ChristenUnie
Bijdrage Cynthia Ortega-Martijn AO Schuldhulpverlening
Bijdrage Cynthia Ortega-Martijn AO Schuldhulpverlening
donderdag 10 september 2009 14:00
Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Voorzitter. Dank voor het
begrip. Ik heb de andere betogen niet gehoord, dus ik zal wel dingen
dubbel zeggen, maar dat moet dan maar.
De fractie van de ChristenUnie is er in ieder geval voorstander van om
te komen tot een wettelijk kader voor de minnelijke
schuldhulpverlening. Het moet mij van het hart dat dit wel een doekje
voor het bloeden blijft. De wond zelf wordt wat mij betreft niet
geheeld met dit wetsvoorstel. Hoe meer ik mij verdiep in deze materie,
hoe complexer het wordt. Ik kan mij heel goed de wanhoop voorstellen
van mensen die in een traject van schuldhulpverlening terechtkomen.
Wat het allemaal zo complex maakt, is de versnippering hiervan over de
verschillende ministeries, die er ieder hun eigen regels op na houden.
Ik ben in contact gekomen met schrijnende gevallen, waarbij ook de
kinderen de dupe ervan zijn geworden, bijvoorbeeld dat er loonbeslag
wordt gelegd, waardoor er geen alimentatie betaald kan worden, of dat
kinderen te weinig studiefinanciering ontvangen omdat uitgegaan wordt
van een inkomen dat er niet is. Deze gezinnen komen door allerlei
tegenstrijdige regels in een neerwaartse spiraal terecht. Dit kan niet
zo doorgaan. Willen wij de schuldenproblematiek succesvol aanpakken,
dan moeten wij kiezen voor een integrale benadering, ook bezien vanuit
de ministeries. Is de staatssecretaris bereid om bij de verschillende
ministeries te onderzoeken op welke manier er kan worden gekomen tot
een meer samenhangend beleid, waardoor er ook meer recht wordt gedaan
aan de schuldenaar? Bij deze integrale aanpak moet de hele schuldenaar
betrokken worden. Is de staatssecretaris het met mij eens dat de
sociale omgeving van de schuldenaar dit vooral moet doen, aangemoedigd
en ondersteund door professionals? Het is aan de gemeenten om binnen
hun gemeentegrenzen de diverse partijen, professionals en
vrijwilligers, bij elkaar te brengen. Is de staatssecretaris bereid
een gedeelte van de 130 mln. extra middelen beschikbaar te stellen
voor landelijke vrijwilligersorganisaties? Op deze manier kunnen in
samenwerking met gemeenten en met professionele schuldhulporganisaties
projecten worden gestart om het ondersteunende werk van vrijwilligers
bij de schuldhulpverlening te bevorderen. Ik benadruk nogmaals dat de
fractie van de ChristenUnie het accent legt op preventie, het
voorkomen van schulden en overkreditering. Dit moet hand in hand gaan
met schuldhulpverlening, anders blijft het gewoon dweilen met de kraan
open. Ik roep de staatssecretaris op om toch te overwegen om gelden
voor preventie te oormerken. Dat is nodig om gemeenten te stimuleren
meer gebruik te maken van persoonlijke begeleidingstrajecten en om
budgetconsulenten en -coaches op te leiden en in te zetten. Daarnaast
moet in het wetsvoorstel worden opgenomen dat er sprake moet zijn van
een sluitende aanpak op het gebied van de schuldhulpverlening. In deze
context vraag ik aandacht voor de bureaucratie waar mensen tegenaan
lopen bij verschillende gemeentelijke kredietbanken. Het kan toch niet
zo zijn dat iemand die zich op tijd meldt voor hulp bij de
gemeentelijke kredietbank, wordt weggestuurd met de boodschap dat hij
nog niet saneringsrijp is? Daarnaast is er sprake van regels waaraan
mensen niet altijd kunnen voldoen, bijvoorbeeld dat de administratie
inclusief de opgave van schulden op orde moet zijn bij de aanvraag.
Het gaat vooral om kwetsbare mensen, die deze niet kunnen leveren. Als
zij worden weggestuurd, komen zij nog dieper in de problemen. Er zijn
gelukkig vrijwilligersorganisaties en kerken die in dit gat springen.
Gaat de staatssecretaris met gemeentelijke kredietbanken en gemeenten
overleggen over een effectieve, sluitende aanpak bij de
schuldhulpverlening?
In het vorige debat heb ik aangegeven dat de Koninklijke
Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG) een alternatief kan
bieden voor het moratorium dat snel uitvoerbaar is. Ik wil graag weten
waarom de staatssecretaris geen gebruik wil maken van dit alternatief.
Zij stelt voor om onderzoek naar de wenselijkheid van een breed
moratorium te laten verrichten en de Kamer daarover in het najaar van
2011 nader te berichten. Het kan toch niet de bedoeling zijn dat het
wetsvoorstel een vertraging gaat oplopen van minstens een jaar? Graag
een reactie van de staatssecretaris.
De gemeente heeft een zorgplicht, maar er moet voor gewaakt worden dat
zij deze ook kan uitvoeren. Voor de aanpak van schulden is maatwerk
echt noodzakelijk, ook wat betreft de doorlooptijden. Ik ben hier
tevreden mee, maar ik vraag de staatssecretaris of het mogelijk is om
in de wet een hardheidsclausule op te nemen om in bijzondere gevallen
hiervan af te wijken. Ik hoor ook graag een reactie van de
staatssecretaris op het signaal van de gemeenten dat het
instrumentarium ontbreekt om doorlooptijden te regelen, doordat zij
afhankelijk zijn van externe partijen. Gemeenten zijn verplicht om de
schuldenaar globaal inzicht te geven in de doorlooptijd. Voor een
goede samenwerking met de schuldeisers lijkt het mij belangrijk dat
zij hier ook inzicht in krijgen.
Ik wil vandaag ook aandacht vragen voor kwetsbare groepen; mensen die
door een beperking, ziekte of laaggeletterdheid in een negatieve
spiraal terechtkomen. Om deze groepen te bereiken en te bedienen is
veel maatwerk nodig, evenals samenwerking met
vrijwilligersorganisaties. Laatst was ik in een gemeente waar juist
deze moeilijke groepen aan de vrijwilligersorganisaties werden
overgelaten. Daar is op zichzelf niets mis mee, maar zij signaleren
dat zij de vrijwilligers moeten trainen en dat de middelen daarvoor
ontbreken. Is de staatssecretaris bereid om financiële middelen
beschikbaar te stellen voor deskundigheidsbevordering bij
vrijwilligersorganisaties?
In het vorige debat heb ik al aangegeven dat ik vind dat er bepaalde
vormen van stimulering moeten komen indien de wachttijden worden
overschreden. Een schuldenaar mag niet meer de pineut hiervan worden.
Ik vind dat binnen dit wetsvoorstel de mogelijkheid moet worden
ingebouwd dat schuldenaars het recht krijgen om zich op kosten van de
gemeente aan te melden bij een andere gecertificeerde
schuldhulpverlener, als het plan van aanpak niet op tijd klaar is.
Hierover hoor ik graag een toezegging.
Door dit wetsvoorstel moeten gemeenten wel worden ondersteund in hun
zorgplicht. Dat betekent dat zij instrumenten nodig hebben om recidive
of schuldenaren die niet willen meewerken tegen te gaan. Is de
staatssecretaris bereid om hierover met hen in overleg te treden?
Goede samenwerking en bereidwilligheid van alle disciplines zijn nodig
voor de integrale aanpak en het invullen van de regierol. Hoe gaat de
staatssecretaris de gemeenten hierin ondersteunen?
Cynthia Ortega