Dierenbescherming eist wetgeving voor paardenwelzijn
17/09/2009 11:19
Dierenbescherming
Paardensector niet in beweging te krijgen
Dierenbescherming eist wetgeving voor paardenwelzijn
De Dierenbescherming heeft minister Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) verzocht te komen met wetgeving rond huisvesting, voeding, transport en trainingsmethoden van paarden. De Sectorraad Paarden (SRP) blijkt namelijk na twee jaar huiswerk niet in staat zelf een fatsoenlijk en concreet plan op te stellen om het welzijn van paarden te verbeteren. De Dierenbescherming wil graag meedenken over goede regelgeving.
De Dierenbescherming vertrouwt erop dat minister Verburg, nu de Sectorraad Paarden het laat afweten, haar verantwoordelijkheid neemt zoals ze eerder toezegde. In de Nota Dierenwelzijn van 12 oktober 2007 stelde de minister: "De sector komt binnen een jaar met een plan van aanpak om te komen tot de noodzakelijke welzijnsverbeteringen (huisvesting, voeding, transport en trainingsmethoden), waarbij ik inzet op een realisatie binnen 3 jaar. Wanneer dit niet gebeurt zal de overheid regels stellen."
Na twee jaar schrijven heeft de definitieve Uitvoeringsagenda Plan van aanpak 'Welzijn in de paardenhouderij' van de paardensector onlangs het licht gezien. De minister wil dat de sector hierin, in samenspraak met de Dierenbescherming, voor komende jaren aangeeft wanneer welke dierenwelzijnsverbeteringen zijn gerealiseerd en hoe deze bereikt worden.
De Dierenbescherming is onthutst over het gebrek aan visie en daadkracht in het plan. Ook ontbreekt het in het plan, dat met minimale betrokkenheid van de Dierenbescherming is opgesteld, aan het 'hoe, wat en wanneer'.
Frank Dales, directeur Dierenbescherming in een brief aan minister Verburg: 'Nu, bijna twee jaar later, moet ik constateren dat een goed plan van aanpak ontbreekt. Ik verzoek u daarom om consequenties te verbinden aan uw Nota Dierenwelzijn, en over te gaan tot het stellen van regels.'
Inhoud wetgeving
De Dierenbescherming wil graag meedenken over deze regels. Op het gebied van huisvesting en verzorging van paarden wil de Dierenbescherming dat paarden ruik-, hoor- en zichtcontact hebben met andere paarden en dat er dagelijkse weidegang is, minimaal vier uur lang. Omdat groepshuisvesting van alle paarden in Nederland op korte termijn geen realistische optie is, pleit de vereniging ook voor een minimale boxgrootte van tweemaal de stokmaat van het paard in het kwadraat. Voor een paard met schofthoogte van 1.50 meter is een box van 3 bij 3 meter vereist.
Campagne voor paardenwelzijn
De Dierenbescherming voert sinds maart 2009 campagne voor een beter welzijn van paarden omdat in ons land het welzijn van paarden fors verbeterd kan worden. Bij veel (potentiële) paardenbezitters is er onvoldoende kennis over de juiste verzorging en huisvesting van paarden en pony's. In de campagne krijgt het publiek tips hierover. Vanuit de paardenwereld heeft de Dierenbescherming veel steun voor deze campagne gekregen.
Cijfers
In Nederland worden ongeveer 400.000 paarden gehouden, zowel bedrijfsmatig als voor hobby. Het algemene beeld is dat van de dieren die als hobby worden gehouden, minstens de helft onvoldoende beweging krijgt. Het gaat daarbij naar schatting om 100.000 dieren. Ook hebben zo'n 80.000 hobbypaarden geen of onvoldoende contact met soortgenoten, wat voor paarden, die groepsdieren zijn, een grote kwelling is. Daarnaast trokken vorig jaar de inspecteurs van de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID) zo'n 2.200 meldingen over verstoord paardenwelzijn na. Dit is maar liefst 30% van alle meldingen die bij de LID binnen komen.
http://www.dierenbescherming.nl
http://www.dierenbescherming.nl