Ministerie van Buitenlandse Zaken

inzet twaalfde zitting Mensenrechtenraad

Kamerbrief inzake inzet twaalfde zitting Mensenrechtenraad

Kamerbrief | 17 september 2009

In vervolg op mijn brief van 3 juli 2009, betreffende het verslag van de elfde reguliere zitting van de VN-Mensenrechtenraad (Kamerstuk 2008-2009, 26 150, nr. 76) informeer ik u hierbij, mede namens de minister voor Ontwikkelingssamenwerking, over de Nederlandse inzet voor de twaalfde zitting van de Raad. De zitting vindt plaats in Genève, van 14 september tot en met 2 oktober 2009.

Zoals gebruikelijk, zal Nederland er tijdens de twaalfde zitting op toezien dat de Europese Unie alle mogelijkheden benut om ernstige mensenrechtenschendingen aan de orde te stellen, zowel in de dialogen met speciale rapporteurs als in de diverse geagendeerde debatten.

Nederland zal aandacht vragen voor de speciale procedures, en dan met name hun doeltreffendheid. De onafhankelijkheid van Speciale Rapporteurs moet worden gewaarborgd en ook in de toekomst zal de mogelijkheid moeten worden aangegrepen om in de vorm van speciale zittingen aandacht te besteden aan urgente landensituaties. Die zittingen zijn essentieel om de Raad in staat te stellen om ernstige mensenrechtensituaties aan de orde te stellen en aanbevelingen voor verbetering te doen. De EU zal wat Nederland betreft ook haar standpunten over de onafhankelijkheid van het kantoor van de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, alsmede over het bevorderen van de participatie van ngo's in het werk van de Mensenrechtenraad, onverminderd uitdragen.

Landenresoluties

De follow-up van de negende Speciale Zitting inzake de Gazastrook zal een wezenlijk deel van de komende zitting uitmaken. Er zullen twee rapporten worden gepresenteerd: het OHCHR-verslag over de mensenrechtenschendingen in de Palestijnse gebieden en het rapport van de Independent International Fact Finding Mission onder leiding van Richard Goldstone. Nederland hecht groot belang aan een correcte en evenwichtige behandeling van deze rapporten door de Raad.

Nederland zal, zowel in de relevante dialogen met speciale rapporteurs als in de relevante geagendeerde debatten, aandacht vragen voor de mensenrechtensituatie in Iran. Zowel bilateraal als in samenwerking met andere EU lidstaten, wil Nederland hierbij zo breed mogelijk optreden en indien mogelijk ook individuele gevallen van mensenrechtenschendingen aan de orde stellen. Ook zal - waar mogelijk in EU-verband - aandacht worden besteed aan de mensenrechtensituatie in landen als Zimbabwe, Afghanistan en Sri Lanka.

Op basis van de tijdens de elfde zitting van de Raad aangenomen resolutie 1 inzake de mensenrechtensituatie in Soedan, zal de voorzitter tijdens deze zitting een Onafhankelijke Deskundige voor dit land benoemen. Deze deskundige zal het werk van de Speciale Rapporteur voor Soedan, Sima Samar, continueren.

Nederland streeft naar verlenging van het mandaat inzake Somalië met minstens een jaar. Voorwaarden met betrekking tot de resolutie zijn dat deze expliciet ingaat op de mensenrechtensituatie in dat land, dat het mandaat monitoring mogelijk maakt en dat de resolutie geen eisen stelt ten aanzien van technische assistentie en veldaanwezigheid die afbreuk doen aan de onafhankelijkheid van het Bureau van de Hoge Commissaris.

Het mandaat betreffende Burundi zal automatisch worden voortgezet, omdat nog niet is voldaan aan de voorwaarde om een nationale mensenrechtencommissie in te stellen. Bij wet is weliswaar vastgelegd dat een nationale mensenrechtenorganisatie zal worden opgericht, maar de de beginselen van Parijs vergen een daadwerkelijke oprichting daarvan.

Ten aanzien van Cambodja zal Nederland pleiten voor een inhoudelijke tekst die expliciet ingaat op de mensenrechtensituatie en die bovendien voldoende monitoring-mogelijkheden biedt.

Op dit moment beraadt de EU zich over de vraag op welke wijze zij tijdens deze zitting het beste uiting kan geven aan haar ongenoegen over de recente veroordeling van de Birmese oppositieleidster Aung San Suu Kyi, in wat naar Nederlands oordeel een schijnproces kan worden genoemd.

Thematische kwesties

Op 3 juli jl. liet ik uw Kamer weten, dat het tijdens de vorige zitting door Canada gepresenteerde voorstel voor een resolutie over de vrijheid van meningsuiting werd doorgeschoven naar de komende sessie. Het ziet er op dit moment echter naar uit dat tijdens de komende zitting een nog bredere resolutie zal worden voorgesteld, die ingaat op alle aspecten van de vrijheid van meningsuiting, naar het voorbeeld van de in 2005 door Canada gepresenteerde resolutie over dit onderwerp. Nederland steunt Canada in zijn streven een stevige resolutie te doen aannemen, die ondermeer een voor alle partijen aanvaardbare formulering bevat over de rol van de pers, en duidelijkheid schept over de verhouding tussen de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van godsdienst en levensbeschouwing.

Het Russische voorstel voor een resolutie over de versterking van de eerbiediging van traditionele waarden als grondslag voor de universaliteit van de rechten van de mens, ingetrokken tijdens de vorige zitting, zal wellicht opnieuw worden gepresenteerd. Nederland is van mening dat met het Russische voorstel een concept wordt geïntroduceerd dat kan worden misbruikt om de universaliteit van mensenrechten te ondergraven, hetgeen er bijvoorbeeld toe zou kunnen leiden dat traditionele praktijken die in strijd zijn met de mensenrechtenverdragen, worden gelegitimeerd.

De paneldiscussie over illegaal verblijvende migranten in detentiecentra, die zal worden gehouden op initiatief van de Afrikaanse groep, is wat Nederland betreft een goede gelegenheid om duidelijk te maken dat alle migratie- en asielbeleid moet voldoen aan de waarborgen van het internationaal recht, met name de mensenrechten en het vluchtelingenrecht. De EU zal in de paneldiscussie gevraagd worden de Europese standpunten en het Europese beleid toe te lichten, waarbij niet voorbij mag worden gegaan aan het feit dat illegale migratie en illegaal verblijf, migranten in een nog kwetsbaarder positie kan brengen. Nederland zal er binnen de EU voor pleiten hierbij een discussie over de problemen - zoals mensensmokkel en beperkte opvangcapaciteit - die EU-lidstaten bij de uitvoering van het beleid ondervinden, niet uit de weg te gaan.

Naar verwachting zullen Cuba en Egypte namens de Beweging van Niet-Gebonden Landen (NAM) een resolutie over het recht op ontwikkeling indienen, waarin zij waarschijnlijk andermaal zullen aandringen op de spoedige totstandkoming van een wettelijk bindend instrument. Nederland is van mening dat het concept zich niet leent voor een verdrag, maar is wel geïnteresseerd in de discussie over dit onderwerp. De Permanente Vertegenwoordiging in Genève facilitieert deze discussie door medewerking te verlenen aan een door de Friedrich Ebert-Stiftung georganiseerd side event dat aan dit onderwerp gewijd is.

Nederland zal - samen met Colombia, Ierland, Tsjechië en de VS - de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten bedanken voor haar deelname aan het door deze landen gesponsorde side event over seksuele oriëntatie en gender-identiteit en er tijdens het algemeen debat naar aanleiding van haar rapport aan de Raad bij haar op aandringen dat zij dit onderwerp binnen OHCHR vervlecht.

De Onafhankelijke Expert inzake mensenrechtenverplichtingen in relatie tot de toegang tot water en sanitatie, Catarina de Albuquerque, zal haar rapport presenteren dat is gewijd aan de uitwerking van de mensenrechtenverplichtingen inzake sanitatie. Dit is van belang, omdat het recht op sanitatie tot nu toe veel minder aandacht gekregen heeft dan het recht op water, terwijl beide van belang zijn voor het bereiken van de MDGs. Duitsland en Spanje zullen een resolutie over het rapport indienen. Nederland zal in de Interactieve Dialoog steun geven aan de Onafhankelijke Expert en haar mandaat, evenals aan de resolutie. Nederland geldt als voorvechter van het recht op water en sanitatie, onder meer door tijdens de zevende zitting van de Raad het recht op water te erkennen en actieve steun te geven aan het instellen van het mandaat van de Onafhankelijke Expert.

De Speciale Rapporteur inzake giftig afval presenteert zijn rapport over zijn onderzoek inzake de kwestie Probo Koala. Hiervoor heeft hij bezoeken afgelegd aan Ivoorkust (augustus 2008) en Nederland (november 2008). Nederland neemt met waardering kennis van de rapportage van de SR en zal reageren op zijn aanbevelingen aan Nederland over het harmoniseren en versterken van bestaande regelgeving betreffende het inspecteren en het vasthouden van schepen, over het instellen van een verwerkingsfonds en over het voortzetten van de steun aan Ivoorkust ter bestrijding van de gevolgen van het incident.

Nederland verwelkomt het initiatief van Brazilië voor een resolutie om tijdens MRR13 in maart 2010 aandacht te besteden aan de follow-up van de VN-conferentie over de financiële crisis van afgelopen juni.

Ten slotte zal Nederland tijdens de komende zitting, in lijn met hetgeen ik heb aangegeven tijdens het laatste AO Mensenrechtenbeleid, waar mogelijk en relevant aandacht besteden aan kastendiscriminatie en de positie van dalits. Nederland zal voorbereidende gesprekken voeren met het kantoor van de Hoge Commissaris en relevante partners, over het vormgeven van de behandeling van dit thema door de Raad.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Drs. M.J.M. Verhagen


1 Resolutie A/HRC/11/14