Ministerie van Defensie

Ministerie van Defensie

Postbus 20701 2500 ES Den Haag Telefoon (070) 318 81 88 Fax (070) 318 78 88

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Plein 2
2511 CR Žs Gravenhage

Datum 16 september 2009
Ons kenmerk DMO/DB/2009026178
Onderwerp Antwoorden op schriftelijke vragen over budgettekorten voor de vervanging van de F-16

Hierbij bieden wij u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen van de leden Van Velzen, Brinkman en Pechtold over budgettekorten voor de vervanging van de F-16. Deze vragen werden ingezonden op 8 september 2009 met kenmerk 2009Z15963.

DE STAATSSECRETARIS DE MINISTER VAN DEFENSIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN

drs. J.G. de Vries M.J.A. van der Hoeven




Ministerie van Defensie

Antwoorden op schriftelijke vragen van de leden Van Velzen, Brinkman en Pechtold over budgettekorten voor de vervanging van de F-16 (ingezonden 8 september 2009 met kenmerk 2009Z15963)

1
Bent u beiden bekend met het document van oktober 2005 van de Defensie Materieelorganisatie - projectteam vervanging F16 - dat in handen van KRO Reporter is gekomen? 1) Wat is de betekenis van de mededeling `De defensiestaf kan vervangingsscenario 3c' met moeite inpassen in het Defensieplan, voor het overige resterende deel van de capaciteit (voorlopig 33 toestellen) zijn thans nog aanvullende fondsen tot 2025 maar te weinig om scenario 3c' in zijn geheel te kunnen accommoderen'? Klopt onze conclusie dat uit dit interne document blijkt dat er sprake was van een budgettekort? Zo nee, waarom niet? Is de Kamer niet geïnformeerd over dit budgettekort? Zo ja, waarom heeft u er voor gekozen deze belangrijke informatie niet met de Kamer te delen? Sinds wanneer is het ministerie van Economische Zaken op de hoogte van deze budgetproblemen? 5
Kunt u verklaren waarom u niet in 2005 maar pas jaren later het budget voor de vervanging van de JSF aanzienlijk verhoogd heeft en daarbij niet verwees naar de budgettekorten die al in 2005 bekend blijken te zijn? 6
Kunt u verklaren waarom uw ambtsvoorganger Van der Knaap de Kamer steeds heeft voorgehouden dat alle opties open blijven terwijl Defensie toen al wist dat 85 toestellen aanschaffen onhaalbaar was? Waarom gaf uw ambtsvoorganger Van der Knaap antwoord op schriftelijke vragen 2) aan dat "Nog wordt bezien wat de kwantitatieve behoefte aan jachtvliegtuigen is", terwijl alle verschillende scenario's al uitgebreid bekeken en vastgelegd waren en duidelijk was dat er geen budget zou zijn voor de aanschaf van 85 JSF's?

De staatssecretaris van Defensie is bekend met het in vraag 1 genoemde interne defensiedocument uit 2005, met de rubricering Stg Confidentieel. Zoals in de brief van 7 september jl. (Kamerstuk 26 488 nr. 196) is uiteengezet, zijn als onderdeel van de verwervingsvoorbereidingsfase (D-fase) van het project Vervanging F-16 door Defensie ambtelijke studies verricht naar mogelijke vervangingsschema's. Het ministerie van Economische Zaken was bij deze studies niet betrokken.

Bij aanvang van de studies is uitgegaan van het planningsgetal van 85 en het tentatieve budget van 4,5 miljard. Dit tentatieve budget was sinds 1999 niet meer gewijzigd. Verschillende opties zijn uitgewerkt, waaronder het in vraag 1 aangehaalde vervangingsscenario 3c'. De mogelijkheid het aantal vervangende toestellen niet in één keer te bestellen maar in batches is in de studies uitgebreid aan de orde gekomen. De Kamer is reeds op 7 maart 2002 (Kamerstuk 26 488 nr. 9) geïnformeerd dat een batch- benadering tot de mogelijkheden behoorde. Verder is de batch-benadering met de Kamer besproken tijdens de plenaire behandeling van de defensiebegroting 2006 op 17 november 2005.

In 2005 was nog geen definitief projectbudget vastgesteld. Het tentatieve budget uit 1999 van 4,5 miljard (prijspeil 1998) bleek in de eerste fase van de studies met de prijsinformatie die begin 2005 beschikbaar was, ontoereikend te zijn voor 85 toestellen. Er is echter nooit sprake geweest van een besluit het planningsaantal van 85 te verlagen. Dat was pas aan de orde geweest als zou zijn besloten het tentatieve projectbudget niet te verhogen. Evenmin is er een besluit genomen over een aantal voor een eerste batch. Bij het ontbreken van politieke besluitvorming was er geen aanleiding de Kamer over de voortgang van deze ambtelijke studies te informeren. De gebruikelijke gang van zaken van het Defensie Materieelproces is dat de regering de Kamer een verwervingsbesluit voorlegt met een D-brief. In een dergelijke brief wordt tot in detail ingegaan op alle relevante aspecten van de verwerving, waaronder de aantallen en het beschikbare budget. Na de val van het kabinet-Balkenende-2 in juni 2006 was een verwervingsbesluit niet meer aan de orde en is de ambtelijke voorbereiding binnen het ministerie van Defensie stopgezet.

Uiteindelijk is na de ontvangst van nieuwe kosteninformatie eind 2006 besloten het budget te verhogen tot 5,5 miljard (prijspeil 2005) op basis van het planningsaantal van 85 toestellen, en het aangepaste projectbudget te verwerken in de defensieplannen voor de langere termijn. De jaarrapportage over 2006 die de Kamer op 11 april 2007 heeft ontvangen (Kamerstuk 26 488 nr. 58) maakt melding van het aangepaste projectbudget. De minister van Economische Zaken was hiervan, als medeondertekenaar van de jaarrapportage, op de hoogte. De Algemene Rekenkamer (ARK) heeft in haar rapport `Monitoring verwerving Joint Strike Fighter: stand van zaken september 2006' (Kamerstuk 26 488 nr. 51, 11 oktober 2006), eveneens melding gemaakt van een raming van het projectbudget van 5,5 miljard. Dit betrof een berekening van Defensie uit de zomer van 2006 die nadien nog enigszins is aangepast. Het ARK-rapport, inclusief de raming van het projectbudget van 5,5 miljard, is uitgebreid aan de orde geweest tijdens de plenaire behandeling van de defensiebegroting 2007 op 17 en 18 oktober 2006.

2
Kent u de argumentatie zoals in bovengenoemd document verwoord dat indien Nederland een lager planningsaantal zou gaan hanteren in het PSFD MoU, dan de `industriële werkpakketten voor Nederland vrijwel zeker neerwaarts zullen worden bijgesteld om die in lijn te brengen met het bestelvolume van de eerste batch'? Deelt u de mening dat indien het plangetal van 85 irreëel want onbetaalbaar bleek te zijn, dit aan de Kamer maar ook aan de JSF partners gemeld had moeten worden? Deelt u de mening dat uit deze documenten blijkt dat er doelbewust een te hoog plangetal gehanteerd bleef worden om de Amerikaanse industrie zand in de ogen te strooien? 3
Kent u de formulering in hetzelfde document over het hanteren van een toen irreëel plangetal van 85: `Voorts is aangegeven dat dit aantal wordt gehanteerd voor externe communicatie en als planningsaantal voor de PSFD MoU onderhandelingen'. Is het waar dat hier een belangrijk gegeven, namelijk dat u geen mogelijkheden had om 85 JSF-toestellen aan te schaffen, niet werd aangegeven? Kunt u uw antwoord toelichten?
4
Waarom bent u in de jaren na 2005, tot op de dag van vandaag, blijven werken met het plangetal 85? Kunt u hardmaken dat er nu wel voldoende geld beschikbaar is om deze enorme hoeveelheid vliegtuigen aan te schaffen?

Ja, wij hebben inmiddels kennis genomen van de aangehaalde argumentatie en formulering. Deze maken deel uit van de ambtelijke uitwerking van de opties die in 2005 aan de orde waren bij Defensie. Van belang is echter dat er nooit een besluit is genomen het planningsaantal van 85 te verlagen. Dat was pas aan de orde geweest als zou zijn besloten het tentatieve projectbudget van 4,5 miljard niet te verhogen. Derhalve delen wij de in vraag 2 weergegeven meningen niet. Bovendien is er geen sprake van een gegeven, zoals gesteld in vraag 3, dat er geen mogelijkheden waren 85 JSF-toestellen aan te schaffen.

Het planningsgetal van 85 toestellen betreft een reële schatting van de behoefte, die nog niet definitief is vastgesteld. De regering hanteert voor de vervanging van de F-16 een fasegewijze aanschaf in twee batches, waarover de Kamer ook met de beleidsbrief `Wereldwijd dienstbaar' van 18 september 2007 is geïnformeerd (Kamerstuk 31 243, nr. 1). Een besluit over de omvang van de eerste batch zal deel uitmaken van het definitieve aanschafbesluit over de vervanger van de F-16 in 2012. De batch-benadering maakt het mogelijk na de aanschaf van een eerste batch de internationale veiligheidssituatie en de technologische ontwikkelingen rondom het luchtwapen gedurende een reeks van jaren te volgen alvorens in het volgende decennium een besluit over een tweede batch te nemen.

Het projectbudget bedraagt, op basis van het planningsaantal van 85 toestellen, thans 6,154 miljard (prijspeil 2008). De brief van 29 februari 2008 (Kamerstuk 26 488 nr. 65) en de jaarrapportage over 2008 van 27 maart 2009 (Kamerstuk 26 488 nr. 159) bevatten nadere informatie over deze recente aanpassingen van het projectbudget. Met de defensiebegroting voor 2010 die de Kamer op Prinsjesdag is aangeboden, wordt het projectbudget aangepast naar prijspeil 2009. Met de brief van 15 april 2009 (Addendum Jaarrapportage, Kamerstuk 26 488 nr. 167) is de Kamer geïnformeerd over de relatie tussen het projectbudget en het investeringsbudget van Defensie in de periode 2008- 2023.

7
Was de Nederlandse industrie op de hoogte van het feit dat al in 2005 intern bekend was dat het plangetal van 85 JSF's onhaalbaar was? Deelt u de mening dat de businesscase aangepast had moeten worden op basis van deze informatie? Wanneer is Lockheed Martin op de hoogte gebracht van de financiële onhaalbaarheid van het aanschaffen van de 85 JSF's? 8
Is het verzwijgen van de onhaalbaarheid van 85 JSF's onderdeel van de huidige arbitrage tussen de Staat en de industrie over het afdrachtspercentage op basis van de business case?
9
Wat is de reden dat deze arbitrage nog steeds voorsleept? Wanneer zal nu eindelijk het afdrachtspercentage vastgesteld worden?

De Nederlandse industrie en Lockheed Martin zijn in 2005 niet geïnformeerd over de ambtelijke studies binnen het ministerie van Defensie. Dat was ook niet aan de orde aangezien er geen besluitvorming is geweest. Zij hebben wel kennis kunnen nemen van de genoemde Kamerstukken uit 2006 en 2007, waaruit blijkt dat het planningsaantal is gehandhaafd op 85 en het projectbudget is verhoogd.

Zoals in 2002 met de Medefinancieringsovereenkomst is afgesproken, is de business case op 1 juli 2008 herijkt. De Kamer is hierover geïnformeerd met de brief van 1 juli 2008 (Kamerstuk 26 488 nr. 90). Op 30 juni jl. is de Kamer vertrouwelijk geïnformeerd over de voortgang van de arbitrage. De arbitrage is thans nog niet voltooid. Lopende de arbitrage kan de regering hierover geen verdere mededelingen doen.

10
Kunt u aangeven of de verwachting dat er tussen de 4500 en 6000 toestellen geproduceerd gaan worden nog reëel is? Zo nee, wat betekent dit voor de stuksprijs van de Nederlandse toestellen, de aantal aan te schaffen toestellen en het werkaandeel van de Nederlandse industrie?

Ja, wij achten de verwachting reëel. Nederland gaat voorzichtigheidshalve uit van 4500 toestellen. De brieven van 25 maart en 17 april 2009 (Kamerstukken 31 300 nr. 10 en 26488 nr. 166) gaan nader in op het aantal te produceren toestellen.

1) KRO Reporter, 6 september 2009
de Volkskrant, 4 september 2009
2) Kamerstuk 26 488, nr. 34