Wageningen Universiteit en Researchcentrum

15 sep 2009

Onderdeel: LEI

Het agrarische kennissysteem en de sterke agrarische belangenbehartiging waar ons land om bekend staat, zijn de laatste twintig jaar nogal veranderd. Wageningen UR concludeert in een vandaag verschenen rapport dat dit systeem door zijn aanpassingsvermogen ook in de toekomst goed meekan.

De belangenbehartiging lijkt het moeilijk te hebben: een deel van het beleid internationaliseert en wordt niet meer uitsluitend in agrarische kring bepaald. Een ander deel van het beleid is naar de regio overgeheveld. Door individualisering, verzakelijking en fusies in de agro-industrie is er steeds minder ruimte voor een collectieve aanpak.
Ook het bedrijfsleven internationaliseert en is voor zijn kennis niet alleen meer van Wageningen afhankelijk. Het onderzoek internationaliseert en wordt steeds meer in EU-verband uitgevoerd. Daarnaast zijn er regelmatig reorganisaties binnen de kennisinstellingen en worden er nieuwe initiatieven genomen. Deze ontwikkelingen roepen de vraag op hoe toekomstbestendig het agro-kennissysteem nog is.

Onderzoekers van de Wageningse instituten LEI, Alterra en AFSG hebben geprobeerd die vraag te beantwoorden door de historische ontwikkelingen op dit vlak te analyseren en in een model te beschrijven. Vervolgens hebben ze elf sleutelfiguren uit heden en verleden geïnterviewd, waaronder enkele ex-ministers en productschapsvoorzitters. Tot slot hebben ze een scenario-analyse uitgevoerd. Dit alles brengt hen tot de conclusie dat er binnen het agro-kennisysteem genoeg wordt geexperimenteerd in reactie op de veranderende omgeving.
De sector kende en kent via de landbouworganisaties, de productschappen en de politiek een sterk netwerk van belangenbehartiging. Dat zorgt ervoor dat de sectorproblemen telkens werden vertaald in maatschappelijke innovatie-opgaven. Daarmee zijn er steeds collectieve middelen beschikbaar geweest voor investeringen in het agro-kennissysteem. Waarmee de concurrentiepositie van de Nederlandse agrosector blijvend werd ondersteund.

Dat het agro-kennissysteem nog robuust genoeg is, neemt niet weg dat de diverse onderdelen van dat systeem ook gemakkelijk uit de pas kunnen gaan lopen omdat ieder deel zo zijn eigen ontwikkeling kent. Aanbevolen wordt dan ook om de ontwikkelingen in het agro-kennis-systeem tot regelmatig onderwerp van gesprek te maken in de top van agrarisch Nederland en van daaruit ook een duidelijker sturing op de ontwikkelingen binnen dat systeem te zetten.

Rapport 2009-071 Kennissysteem en belangenbehartiging in de agrosector; Een toekomstverkenning

Krijn Poppe
Krijn.Poppe@wur.nl
Profiel