NVA
PERSBERICHT
Amersfoort, 2 september 2009
AFM Leidraad passende provisie laat markt in onzekerheid
De AFM heeft vorige week de Leidraad passende provisie financiële dienstverleners
vastgesteld en gepubliceerd. Naar zeggen van de AFM is deze definitieve leidraad
vastgesteld ,,in overleg met de branche. Federatie FIDIN distantieert zich van dat
standpunt en spreekt daarom van ,,na overleg. De AFM heeft namelijk weinig
gedaan met de kritiek die door de branche op essentiële punten is geuit. De AFM
stelt weliswaar dat het financiële dienstverleners vrij staat om de wettelijke open
norm op eigen wijze te interpreteren, maar de AFM heeft de open norm
"inducement" via deze Leidraad zo gedetailleerd van commentaar voorzien dat
daarvan een sterk normerende werking kan uitgaan. Zozeer zelfs dat er sprake lijkt
van pseudowetgeving. De speelruimte voor eigen interpretatie van de open norm
wordt door deze soort leidraad de facto voor vergunninghouders in bedenkelijke
mate verkleind. Bovendien lijkt de AFM door deze leidraad meer in het algemeen
een oordeel te willen geven over de hoogte van beloning op contractsniveau. Een
terrein waarop zelfs de wetgever zich bij voorkeur niet beweegt.
FIDIN vindt dat het aan de markt is om in afstemming met de AFM inhoud te geven
aan de open inducementnorm. FIDIN zal daartoe ook haar achterban nader
ondersteunen. De AFM gaat nu echter op essentiële punten in tegen de adviezen uit
de markt en volgt geheel haar eigen weg. Temeer omdat de Leidraad op een aantal
essentiële punten afwijkt van de inducementinterpretatie die voor de gehele
Europese markt is opgesteld door CESR, de koepelorganisatie van Europese
effectentoezichthouders.
De inducementnorm is door CESR steeds uitgelegd als een norm die is ingevoerd om
excessieve beloningen tegen te gaan en waarbij het zou gaan om een marginale
toetsing. "Ontvangen beloningen", zegt CESR, "hoeven niet per se op postniveau te
worden getoetst maar worden beoordeeld op basis van de inspanningen en de
kwaliteit van dienstverlening die voor de hele portefeuille wordt geleverd." De AFM
is met de Leidraad van deze uitleg afgeweken, ondanks haar uitgangspunt om in
haar handhavingsbeleid bij de uitleg van CESR aan te sluiten. Beloning wordt door
AFM op postniveau beoordeeld, de provisies worden getoetst op hun passendheid en
niet op hun excessiviteit en marginale toetsing is losgelaten.
Balansregel
Het is onverdedigbaar dat de wetgever de balansregels heeft gehandhaafd naast de
inducementregels. De AFM merkt zelf op dat de inducementregels en de balansregel
niet altijd goed verenigbaar zijn met elkaar. Dat is het gevolg van het feit dat
inducementregels beloning alleen toestaan bij een daadwerkelijk geleverde
inspanning. Het is duidelijk dat de balansregel op dit punt knelt. Bij de behandeling
van Bgfo II in het najaar zal nogmaals aandacht worden gevraagd voor deze
tegenstrijdigheid van wettelijke regels, die in een tijd van recessie de
liquiditeitspositie van het intermediair onverantwoord onder druk zetten.
1
Nalevinglasten
Deze leidraad brengt voor de markt onzekerheid en dat gaat zich vertalen in extra
inspanningen en extra (naleving-)lasten. Daarvan zou bij een leidraad überhaupt
geen sprake moeten zijn. Dat klemt temeer daar er voor de markt geen
toetsingsmogelijkheden zijn op door de AFM veroorzaakte lasten in verband met de
naleving van wetgeving. FIDIN zal deze problematiek in de komende weken onder de
aandacht brengen van overheid en politiek. Van AFM zal een toelichting worden
gevraagd op het handhavingsbeleid. Op basis daarvan zal FIDIN eventuele
vervolgacties ondernemen.
Noot voor de redactie (