Senternovem

18-09-2009 | Volle zaal bij tweede bijeenkomst C2C kennisnetwerk polymeren

De vergaderzaal bij SenterNovem knapte woensdag 16 september bijna uit zijn voegen door de vele ondernemers die op de bijeenkomst waren afgekomen. De 24 bedrijven en 4 organisatoren wisselden in een ochtend kennis, ervaring en contacten uit om zo een stap verder te komen met Cradle to Cradle in hun bedrijf. Dit maal stonden materialen centraal. Het kennisnetwerk is een intiatief van het programma Milieu & Technologie en wordt begeleid door DPI Value Centre.

Lonneke de Graaff (DPI Value Centre) gaf een praktische presentatie over welke materialen voor welke toepassing nu al C2C-gecertificeerd zijn voor de polymeerindustrie. De database van Material Connexion bevat bijvoorbeeld al 45 C2C materialen en op de site van MBCD (het bureau van C2C-grondleggers McDonough en Braungart) staan meer dan 300 gecertificeerde producten.

Theo Jongeling van DSM Innovationcentre schetste in zijn presentatie de toekomstvisie van DSM. Met C2C neem je niet alleen van de aarde ('take, make, waste'), maar geef je bij voorkeur als bedrijfsketen ook iets terug aan het ecosyteem. Volgens Jongeling staat C2C niet meer zo ver weg van de praktijk. Er is nu business van te maken, want de klanten staan voor de deur. Of je al dan niet je producten officieel gaat certificeren kan per product verschillen. Soms is inzicht geven in de milieubelasting al genoeg voor de klant. Jongeling benadrukte daarnaast dat C2C een open innovatieproces is, je hebt elkaar nodig om verder te komen.

Jan Verlaan (ideation manager) van AkzoNobel sleepte de zaal mee met zijn betoog dat duurzaamheid de kern van succes is voor een bedrijf en dus geld kan opleveren. Zonder aandacht voor duurzaamheid kan je bedrijf op de lange termijn niet overleven. Zelfs een bedrijf als AkzoNobel met een staat van dienst van enkele honderden jaren heeft geen garantie dat het over 10 jaar ook nog bestaat. Ontwikkeling en uitvoering van een goed gekozen duurzaamheidsstrategie is dus ook essentieel voor de toekomst. Persoonlijk is Verlaan is een groot voorstander van C2C omdat het iets absoluuts heeft. Je kiest niet het minst slechte alternatief voor je materialen en grondstoffen, maar gaat voor de echt duurzaamste oplossing.

De groep splitste zich daarna op in drie gedeelten: Textiel, coatings en kunststof producten. Bedrijven vertelden kort waar zij tegenaan liepen bij het zoeken naar geschikte materialen. Al gauw vlogen de visitekaartjes, tips, oplossingen en namen van experts over tafel om een stap verder te komen.
Voor sommige problemen blijken al oplossingen te bestaan. Je moet het maar net weten. Zo zou inductie wellicht een optie zijn voor het op commando loslaten van (verf)lagen. Bij verf blijkt overigens dat veel componenten al in C2C kwaliteit beschikbaar zijn, maar vooral de pigmenten vormen een struikelblok. Titaniumdioxide voor witte verf is bijvoorbeeld milieubelastend. Het milieuvriendelijke alternatief is dan zwarte verf gekleurd met koolstof, werd lachend geopperd, of blanke lak.

Kortom, veel creativiteit, uitwisseling en samenwerking op de bijeenkomst. Om dieper op de materie in te gaan worden er subgroepjes gevormd over biopolymeren, PVC recyclaat en onderhoud/coating. Meer informatie bij Arie Brouwer, voorzitter van het netwerk.

Wilt u er volgende keer ook bij zijn of verslagen en presentaties van deze of de vorige bijeenkomst bekijken? Word dan lid van het kennisnetwerk via onderstaande site.