Gerechtelijke organisatie

Hoge Raad laat veroordeling van voetbalsupporter voor belediging in stand

Den Haag, 15 september 2009 - De verdachte wordt verweten dat hij zich op 28 april 2006 in Den Haag op de openbare weg opzettelijk beledigend heeft uitgelaten over Joden door âhamas, hamas, Joden aan het gasâ te roepen.
De politierechter in Den Haag heeft de verdachte daarvoor op 30 augustus 2006 veroordeeld tot een taakstraf van 80 uren. Het hof Den Haag heeft de verdachte op 11 mei 2007 in hoger beroep veroordeeld tot een taakstraf van 80 uren, waarvan 40 uren voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.

Het cassatieberoep bij de Hoge Raad
De verdachte heeft cassatieberoep ingesteld tegen de uitspraak van het hof Den Haag. De advocaat van de verdachte is mr. A.H. Westendorp, advocaat in Den Haag.
Op 19 mei 2009 heeft de waarnemend advocaat-generaal mr. C.J.G. Bleichrodt in zijn conclusie de Hoge Raad geadviseerd het cassatieberoep van de verdachte te verwerpen.

Uitspraak Hoge Raad
De Hoge Raad vindt de uitlating âhamas, hamas, Joden aan het gasâ beledigend voor Joden. De verdachte heeft aangevoerd dat van opzettelijke belediging van Joden geen sprake is, omdat het een leus is die veelvuldig door voetbalsupporters wordt gebezigd en onderdeel vormt van de cultuur van voetbalsupporters, die daarmee niet de bedoeling hebben om Joodse mensen te beledigen, maar om andere supporters te provoceren. De Hoge Raad oordeelt dat het hof dat betoog terecht heeft verworpen.

Gevolgen van deze uitspraak
Met deze uitspraak van de Hoge Raad is de veroordeling van de verdachte door het hof Den Haag van 11 mei 2007 definitief geworden.

Dit is een samenvatting van de uitspraak van de Hoge Raad van 15 september 2009. Bij verschil tussen deze samenvatting en de volledige uitspraak is laatstgenoemde bindend.

Den Haag, 15 september 2009
mw. mr. E. Hartogs, griffier
tel 070-3611236

LJ Nummer

BI4739

Bron: Hoge Raad der Nederlanden Datum actualiteit: 15 september 2009 Naar boven