Ministerraad
Kabinet: bewaartermijn internetgegevens zes maanden
Persbericht | 04-09-2009
Aanbieders van openbare telecommunicatienetwerken of -diensten worden
straks verplicht om internetgegevens zes maanden te bewaren in plaats
van de eerder door het kabinet vastgestelde termijn van twaalf
maanden. Politie en justitie kunnen de gegevens gebruiken voor
opsporing en vervolging van ernstige misdrijven. De bewaartermijn voor
gegevens rond telefonie over een vast of mobiel netwerk blijft twaalf
maanden. De ministerraad heeft op voorstel van minister Hirsch Ballin
van Justitie, mede namens staatssecretaris Heemskerk van Economische
Zaken, ingestemd met een daartoe strekkende wetswijziging.
Tijdens de behandeling in de Eerste Kamer van de Wet bewaarplicht
telecommunicatiegegevens in juli van dit jaar is het voorstel gedaan
om de bewaartermijn van gegevens over telefonie en internet te
splitsen. Zo kan meer rekening worden gehouden met de bedrijfsvoering
en investeringslasten van de aanbieders van internetdiensten.
Met de nieuwe regeling blijft het kabinet binnen de grenzen van de
Europese richtlijn dataretentie die voorschrijft dat de te bewaren
gegevens ten minste zes maanden en ten hoogste twee jaar opgeslagen
moeten worden vanaf de datum van de communicatie. Bij de bewaarplicht
gaat het niet om de inhoud van de communicatie, maar om de telefonie-
en internetgegevens over de contacten en het belgedrag van personen.
De ministerraad heeft ermee ingestemd dat het wetsvoorstel voor advies
aan de Raad van State zal worden gezonden. De tekst van het
wetsvoorstel en van het advies van de Raad van State worden openbaar
bij indiening bij de Tweede Kamer.