Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek
Klein aantal partnerships levert grote bijdrage aan biodiversiteit
15 september 2009
Internationaal milieu- en biodiversiteitsbeleid is allang geen zaak
meer van overheden alleen. Talloze andere organisaties en hun
onderlinge strategische allianties spelen een rol van betekenis.
Zonder hen geen duurzame vis in de supermarkt en geen FSC-hout bij de
doe-het-zelfzaak. Ingrid Visseren-Hamakers (Universiteit Utrecht)
ontdekte echter dat slechts een klein deel van deze 'partnerships' een
substantiële bijdrage aan biodiversiteit levert.
Een belangrijk product van partnerships zijn certificeringsystemen,
bijvoorbeeld voor hout, soja, palmolie, vis of suikerriet, producten
die allemaal een grote impact hebben op biodiversiteit. Dankzij
partnerships is het breed geaccepteerd geworden dat duurzaamheidbeleid
niet alleen door overheden, maar ook via de markt wordt ontwikkeld.
Consumenten kunnen zo, door duurzaam geproduceerde producten te kopen,
een bijdrage leveren aan internationaal milieubeleid.
Zeven 'parels'
Van de vierentwintig partnerships die promovenda Visseren onderzocht,
leveren zeven (de zogenaamde 'parels') unieke en belangrijke bijdragen
aan biodiversiteitsbeleid; de andere spelen een minder prominente rol
en zijn minder effectief. De Forest Stewardship Council (FSC) is één
van die 'parels'. Dit partnership is één van de eerste van zijn soort.
De FSC heeft er mede voor gezorgd dat certificeringstandaarden
inmiddels een 'normaal' instrument voor duurzaamheidbeleid zijn
geworden. De FSC is uniek door haar relatief hoge ambitieniveau voor
duurzaamheid en het feit dat sociale, milieu en economische belangen
evenveel macht hebben in het partnership.
Het verschil tussen de 'parels' en de minder effectieve partnerships
zit onder andere in het hoge ambitieniveau, de resultaatgerichtheid en
de strategische inzet van de parels. Partnerships zijn ook afhankelijk
van machtsverhoudingen, lokale politiek en overheidsbeleid.
Opmerkelijke uitkomst van het onderzoek is dat de effectiviteit van
partnerships over het algemeen juist niet bevorderd wordt als
nationale overheden zelf actief lid worden.
Overheid kan niet worden gemist
Het onderzoek van Visseren toont aan dat veel partnerships ervoor
kiezen minder strenge standaarden te ontwikkelen. De
milieuverbeteringen die moeten worden doorgevoerd om aan deze
standaarden te voldoen zijn relatief klein. Het gevaar hiervan is dat
de standaarden met een hoger ambitieniveau, en een hogere milieuwinst,
letterlijk uit de markt geprijsd worden. Overheden zouden voor een
eerlijke concurrentie moeten zorgen tussen deze verschillende soorten
certificeringsystemen. Een nieuw evenwicht dient te worden gevonden
tussen sturing door de overheid en markt; meer coördinatie door
overheden is gewenst. Zo worden zowel het overheidbeleid als de
partnerships effectiever.
Het promotieonderzoek `Partnerships in biodiversity governance: An
assessment of their contributions to halting biodiversity loss' werd
uitgevoerd aan de Universiteit Utrecht in het kader van het
onderzoeksprogramma `Partnerships for sustainable development' dat
gefinancierd wordt door het NWO-programma Gamma-Onderzoek Milieu,
Omgeving, Natuur (GaMON).
..............................
Meer informatie:
* drs. Ingrid Visseren-Hamakers (Universiteit Utrecht)
* t.: 06 2318 01 62, ingridvisseren@upcmail.nl
* promotie: 23 september 2009
* promotor: prof. dr. Pieter Glasbergen
laatst gewijzigd op 15 september 2009