Geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen
(RAZEB) van 14 en 15 september 2009
Kamerbrief inzake Geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken en Externe
Betrekkingen (RAZEB) van 14 en 15 september 2009
Kamerbrief | 4 september 2009
Gaarne bieden wij u hierbij de geannoteerde agenda aan van de Raad
Algemene Zaken en Externe Betrekkingen van 14 en 15 september 2009.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
De Staatssecretaris voor Europese Zaken,
Drs. F.C.G.M. Timmermans
Geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen
(RAZEB) van 14 en 15 september 2009
Algemene zaken
Voorbereiding Europese Raad 29-30 Oktober
De Raad zal de geannoteerde agenda bespreken voor de Europese Raad van
29 en 30 oktober. Deze wordt opgesteld door het voorzitterschap. De
ontwerpconclusies van de Europese Raad zullen pas in de RAZEB van
oktober worden besproken. Op dit moment is de geannoteerde agenda nog
niet ontvangen. De volgende onderwerpen zullen waarschijnlijk in de
geannoteerde agenda worden opgenomen:
De economische, financiële en sociale situatie
De Europese Raad zal zich buigen over de voortgang bij de
totstandkoming van het EU-toezichtskader, waartoe de Europese Raad in
juni had opgeroepen. Mede op aandringen van Nederland, werd de
Commissie in juni gevraagd vroeg in het najaar met wetgevende
voorstellen te komen.
Waarschijnlijk zal ook de follow-up van de G20-top in Pittsburgh aan
de orde komen.
Klimaatverandering en duurzame ontwikkeling
Ter voorbereiding op de EU-positie op de klimaattop in Kopenhagen in
december, zal financiering van het internationale klimaatbeleid op de
agenda van de ER worden gezet alsmede het vraagstuk van de interne
lastenverdeling.
Het is van belang dat de EU in de aanloop naar Kopenhagen ambitie
blijft tonen en eensgezind blijft optreden.
Migratie
In vervolg op de bespreking van juni, zal illegale immigratie -in het
bijzonder de preventie en bestrijding van illegale immigratie aan de
zuidelijke zeegrenzen van de EU- door de ER worden besproken.
Institutionalia
Zoals ook al werd aangekondigd door het Zweedse voorzitterschap in het
Europees Parlement, zal de Europese Raad van oktober spreken over de
nominaties voor de nieuwe Hoge Vertegenwoordiger en de vaste
voorzitter van de Europese Raad, mits alle Lidstaten tegen die tijd
het nieuwe verdrag hebben geratificeerd.
Energie
Gelet op de volle agenda van de Europese Raad van oktober heeft het
voorzitterschap ervoor gekozen op de RAZEB van september ruimte te
maken voor een breder debat over het energievoorzieningszekerheid op
basis van een presentatie van de Commissie. De gascrisis in Oekraïne
begin 2009 heeft (wederom) aangetoond dat energievraagstukken
belangrijke buitenlandspolitieke aspecten hebben.
Welke onderwerpen op het gebied van extern beleid van de Unie zullen
worden besproken is op het moment van schrijven van deze geannoteerde
agenda nog niet bekend.
Uitbreiding / Albanië
De Raad zal spreken over de EU-lidmaatschapsaanvraag die Albanië op 28
april 2009 heeft ingediend bij het toenmalige Tsjechische
voorzitterschap.
Zoals uw kamer werd gemeld op 2 augustus jl. (kamerstuk 21501-02 nr
916), stelden veel lidstaten tijdens de RAZEB van 27 juli jl. dat een
positief signaal richting Albanië nodig is. Deze groep landen is van
mening dat de Raad de Commissie nu moet verzoeken te starten met het
schrijven van een advies (het `avis') over de Albanese
lidmaatschapsaanvraag.
Nederland zal in de Raad zeggen dat volgens de verscherpte
uitbreidingsstrategie van december 2006 elk land op zijn eigen merites
moet worden beoordeeld. Het feit dat de Commissie in 2009 is gestart
met het schrijven van een advies over de lidmaatschapsaanvragen van
Montenegro en IJsland betekent niet dat de Commissie voor Albanië ook
terstond moet starten met het schrijven van een advies.
Nederland zal voorts stellen dat besluitvorming in de Raad over de
avis-aanvraag pas aan de orde kan zijn nadat een internationaal
oordeel over het verloop van de parlementsverkiezingen in Albanië (die
eind juni plaatsvonden) beschikbaar is. Het eindoordeel van de OVSE is
pas eind september verwachtbaar. De avis-aanvraag zou derhalve pas op
z'n vroegst tijdens de RAZEB van 26 oktober aan de orde kunnen komen.
Dan zal ook de voortgangsrapportage van de Commissie (die op 14
oktober as. zal uitkomen) in de besprekingen kunnen worden meegenomen.
Externe Betrekkingen
Iran
De Raad zal de discussie over de ontwikkelingen ten aanzien van Iran
die tijdens het Gymnich werd gestart, voortzetten. Daar de uitkomsten
van het Gymnich op het moment van schrijven van deze brief nog niet
bekend zijn, kan niet worden aangegeven hoe de RAZEB-discussie zal
worden gevoerd. Niettemin is de verwachting dat de ministers
bijzondere aandacht zullen schenken aan de stand van zaken omtrent het
nucleaire dossier en de vraag op welke wijze de EU dient te reageren
indien Iran niet ingaat op het aanbod een open dialoog aan te gaan.
Zonder een scherpe deadline daarvoor te stellen, hebben de E3 en de VS
kenbaar gemaakt eind september de balans op te maken en zich te willen
bezinnen over additionele maatregelen, wanneer Iran zijn opstelling
niet wijzigt. In breder verband zal Iran aan de orde komen tijdens de
AVVN en meer in het bijzonder tijdens de G20-bijeenkomst in
Pittsburgh. Over de Nederlandse opstelling ter zake is reeds met Uw
Kamer overlegd (AO 3 september).
Afghanistan
De Raad zal spreken over de situatie in Afghanistan. De discussie zal
een voorzetting zijn van de discussie tijdens het Gymnich over
versterking van de EU-inzet in Afghanistan en de presidentiële en
provinciale verkiezingen waarvan de uitslag op 17 september wordt
verwacht. Op basis van de uitkomsten van het Gymnich zal het
voorzitterschap nader bepalen hoe de discussie tijdens de RAZEB zal
worden gevoerd.
Zuidelijke Kaukasus
De Raad zal zich buigen over de vraag hoe de EU de relaties met de
drie landen van de Zuidelijke Kaukasus (Armenië, Azerbeidzjan en
Georgië) verder kan versterken, binnen de kaders van het in mei 2009
gelanceerde Oostelijk Partnerschap. De EU heeft bijzondere belangen in
de Zuidelijke Kaukasus, ondermeer op het gebied van energie en
veiligheid. De Raad zal zich buigen over de mogelijkheid om
bijvoorbeeld vrijhandels- of associatieovereenkomsten met al deze
landen te sluiten. Georgië is tot dusver het enige land in de
Zuidelijke Kaukasus waarmee de EU de mogelijkheid voor een
vrijhandelsovereenkomst onderzoekt.
Nederland zal aangeven dat de EU enerzijds een regionale benadering
moet nastreven, waarbij de landen van de Zuidelijke Kaukasus ook
worden aangemoedigd beter onderling samen te werken. Anderzijds is
voor Nederland het conditionaliteitsprincipe van belang: intensivering
van de relatie met de EU is alleen mogelijk als de betrokken landen
voldoen aan bepaalde voorwaarden op het gebied van markthervorming,
democratie en rechtsstaat.
Sri Lanka
De Raad zal naar verwachting spreken over de situatie van de circa
280.000 ontheemden die na het beëindigen van het conflict tussen de
Srilankaanse overheid en de Tamil Tijgers in mei jl. in opvangkampen
zijn ondergebracht. Ondanks toezeggingen van de overheid om binnen
korte tijd de meerderheid van hen te laten vertrekken, zijn nog weinig
ontheemden teruggekeerd. De situatie in de overvolle kampen blijft
schrijnend en inmiddels vormt het aangebroken moessonseizoen een
bedreiging voor de gezondheid van de ontheemden.
De ministers zullen bespreken hoe de EU de Srilankaanse overheid ertoe
kan bewegen ernst te maken met de terugkeer van de ontheemden. Ook
moet worden bezien of het voortzetten van humanitaire hulp aan de
kampen -zonder dat de ontheemden mogen vertrekken- niet juist
bijdraagt aan de instandhouding van de noodsituatie en aan het
ondersteunen van het beleid van de Srilankaanse overheid. Het zou
beter kunnen zijn als de EU geen nieuwe humanitaire hulp voor de
verbetering van de kampen zou verlenen, maar alleen zou meehelpen aan
een veilige en vrijwillige terugkeer van de ontheemden. Nederland is
bereid EU-voorstellen in die richting te steunen.
Soedan
De Raad zal de situatie in Soedan aan de orde stellen. Voor Nederland
zal de aandacht vooral uitgaan naar de voortgang van het Comprehensive
Peace Agreement(CPA), de situatie in Darfur, de mensenrechtensituatie
en de samenwerking met het Internationaal Strafhof (ICC).
Op 22 juli jl deed het Permanente Hof van Arbitrage uitspraak in het
grensgeschil tussen Noord- en Zuid-Soedan (de `Abyei-zaak'). Met de
uitspraak van het Hof en de toezegging van beide partijen de uitspraak
te zullen respecteren is een belangrijke stap gezet in de
implementatie van het CPA. Desalniettemin blijft voortgaande
monitoring van de uitvoering van het CPA van groot belang.
De mensenrechtensituatie in Soedan en de situatie in Darfur blijven
zorgwekkend. Zowel de Soedanese regering als de rebellengroeperingen
dienen hierop aangesproken te blijven worden. Het is van belang dat er
zo snel mogelijk voortgang wordt gemaakt bij het opnieuw op gang
brengen van de vredesonderhandelingen. Wat betreft de Darfur-zaken van
het ICC blijft Soedan weigeren uitvoering te geven aan de drie
aanhoudingsbevelen, ondermeer tegen president Bashir. Nederland
benadrukt de cruciale rol van het Strafhof bij het tegengaan van
straffeloosheid en bepleit dat de EU in nauw contact blijft met de
Afrikaanse landen om het ICC ten volste te ondersteunen.
Ministerie van Buitenlandse Zaken