Duurzame ontwikkeling: eerste verslag 2008
03/09/2009
Iedereen heeft er de mond van vol, maar voor de NMBS-Groep is duurzame
ontwikkeling veel meer dan een hype! De NMBS-Groep stelt dan ook met
genoegen haar eerste duurzaamheidsverslag voor. Dit document biedt
voor het jaar 2008 een overzicht van de gerealiseerde, lopende en
geplande initiatieven die het duurzaamheidsprincipe in de verf zetten
- zowel op ecologisch, economisch als sociaal vlak. Zo bouwt de Groep
zijn langetermijnvisie uit.
Het duurzaamheidsverslag 2008 is een primeur voor de NMBS-Groep: voor
het eerst is er een uiterst helder en sprekend overzicht van de
inspanningen die de NMBS-Groep levert om een duurzame dienstverlening
aan te bieden. Ecologische, economische en sociale duurzaamheid vormen
de rode draad doorheen dit verslag. Die concepten liggen immers aan de
basis van een reeks investeringen, beleidskeuzes, initiatieven en
projecten die in 2008 werden opgestart of gerealiseerd. Het verslag is
trouwens ook een zeer handig hulpmiddel om in alle transparantie een
stand van zaken op te maken. Welke successen zijn er geboekt? Wat kan
er beter? Welke incentives zijn er nodig opdat de hele Groep eens
kritisch naar zichzelf kijkt en nieuwe uitdagingen aangaat?
Ecologische duurzaamheid
De vraag naar mobiliteit blijft stijgen. Aan die vraag voldoen kan
echter niet langer zonder ernstige maatschappelijke schade toe te
brengen in de vorm van congestie, luchtverontreiniging,
geluidsoverlast en ongevallen. Het is een feit dat het spoorvervoer
sneller groeit dan de mobiliteit in het algemeen. Anderzijds ligt de
CO2 -uitstoot van het spoor per transportprestatie vijf keer lager
dan die van het klassieke wegvervoer. Als belangrijkste speler op de
Belgische mobiliteitsmarkt wil de NMBS-Groep de ecologische voetafdruk
van de transportsector verder verkleinen om zo mee de opwarming van de
aarde tegen te gaan.
Op het terrein worden allerhande inspanningen geleverd die stuk voor
stuk door milieubewustzijn zijn ingegeven. Dat leverde onder meer een
aanzienlijke daling van de specifieke CO2 -emissies op: in het
reizigersvervoer daalde dit met 47% en in het goederenvervoer met 32%
tussen 1990 en 2008. Die daling kwam er doordat meer en meer treinen
met elektrische tractie rijden. Tussen 1990 en 2008 is het aandeel
elektrische reizigerstreinen gestegen van 89% naar 92%. Het aandeel
elektrische goederentreinen is gestegen van 59% naar 78%.
De NMBS-Groep richt haar pijlen echter niet alleen op het rollend
materieel. Tegenover de federale Staat werd het engagement aangegaan
om tegen 2020 de energie-efficiëntie van de gebouwen en de
werkplaatsen op te krikken. Zo nam NMBS bijvoorbeeld het concrete
initiatief om in een aantal werkplaatsen « luchtgordijnen » te
installeren, wat op zich al een besparing van 25% op verwarmingskosten
oplevert.
Een greep uit de overige projecten: stillere treinen en spoorlijnen,
een proefproject voor gescheiden afvalinzameling in 4 Belgische
stations, een groene carwash die minder water verbruikt, het project
van de Zeiltrein die op windenergie rijdt enz.
Tot slot werd er de voorbije 10 jaar ook nog eens ca. 32 miljoen euro
uitgetrokken voor bodemonderzoek en -sanering. Voor 2008 gaat het om
een budget van 1,4 miljoen euro voor 8 sites. Tegelijkertijd is er ook
de permanente dialoog met de beheerders van de geklasseerde Natura
2000-zones, zodat de beschermde natuurgebieden beter gevrijwaard
blijven als er in of in de nabijheid van die zones werken worden
uitgevoerd.
Economische duurzaamheid
Het beheer van de 3 entiteiten van de NMBS-Groep staat in het teken
van een maatschappelijke en kwaliteitsvolle dienstverlening. Dat
betekent dus ook welbewust omspringen met belastinggeld door het
financieel evenwicht te handhaven en de schuldenlast onder controle te
houden. De financiële discipline zal trouwens nog verstrakken wanneer
de drie bedrijven in 2010 hun ERP-programma zullen lanceren. Deze ERP
(Enterpise Resource Planning) zal alle belangrijke operationele
processen ondersteunen en een betere financiële reporting opleveren.
Maar een duurzaam ontwikkelingsbeleid vergt ook verdere investeringen.
Die zijn essentieel om uiteindelijk het mobiliteitsprobleem op te
lossen, om aan de ecologische vereisten tegemoet te komen en om de
economische ontwikkeling van het land te ondersteunen. Enkele
voorbeelden: de uitbouw van het GEN rond Brussel, aanpassing van het
materieelpark, verbetering van het reizigersonthaal (renovatie van
stations en parkings), onderhoud en modernisering van bestaande
installaties.
NMBS