Nieuws
Hof van Discipline houdt BFT buiten de deur
Lex van Almelo
Advocaten die weigeren het Bureau Financieel Toezicht (BFT) inzage te
geven in cliëntendossiers, handelen niet onbetamelijk. Dat heeft het
Hof van Discipline op 11 september bepaald in een procedure die het
BFT had aangespannen tegen drie advocaten. `Wij treden nu in overleg
met het ministerie van Justitie om te kijken naar een aanvaardbare
oplossing,' zegt BFT-directeur Folkert Winkel.
Het Hof van Discipline vindt de noodzaak om de naleving van de wetten
te controleren niet zo'n zwaarwegend vereiste van algemeen belang dat
daarvoor zonder uitdrukkelijke wettelijke grondslag het beroepsgeheim
moet worden beperkt.
Aangezien de advocaten niet worden verdacht van niet-naleving en zij
inzage in goed overleg met de Orde hebben geweigerd, zijn er geen
bijzondere omstandigheden om het verschoningsrecht terzijde te
schuiven. Wat de precieze reikwijdte van de meldingsplicht is laat het
Hof 'in het midden'. Maar in één van drie procedures (nr. 5363) zegt
het Hof met zoveel woorden dat de juridische begeleiding van
inkeerders is vrijgesteld van de meldingsplicht. Op grond van
antwoorden die de staatssecretaris van Financiën in maart dit jaar gaf
op kamervragen zegt het BFT echter dat inkeer als advies voor
verbeterde aangifte wel degelijk onder de meldingsplicht valt.
---
Nederlandse Orde van Advocaten