten zijn aangeboden (2009D04254).
3 Zie voetnoot 1.
4 Zie mijn brief aan de Tweede Kamer van 21 oktober 2008 (Kamerstukken II 2008-2009, 24 036, nr. 360).
Pagina 2 van 3
Directoraat-Generaal
Economische Politiek
Directie Europa, Mededinging en
Consumenten
Ons kenmerk
EP/EMC / 9149626
1. Beleidsregels van de minister van Economische Zaken voor het opleggen van
bestuurlijke boetes door de NMa 2009 (hierna: boetebeleidsregels)
Via de boetebeleidsregels wordt het high trust kabinetsbeleid geïmplementeerd bij
de NMa. Bij high trust beleid zetten toezichthouders hun middelen daar in, waar
de kans op overtreding het hoogst is en treden hard op als de regels worden
overtreden. Hierdoor kan met de inzet van minder middelen door de
afschrikwekkende werking van hard optreden, toch een zelfde of zelfs beter
nalevingsresultaat worden bereikt. Hierbij is een hoge spontane naleving
onmisbaar. Omdat spontane naleving niet vanzelf komt kan deze worden
gestimuleerd door strengere sancties in het vooruitzicht te stellen. Binnen de
bestaande wettelijke boetemaxima5 bestaat nog aanzienlijke ruimte om feitelijk
hogere boetes op te leggen dan tot nu toe zijn opgelegd. De door mij vastgestelde
boetebeleidsregels maken het mogelijk harder op te treden, en komen daarmee
tevens tegemoet aan mijn toezegging de mogelijkheden voor de NMa te
verruimen om hogere boetes op te leggen6.
De belangrijkste wijzigingen in het kader van high trust zijn:
1. Voor zeer zware overtredingen van artikel 6 en 24 Mededingingswet of artikel
81 en 82 van het EG-Verdrag is een toeslag op de basisboete geïntroduceerd.
Deze toeslag bedraagt ten hoogste 25% van de betrokken omzet in het
laatste volledige jaar dat de onderneming heeft deelgenomen aan de
overtreding. De Europese Commissie hanteert voor dergelijke overtredingen
een "entry fee" die ook maximaal 25% van de betrokken omzet bedraagt.
2. Het maximum van de ernstfactor E is verhoogd van 3 naar 5. De ernstfactor E
is de vermenigvuldigingsfactor die wordt toegepast op de basisboete om
rekening te houden met de ernst van de overtreding. De verruiming van de
ernstfactor geldt voor alle overtredingen van de Mededingingswet en de
energiewetten (de Elektriciteitswet 1998, de Gaswet en de Wet onafhankelijk
netbeheer).
3. In geval van recidive wordt de basisboete met 100% verhoogd, tenzij dit
gezien de omstandigheden van het geval evident onredelijk zou zijn. Hierdoor
is geregeld dat recidive in principe leidt tot een verdubbeling van de
basisboete en wordt aangesloten bij de systematiek van het Wetsvoorstel
wijziging boetestelsel financiële wetgeving7. Bij het aangenomen amendement
nr. 10 van dat wetsvoorstel wordt in de desbetreffende financiële wetgeving
bepaald dat in geval van recidive het bedrag van de bestuurlijke boete voor
een afzonderlijke overtreding wordt verdubbeld.
5 Het bestaande wettelijke boeteregime van ten hoogste 10% van de jaaromzet van de desbetreffende
onderneming is gelijk aan de maximumboete in de Europese mededingingsregelgeving.
6 Zie verslag algemeen overleg met uw Kamer op 8 november 2007 (Kamerstukken II 2007-2008, 31 055 en 24
036, nr. 5) en op 14 mei 2008 (Kamerstukken II 2007-2008, 31 200 XIII en 24 036, nr. 58).
7 Kamerstukken II 2007-2008, 31 458, nr. 2
Pagina 3 van 3
Directoraat-Generaal
Economische Politiek
Directie Europa, Mededinging en
Consumenten
Ons kenmerk
EP/EMC / 9149626
De boetebeleidsregels vervangen de NMa Boetecode 2007 waar het overtredingen
van de Mededingingswet, de Tijdelijke wet mediaconcentraties of de
energiewetten betreft.
2. Beleidsregels van de minister van Economische Zaken tot vermindering van de
bestuurlijke boetes inzake kartels (hierna: clementiebeleidsregels)
Het niet opleggen of verminderen van geldboeten via een clementieprogramma is
een belangrijk instrument voor het opsporen en beboeten van kartels. Via dit
instrument wordt het aanmelden van kartels bij de NMa gestimuleerd. In de
beleidsregels is aansluiting gezocht bij het model clementieprogramma van het
netwerk van mededingingingsautoriteiten binnen de Europese Unie. De
beleidsregels wijken op één onderdeel van het model clementieprogramma af. Bij
één categorie van clementieverzoeken wordt niet automatisch een
boetevermindering van 100% verleend, maar heeft de NMa de keuze om een
boetevermindering van 60 tot 100% toe te zeggen. De NMa behoudt hierdoor de
mogelijkheid om de informatie die de eerste clementieverzoeker aanlevert, te
beoordelen op de meerwaarde die deze heeft voor het onderzoek. Dit zorgt ervoor
dat een clementieverzoeker waarschijnlijk meer informatie zal overleggen dan
wanneer hij automatisch zeker is van een boetevermindering van 100%. De
clementiebeleidsregels vervangen de NMa Richtsnoeren clementie met betrekking
tot het niet opleggen of verminderen van geldboeten in kartelzaken uit 2007.
3. Beleidsregels voor combinatieovereenkomsten
In een combinatieovereenkomst kunnen kort gezegd twee of meer zelfstandige
ondernemingen de gezamenlijke inschrijving op een aanbesteding en de
gezamenlijke uitvoering daarvan regelen. Hierbij kunnen beleidsregels voor
combinatieovereenkomsten ondernemers helpen om te zorgen dat zij de
Mededingingswet (hierna: Mw) niet overtreden. Per brief van 3 februari 20098 heb
ik u het concept van de Beleidsregels combinatieovereenkomsten aangeboden, dat
op 19 december 2008 ter consultatie aan ondernemersorganisaties is toegestuurd.
Die organisaties konden tot 31 maart 2009 commentaar leveren op en suggesties
doen ter verbetering van de werkbaarheid van de conceptbeleidsregels. Naar
aanleiding van de reacties op de consultatie zijn de beleidsregels aangepast.
Hierbij is conform het verzoek van ondernemingsorganisaties zo veel mogelijk
gebruik gemaakt van voorbeelden. Tevens is gewaarborgd dat de beleidsregels
aansluiten bij het EG-mededingingsrecht.
(w.g.) Maria J.A. van der Hoeven
Minister van Economische Zaken
8 Brief van 3 februari 2009 van de Minister van Economische Zaken aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal, 2009D04254.